Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende het aandeel dierlijke eiwitten in de schoolrefters.

Indiener(s)
Victoria Austraet
aan
Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 224)

 
Datum ontvangst: 19/02/2020 Datum publicatie: 04/05/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 30/04/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
13/03/2020 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag    De Ligue de l'Enseignement et de l'Éducation Permanente luidde onlangs de alarmbel over het aandeel dierlijke eiwitten in schoolmaaltijden. Ze vraagt de politieke overheden echt werk te maken van een "ecologische transitie in de voeding". Concreet moet het aandeel vlees in de schoolrefters drastisch omlaag. In zijn oproep citeert de onderwijsbond de organisatie Greenpeace, die heeft berekend dat bij 3- tot 13-jarigen de inname van dierlijke eiwitten bijna twee keer hoger ligt dan noodzakelijk.

Minder vlees eten biedt niets dan voordelen. Dat zeg ik niet; dat zeggen verschillende organisaties. In 2018 publiceerde Greenpeace een wetenschappelijk rapport over de voordelen van zo'n omschakeling in voedingspatroon:

- Ten eerste, op gezondheidsvlak: het risico op hart- en vaatziekten, obesitas, diabetes type 2 en verscheidene vormen van kanker zou verminderen. Als een logisch gevolg daarvan gaan ook de uitgaven in de gezondheidszorg omlaag.

- Ook het klimaat wordt gespaard, want de veeteelt is in haar eentje verantwoordelijk voor 14,5% van de uitstoot van door de mens veroorzaakte broeikasgassen.

- Ten slotte kunnen we ook het dierlijk leed drastisch terugdringen. Elk jaar worden er in België meer dan 300 miljoen dieren gedood om gegeten te worden.

Ook de Hoge Gezondheidsraad (HGR) heeft zich al verschillende keren uitgesproken over de overconsumptie van vlees. In een lijvig dossier uit 2019 met voedingsrichtlijnen voor de Belgische volwassen bevolking stelt de raad dat de consumptie van peulvruchten zou moeten worden aangemoedigd als bron van proteïnen en essentiële aminozuren. Een vijfde van de Belgen zegt die nooit te eten. De HGR raadt aan vlees regelmatig te vervangen door peulvruchten, en daarvan dagelijks een dosis te consumeren. Volgens de raad hebben peulvruchten als bijkomend voordeel dat hun impact op het klimaat gering is. In elk geval zou de consumptie van bereide vleeswaren lager dan 30 gr per week moeten liggen, en die van rood vlees lager dan 300 gr per week. Ideaal zou zelfs zijn om niet meer dan 25 gr rood vlees per dag te eten, zegt de HGR. Het gaat hier om aanbevelingen voor volwassenen.

Volgens mij zijn de schoolrefters de plaats bij uitstek om de transitie op gang te brengen. Niet alleen is een gezonde voeding essentieel voor de gezondheid van kinderen en jongeren, maar het lijkt me ook uiterst belangrijk om al van jongs af aan te leren over goed eten.

Daarom verheugt het me dat de Brusselse regering en de Franse Gemeenschapscommissie een welzijns- en gezondheidsplan willen uitwerken. Dat zou, volgens wat ik heb gelezen en begrepen uit de zittingen van de Raad van de Franse Gemeenschapscommissie, in de lijn liggen van de Goodfoodstrategie. Toch zou ik graag blijven hameren op de noodzaak en de urgentie van een ferm beleid inzake vleesconsumptie.

Even een woordje over de Goodfoodstrategie. Daarin staan heel positieve doelen. Meer moestuinen aanleggen, gezinnen aansporen om deels in hun eigen voedsel te voorzien: dat is natuurlijk allemaal lovenswaardig en belangrijk. In de schriftelijke presentatie van de Goodfoodstrategie staan ook enkele doelstellingen die verband houden met vlees eten. Maar die doelstellingen hebben heel weinig met de scholen te maken, en dat is een probleem. Tegen 2020 wil men bijvoorbeeld de porties vlees 30% kleiner maken in de kantines met een duurzaamheidslabel. Maar ik lees dat de doelstelling niet geldt voor schoolrefters. Die uitzondering begrijp ik niet. Een andere doelstelling is ervoor te zorgen dat, ook weer tegen 2020, de helft van de schoolkantines één vegetarisch menu per week zouden aanbieden. Gezien de stand van zaken en de aanbevelingen ter zake lijkt me dat behoorlijk onambitieus.

