Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de netheidsbarometer.

Indiener(s)
Françoise Schepmans
aan
Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 212)

 
Datum ontvangst: 10/02/2020 Datum publicatie: 04/05/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 29/04/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
13/03/2020 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag    Het magazine van de Brusselse ondernemers publiceerde in februari de resultaten van de enquête van BECI. Op de vraag welke drie thema’s prioritair moeten worden behandeld door de regering, hebben de ondernemers met 32% van de stemmen het thema netheid op de derde plaats gezet. Een trieste conclusie wanneer je weet dat het thema netheid in juli 2019 met 22% van de stemmen slechts op de vierde plaats stond. Deze cijfers winnen nog aan betekenis wanneer je merkt dat Leefmilieu Brussel in vergelijking met 2019 verder achteruitgaat in het klassement inzake efficiëntie.1

Brussel moet voor haar inwoners en bedrijven een modelstad worden op het vlak van netheid. In het regeerakkoord staat immers: “Het is ook het eerste beeld dat de vele bezoekers van Brussel krijgen.”

Mijnheer de minister,

Ziehier mijn vragen:

· Wat zijn de resultaten van de verschillende netheidsplannen die de regering heeft ingevoerd? Het recentste dateert van 2012-2017. Welke conclusies hebt u eruit getrokken?

· Toen reeds voorzagen deze plannen in een sterkere samenwerking tussen de verschillende spelers op het terrein, waaronder de gemeenten. Wat is de huidige situatie in elk van de gemeenten?

· Om een bepaald niveau van netheid te verzekeren, voorziet de regering “de inplanting en de modernisering van de depots en logistieke steunpunten van het Agentschap (ANB)”. Welk budget is er voor de oprichting van deze steunpunten voorzien? Welke depots moeten gemoderniseerd worden?


1 Barometer van ondernemers 2019:
https://s7w2k5u5.stackpathcdn.com/wp-content/uploads/2019/09/BAROPOL-2019-NL
 
 
Antwoord    In het kader van het Netheidsplan 2012-2017 zijn verschillende acties uitgevoerd door het ANB. Er werden wijzigingen doorgevoerd, maar er is geen echte evaluatie uitgevoerd. Het ANB heeft mij echter een lijst van de verschillende acties ter beschikking gesteld. Deze hadden vooral betrekking op het operationele, de communicatie, de verbalisatie en de netheidsinfrastructuren.

In grote lijnen heeft ANB dus - allereerst vanuit operationeel oogpunt – het voorwerp uitgemaakt van een aanzienlijke personeelsuitbreiding die er met name toe heeft geleid dat:

- De veegactiviteiten worden aangevat om 06u30, terwijl ze voorheen in de week om 08u00 en in het weekend om 11u00 werden aangevat;

- de frequentie van het vegen van gewestelijk en supra-gemeentelijke wegen gedurende de week werd uitgebreid, variërend van 2 tot 14 keer per week. Deze frequentie wordt bepaald in overleg met de gemeenten, rekening houdend met de verschillende soorten wegen (commerciële, toeristische, residentiële zones, enz.).

- het ANB de verbindingswegen (kleine delen van de gemeentelijke wegen tussen twee gewestwegen) ten laste heeft genomen.

Ondanks dit Netheidsplan 2012-2017, heeft het ANB een toename van bepaalde klachten vastgesteld. Deze toename kan echter deels worden verklaard door het toegenomen gebruik van het Allo-pronet-systeem (een ANB-tool) en van de mobiele FixMyStreet-app door de verschillende gebruikers van de openbare ruimte.

Volgens mij, is het essentieel om de openbare netheid(sproblemen) te objectiveren met behulp van indicatoren om bijvoorbeeld de reiniging van wegen te optimaliseren. Deze maatregel zal worden opgenomen in de Stedelijke Netheidsstrategie.

Op het gebied van communicatie, werden sensibiliserings- en voorlichtingscampagnes gelanceerd, zoals de "massamediacampagnes", een grotere aanwezigheid op sociale netwerken, de ANB-website die in tien talen werd vertaald: Duits, Engels, Arabisch, Bulgaars, Spaans, Italiaans, Pools, Portugees, Roemeens en Turks.

