Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de bezetting van de woonzorgcentra en rusthuizen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Indiener(s)
Bianca Debaets
aan
Elke Van den Brandt en Alain Maron, leden van het Verenigd College bevoegd voor Welzijn en Gezondheid (Vragen nr 339)

 
Datum ontvangst: 28/01/2021 Datum publicatie: 02/04/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 01/04/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
16/02/2021 Ontvankelijk p.m.
01/04/2021 Bijlage aan het antwoord p.m. Bijlage
 
Vraag    Hoewel het leed dat wordt veroorzaakt door de coronacrisis werkelijk alle lagen van de maatschappij treft, valt niet te ontkennen dat de woonzorgcentra en rusthuizen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest tot de grootste slachtoffers behoren.

Die vaststellingen werden recent nogmaals bevestigd tijdens de uiteenzettingen van verschillende vertegenwoordigers uit deze sector in de bijzondere coronacommissie. Een van de neveneffecten van het vele menselijke leed waarmee zij geconfronteerd werden en worden in hun instellingen bestaat erin dat ze ook nog steeds een veel lagere bezettingsgraad kennen in vergelijking met de situatie voor deze gezondheidscrisis. Verschillende woonzorgcentra en rusthuizen vrezen dan ook dat ze op termijn personeel zullen moeten ontslaan, ondanks de tomeloze inzet die zij intussen al bijna een jaar aan de dag leggen.

Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:

- Beschikt u over concrete cijfers die de gemiddelde bezettingsgraad in de woonzorgcentra en rusthuizen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest kunnen duiden? Zo ja, hoe verhouden deze cijfers zich tegenover de cijfers uit de voorgaande jaren? Zijn er in het bijzonder woonzorgcentra en rusthuizen die met een significante terugval inzake hun bezettingsgraad (minder dan 50% van de capaciteit) geconfronteerd werden of worden?

- Beschikt u over cijfers die de gederfde inkomsten van de woonzorgcentra en rusthuizen kunnen duiden sinds de start van deze gezondheidscrisis? Zijn er instellingen die reeds contact opgenomen hebben met bezorgdheden wegens een te lage bezettingsgraad en een onhoudbare financiële situatie, of vanuit de vrees dat ze personeelsleden zullen moeten ontslaan? Zo ja, kan u dit nader toelichten?

- Kan u toelichten welke financiële steun er tot op heden reeds werd toegekend aan de woonzorgcentra en rusthuizen om deze gemiste inkomsten te helpen ondervangen? Kan u deze bedragen opsplitsen per instelling? Welk overleg vindt er plaats met de sector om te evalueren of deze steunmaatregelen voldoende zijn?

- Kan u toelichten welke specifieke maatregelen u voorziet om de woonzorgcentra en rusthuizen te helpen om opnieuw tot een ‘normale’ bezettingsgraad te kunnen komen? Welke acties en middelen voorziet u hiertoe? Welk overleg voert u hieromtrent met de sector en de betrokken actoren?
 
 
Antwoord    In het kader van de compensaties voor het verlies van gefactureerde dagen heeft Iriscare aan alle Brusselse rustoorden voor bejaarden (ROB) en rust- en verzorgingstehuizen (RVT) de bezettingsgegevens in de vorm van gefactureerde dagen sinds het vierde trimester van 2019 opgevraagd. De tabel in bijlage 1 toont de gemiddelde trimestriële bezettingsgraad, rekening houdend met eventuele capaciteitswijzigingen.


Bijlage 2 toont de bezettingsgraden per voorziening voor het vierde kwartaal van 2020. De tabel in bijlage 3 toont de negen voorzieningen met een bezettingsgraad van minder dan 50% tijdens dat kwartaal. Verschillende van deze voorzieningen hadden reeds een relatief lage bezettingsgraad vóór Covid-19.

Vijf voorzieningen lieten in mei 2020 weten dat ze mogelijk cashflowproblemen zouden ondervinden.


