Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende Het masterplan voor de trams: zou de bus geen voorrang moeten krijgen?

Indiener(s)
Christophe De Beukelaer
aan
Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 90)

 
Datum ontvangst: 05/11/2019 Datum publicatie: 10/01/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 10/01/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
22/11/2019 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    In het regeerakkoord staat dat het masterplan voor de trams tot doel heeft de structurerende buslijnen om te vormen tot tramlijnen of de bestaande lijnen in eigen bedding te laten verlopen. De tramlijnen naar de Heizel, Neder-Over-Heembeek en Tour & Taxis zullen op die manier worden aangelegd. De buslijnen 95 en 49 zullen worden omgevormd tot tramlijnen. Dat is een goede zaak. In afwachting zal de regering tijdelijke buslijnen invoeren om het aanbod snel uit te breiden. Ik citeer: "De Regering zal op deze nieuwe lijnen tijdelijk bussen inzetten met een hoog serviceniveau.” Tegelijkertijd verbindt de regering er zich toe verplaatsingen met de bus te bevorderen en tegelijk de bussen te vergroenen. Zo vernemen we bijvoorbeeld dat "op lijn 71 grote gelede en geëlektrificeerde bussen zullen worden ingezet ". De MIVB werkt al aan de elektrificatie van haar vervoersvloot. De maatschappij laat weten dat ze hybride elektrische standaardbussen heeft besteld, "elektrische midibussen (7 voertuigen), elektrische standaardbussen (5 voertuigen), gelede elektrische bussen (25 voertuigen) en gelede hybride elektrische bussen (141 voertuigen)".
Gelet op de structurele investeringen die nodig zijn voor de tram en de technologische ontwikkeling van de elektrische aandrijving, is het nuttig om nader in te gaan op de rendabiliteit en efficiëntie van die twee vormen van openbaar vervoer. Daarover had ik u graag de volgende vragen gesteld:
- Hoeveel kost een eigen baan voor trams (per m² of per km) in vergelijking met een gelijkwaardig systeem voor elektrische bussen? Hoe verhouden de kosten van het rollend materieel en de verbruikte energie van beide vervoersmodi zich tot elkaar? Wat is de passagierscapaciteit van de belangrijkste bus- en trammodellen?
- De reissnelheid tijdens de spits bedraagt 14,8 km/u voor de bus en 15,3 km/u voor de tram. Als de bussen in een eigen baan rijden, kan dat verschil dan worden weggewerkt?
- Welke vervoerswijze is, gelet op die cijfers, de meest rendabele wat betreft het aantal vervoerde personen/km?
- Welke andere criteria (koolstofbalans, comfort, ...) moeten in aanmerking worden genomen bij de keuze voor een bus of tram?
 
 
Antwoord    Exact dezelfde vragen van dezelfde meneer De Beukelaer werden reeds beantwoord als antwoord op schriftelijke vraag nr. 28 in november 2019. Die antwoorden blijven integraal geldig.