Voor de verbalisatie, beschikt de Dienst “Recherche & Verbalisatie” van het ANB momenteel over 24 controleurs. Het personeel dat belast is met de opvolging van de dossiers (hoorzittingen, diepgaand onderzoek, coördinatie van de operaties met de gemeenten en de politiezone, administratieve boetes, ...) evolueerde van 4 personen op 1 januari 2014 naar 6 personen op 1 januari 2019. Deze versterking heeft het mogelijk gemaakt om de behandelingstijd van administratieve boetedossiers terug te brengen van 26 naar 8 maanden.

Het laatste punt betreft de infrastructuur. Concreet gezien, werden er geen selectieve afvalbakken op de gewestwegen geïnstalleerd, hoewel het plan daarin voorzag. Het plan voorzag echter in het plaatsen van één afvalbak per 100 meter op de gewestwegen en deze doelstelling werd grotendeels bereikt.

In dit stadium, heeft het ANB de impact van de eerdere sensibiliseringscampagnes en verbaliseringen op de verandering van het gedrag van de Brusselaars echter nog niet geëvalueerd. Op basis van deze vaststelling en om een objectieve en meer globale visie op de situatie in Brussel te krijgen, heb ik het BISA in februari 2020 opdracht gegeven om de impact van de sensibilisering en de sancties inzake netheid op de doelgroepen te evalueren. Deze beschrijvende en evaluatieve analyse zal het dus mogelijk maken om een beeld te krijgen van de situatie voor de periode 2012-2017 en zelfs 2018.

De versterking van de samenwerking tussen het Agentschap en de gemeenten is een van de punten die door de audit op de structuur worden geanalyseerd. Ik heb de auditeurs gevraagd om bepaalde actoren van het ANB-ecosysteem te ondervragen, waaronder bepaalde gemeenten, wat oorspronkelijk niet was gepland. Mijn adviseur “Netheid” legt momenteel de laatste hand aan de bevraging van de 19 gemeenten, zodat mijn kabinet een zo nauwkeurig mogelijke visie kan hebben op de verbetermogelijkheden op dit gebied. Dit is duidelijk een van mijn aandachtspunten.

In antwoord op uw vraag over de infrastructuren, kan ik u meedelen dat het ANB op heden over 10 sectoren, 2 garages en 1 administratieve zetel beschikt (exclusief het Recypark en de verwerkingskanalen). Afhankelijk van het geval, heeft het ANB de hoedanigheid van eigenaar, huurder of concessiehouder van de onroerende goederen die het bezet. De 6 oudste sites zijn gemiddeld 57 jaar in gebruik. Aangezien de bestaande infrastructuren geen grootschalige renovatie mogelijk maken, dringt een volledige heropbouw zich op.

Ook moet worden opgemerkt dat een aantal sites in de nabije toekomst zal moeten worden ontruimd. Dit is dan ook een van de grote projecten van mijn kabinet: het hoofd bieden aan de onderinvestering van de infrastructuren van het ANB in een krappe begrotingscontext.


Zo zullen bijvoorbeeld specifieke en bewarende ophalingen worden uitgevoerd vanuit de Buda-site, als het ons lukt om alle fasen in de komende twee jaar af te ronden. Deze site werd ontworpen met een uitbreidingscapaciteit in het licht van de verwachte ontwikkelingen in deze activiteitensector. De intensivering van de plaatsing van ondergrondse containers zal immers leiden tot een toename van het aantal voertuigen en personeelsleden dat in deze sector wordt ingezet. Daarnaast zal de implementatie van bewarende ophalingen leiden tot een aanpassing van de voorwaarden voor het ophalen van grifvuil bij de huishoudens. Aangezien deze dienst ook verantwoordelijk is voor de ophaling van de verschillende fracties in het Recypark, zal de uitbreiding van het aantal ophalingen en de evolutie van de inbeheername van het afval van de hulpbronnen, leiden tot een verdere ontwikkeling van deze opdracht.

Het geraamde budget voor dit programma bedraagt ongeveer 200 miljoen euro voor de komende 10 jaar, inclusief Recypark, maar exclusief de kosten voor de aankoop van terreinen en de bodemsanering.

In de huidige budgettaire context vormt dit dus een echte uitdaging, waarbij het echter ook belangrijk is dat de overheid investeert in infrastructuur om de Brusselaars een kwaliteitsvolle dienstverlening te bieden en waardige werkomstandigheden te waarborgen voor de werknemers (wat heel concreet betekent dat er ook douches voor vrouwen moeten zijn en het aantal kleedkamers dus moet worden verdubbeld, ...).