De volgende subsidies werden in 2020 uitbetaald aan de ROB en RVT:
- De financiële tegemoetkoming voor het opvangen van bijkomende kosten (forfaitair bedrag van 250 euro per bezet bed in vierde kwartaal 2019);
- De financiële tegemoetkoming voor ROB en RVT in kader van het Brusselse relanceplan (forfaitair bedrag van 60 euro per verloren gefactureerde dag in tweede kwartaal 2020). Deze tegemoetkoming werd proactief uitbetaald, onder de voorwaarde dat het personeel behouden werd. Indien bij deze controle a posteriori zou blijken dat de tewerkstellingsgraad afgenomen is, zal Iriscare de tegemoetkoming gedeeltelijk of integraal terugvorderen. Eventuele terugvorderingen zullen ingehouden worden op de compensatie voor het verlies aan gefactureerde dagen in T4 2020, die in maart 2021 uitbetaald worden. Mocht die subsidie van T4 2020 onvoldoende zijn, zal het resterende bedrag terugbetaald moeten worden;
- De compensatie verlies aan gefactureerde dagen in tweede kwartaal 2020;
- De compensatie verlies aan gefactureerde dagen in derde kwartaal 2020;
- Een voorschot van 4.000.000 op compensatie verlies aan gefactureerde dagen in vierde kwartaal 2020, proportioneel volgens het aandeel van de voorzieningen in het totaalbedrag dat betaald werd voor de compensatie aan het verlies aan gefactureerde dagen in het derde kwartaal 2020.

Het detail van de in 2020 uitbetaalde bedragen per voorziening kan u in bijlage 4 terugvinden. De volgende subsidies zullen in 2021 uitbetaald worden aan de ROB en RVT:
- De compensatie verlies aan gefactureerde dagen in vierde kwartaal 2020, verminderd met het voorschot dat eind 2020 uitbetaald werd, en verminderd met een eventuele terugvordering in het kader van het behoud van personeel (zie financiële tegemoetkoming in het kader van het Brusselse relanceplan);
- De compensatie verlies aan gefactureerde dagen in eerste kwartaal 2021 (het compensatiepercentage moet nog worden vastgesteld);
- De compensatie verlies aan gefactureerde dagen in tweede kwartaal 2021 (het compensatiepercentage moet nog worden vastgesteld).


Iriscare werkt haar omzendbrieven voortdurend bij om de evolutie van de epidemie zo goed mogelijk te volgen en waar mogelijk versoepelingen voor te stellen. De omzendbrief van 25 februari 2021 bepaalt met name dat rusthuizen waar minstens 90% van de bewoners zijn gevaccineerd, ruime versoepelingen moeten invoeren. Deze worden in de desbetreffende omzendbrief nader toegelicht. Deze versoepelingen omvatten het heropenen van de cafetaria's voor de bewoners, het hervatten van groepsactiviteiten, het uitbreiden van bezoeken en het toestaan van nauwe contacten. Dankzij deze maatregelen kunnen de rusthuizen geleidelijk aan opnieuw een gezelligere plek worden, wat het vertrouwen van de burgers in deze instellingen, met name met betrekking tot de veiligheid in het kader van een pandemie, zal doen toenemen.




Daarnaast blijven wij financiële steun verlenen aan de rusthuizen aangezien we Iriscare hebben verzocht om het vrijwaren van de financiering van het eerste kwartaal van 2021 (ten belope van 75%) en het tweede kwartaal van 2021 (ten belope van 25%) aan haar instanties voor te stellen zodat de instellingen geleidelijk weer op eigen benen kunnen staan en de bewoners weer in een rustigere context kunnen worden ontvangen.

Tenslotte heeft Iriscare in het kader van de opstelling van haar begroting en in overleg met de technische Commissie “Opvang van afhankelijkheid” een budget uitgetrokken voor een communicatiecampagne over dagcentra, centra voor dagverzorging en kortverblijf.