Helemaal in het begin van deze regeerperiode had mijn collega Gladys Kazadi al vragen voor de heer Maron over de rampzalige invloed van vleesconsumptie op het klimaat, waarop in het laatste rapport van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) werd gewezen. Zij vroeg concreet of de regering op dat vlak een tandje wilde bijsteken. De minister antwoordde dat de regering de indirecte impact van het gewest op het milieu wilde verkleinen, met name door de consumptie van producten met veel dierlijke eiwitten terug te schroeven, maar hij trad niet echt in detail. Volgens mij moeten we dieper op die kwestie ingaan.

De regering wil strijden tegen voedselverspilling. Dat is heel goed. Maar laten we daarbij niet vergeten dat vlees eten op zich al voedselverspilling is. Want het moet gezegd: de veeteelt heeft meer voedsel nodig dan ze oplevert. Om dierlijke eiwitten te produceren, heb je over het algemeen nog veel meer plantaardige eiwitten nodig, die nochtans perfect voedsel zijn voor de mens. En dan ga ik nog niet eens in op de enorme landoppervlakten die nodig zijn om dierlijke producten te maken en die bijvoorbeeld een van de hoofdoorzaken van ontbossing zijn.

Velen willen vlees blijven eten zoals ze dat gewoon zijn, maar tegelijk willen ze dat de dieren beter worden behandeld. Dat is mathematisch onmogelijk. Extensieve veeteelt kan nooit voldoen aan de huidige vraag naar vlees. In een andere studie die Greenpeace bestelde, berekende een onderzoekscentrum van de UCL hoe de veehouderij in België eruit zou moeten zien om binnen bepaalde ecologische grenzen te blijven. Er werd uitgegaan van een model waarin biologische bedrijven de vleesproductie op zich namen, met runderen die de beschikbare weiden innemen en kippen en varkens die lokaal geproduceerd voer krijgen. Om dat model in de praktijk te kunnen brengen, zouden de Belgische vleesproductie en -consumptie met 83% moeten dalen. We staan dus heel, heel ver van een extensief model. Een verpletterende meerderheid van de dieren in België worden nu nog gevangengehouden in ultra-industriële kwekerijen, waar ze de ergste kwellingen moeten doorstaan. Als honden of katten op dezelfde manier zouden worden gehouden in Brussel, dan zouden de inspecteurs van Leefmilieu Brussel de dieren in beslag nemen, en de eigenaar zou voor de rechter moeten verschijnen.

Al die elementen doen mij besluiten dat de huidige doelstellingen van de regering met betrekking tot vleesconsumptie, in het bijzonder in de schoolrefters, naar boven moeten worden bijgesteld. Ik heb de volgende vragen:

- Is de regering op de hoogte van het bericht van de Ligue de l'Enseignement over het te grote aandeel vlees in de schoolmaaltijden?

- Kan de regering nu al zeggen hoe het overleg loopt over het welzijns- en gezondheidsplan dat ze op poten wil zetten met de Franse Gemeenschapscommissie? Is er al nagedacht over de overconsumptie van vlees in de schoolrefters, bijvoorbeeld in het kader van de toekomstige doelstellingen van Good Food?
 
 
Antwoord    1) Is de Regering op de hoogte van de mededeling van de Ligue de l'Enseignement over het te hoge aandeel vlees in de schoolmaaltijden?

De administratie van Leefmilieu Brussel en het kabinet van de minister bevoegd voor het leefmilieu en de uitvoering van een duurzaam-voedselbeleid hebben kennisgenomen van de mededeling van de Ligue de l'Enseignement. Zoals in deze mededeling ter afsluiting wordt vermeld, moet het hele voedingssysteem worden heroverwogen.


2) Kan de Regering nu reeds de stand van het overleg over het toekomstige welzijns- en gezondheidsplan dat zij met de Franse Gemeenschapscommissie wil ontwikkelen, bekendmaken?

