Bijzondere commissie Uber neemt 20 vaststellingen en 14 aanbevelingen aan

Op 25 november besliste het Brussels Parlement een bijzondere commissie op te richten over de impact van de praktijken van de multinational Uber op de beslissingen van de regering in het kader van het bezoldigd personenvervoer in het Brussels Gewest.

De commissie moest met name, zonder zich te mengen in lopende onderzoeken en gerechtelijke procedures, nagaan of de lobbypraktijken die in een onderzoek van het International Consortium of Investigative Journalists (ICIJ) aan het licht waren gekomen, op legale wijze werden uitgevoerd, en onderzoeken of er invloed werd uitgeoefend en wat de mogelijke gevolgen daarvan waren voor gewestelijke beleidsmakers, leden van gewestelijke ministeriële kabinetten en leden van gewestelijke besturen.

Na negen hoorzittingen, waarin belangrijke getuigen aan het woord kwamen, heeft de commissie twintig vaststellingen en veertien aanbevelingen geformuleerd, die deze maandag met grote meerderheid werden aangenomen. 

De commissie verklaart dat zij geen illegale of ongeoorloofde praktijken vanwege leden van de gewestregering heeft vastgesteld. Zij heeft geen illegale lobbypraktijken van de Amerikaanse multinational in Brussel vastgesteld.

Zij doet echter 14 aanbevelingen betreffende de sector van het bezoldigd personenvervoer en ter verbetering van de deontologie en de transparantie, met name op het gebied van lobbypraktijken.

De tekst zal tijdens de plenaire vergadering van vrijdag 2 juni aan de volksvertegenwoordigers worden voorgelegd.

Cieltje Van Achter, die de bijzondere commissie voorzat, is tevreden met het bereikte resultaat. “Uit de hoorzittingen bleek dat de taxisector ontzettend verdeeld is. Ik hoop dat we met deze commissie bijgedragen hebben aan een herstel van het vertrouwen en de dialoog binnen de taxisector. Onze aanbevelingen moeten ook zorgen voor duidelijkere deontologische regels, zowel voor parlementsleden als voor regeringsleden en kabinetsmedewerkers, en een grotere transparantie over de besluitvorming.”

Rachid Madrane, de voorzitter van het Brussels Parlement: "De invloed van pressiegroepen op het politieke besluitvormingsproces raakt rechtstreeks aan de werking van de rechtsstaat. Het was de plicht van het parlement om deze kwestie op te helderen. Het werk van de commissie stelt ons in staat om vermoedens weg te nemen, maar ook en vooral om na te denken over de bakens die we kunnen uitzetten om de democratie te beschermen tegen illegale beïnvloedingspraktijken en de grootst mogelijke transparantie tot stand te brengen.”