Het geïntegreerde welzijns- en gezondheidsplan wordt momenteel opgesteld. Door de COVID-19-crisis en de daaruit voortvloeiende mobilisatie van het kabinet, de administraties en de actoren op het terrein zijn sommige werkfases met enkele weken uitgesteld. De resultaten van dit werk zullen worden gecommuniceerd zodra het is voltooid.


3) Is er al nagedacht over de kwestie van de overconsumptie van vlees in de schoolkantines, bijvoorbeeld in het kader van de toekomstige doelstellingen van het ‘Good Food’-plan?

De bevordering van duurzame voeding in de Brusselse schoolkantines, waarvan de overconsumptie van vlees een onderdeel is, gebeurt in twee kaders:

- het samenwerkingsakkoord tussen de gewesten en de Franse Gemeenschap inzake milieueducatie;
- de ‘Good Food’-strategie.

Het beheer van de schoolkantines valt onder de bevoegdheid van de gemeenschappen en de inrichtende machten, waaronder de plaatselijke besturen. Daarom werkt het Gewest met deze laatste samen, in het kader van een samenwerkingsakkoord, om deze actoren te sensibiliseren en te ondersteunen in hun milieuaanpak. In dit kader heeft Leefmilieu Brussel de CFWB geadviseerd bij de aanpassing van een technisch lastenboek voor de opdrachten voor de levering van maaltijden aan scholen. Leefmilieu Brussel neemt ook deel aan de evaluatie van de projectoproep ‘Gratis maaltijden’ die door de CFWB wordt gedragen om de kwaliteit te verbeteren door criteria die verband houden met de gezondheid, het milieu en het onderwijsprogramma.

Daarnaast werkt Leefmilieu Brussel ook samen met de Brusselse gemeenten door hen te ondersteunen bij de integratie van ‘Good Food’-criteria in hun schoolkantines, maar ook in hun crèches, via de projectoproep voor gemeenten en OCMW's. Verschillende gemeenten hebben al van deze financiële steun geprofiteerd. De gemeenten beschikken ook over een webplatform met allerlei duurzame en voorbeeldige lastenboeken, met name voor de schoolmaaltijden. In die lastenboeken zijn aanbevelingen met betrekking tot de hoeveelheid vlees opgenomen.

Daarnaast werkt de ‘Good Food’-strategie al zo'n tien jaar aan duurzame-voedingsprojecten in de schoolkantines. De strategie heeft het ‘Good Food Kantines’-label gecreëerd, dat de verplichting bevat om 1 vegetarische maaltijd per week aan te bieden en een maximaal gewicht aan vlees of een minimaal gewicht aan groenten te respecteren.

Het label is bedoeld als een evolutief traject om zoveel mogelijk kantines in het labelingsproces op te nemen. De door het ‘Good Food’-label gevraagde hoeveelheid vlees in een schoolmaaltijd bedraagt momenteel maximaal (afhankelijk van de leeftijd) 140 g per maaltijd. Er worden extra punten toegekend als het gewicht wordt teruggebracht tot 120 g of 100 g. Er is gepland dat deze gewichtsniveaus vanaf juni 2020 worden aangescherpt en er zal een maximum per week worden toegevoegd:

- voor jonge kinderen (tussen 3 en 6 jaar) mag het gewicht niet hoger zijn dan 100 g (1 punt), 85 g (2 punten) of 70 g (3 punten).
- voor kinderen (tussen 6 en 12 jaar) mag het gewicht niet hoger zijn dan 112 g (1 punt), 96 g (2 punten) of 80 g (3 punten).

Leefmilieu Brussel ontwikkelt momenteel een ‘Good Food’-label voor de centrale keukens die vele Brusselse scholen bevoorraden. Het verkrijgen van dit label zal ook afhankelijk zijn van 1 vegetarische maaltijd per week en de naleving van de maximumhoeveelheden vlees.

Tegelijkertijd zijn de diensten van Leefmilieu Brussel ook betrokken bij sensibiliseringsprojecten voor educatieve teams, ouders en kinderen. Deze projecten behandelen onder meer de kwestie van de vleesconsumptie.