Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende het niveau en de bacteriologische kwaliteit van de waterpartijen in het Gewest

Indiener(s)
Ariane de Lobkowicz
aan
Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 346)

 
Datum ontvangst: 02/06/2020 Datum publicatie: 11/08/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 27/07/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
15/06/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Mijn vraag is tweeledig, maar houdt telkens grotendeels verband met de grote periode van droogte die we doormaken.

Het gebrek aan regenval in de afgelopen weken is ongekend. Dit heeft meerdere gevolgen gehad voor het meer van het Terkamerenbos, de vijvers en andere waterpartijen in het Gewest en voor het kanaal.

Welke gevolgen heeft dit voor het niveau en de bacteriologische kwaliteit van de waterpartijen?

Wat de niveaus betreft, wil ik u om te beginnen vragen naar het gevoerde beleid. Door het gebrek aan watervoorziening moeten uw medewerkers een keuze maken. Ofwel aanvaarden ze een daling van de niveaus en proberen ze evenveel water stroomafwaarts als stroomopwaarts terug te brengen, ofwel proberen ze de niveaus te handhaven, maar dan zijn ze verplicht een deel van het ontvangen water te sparen door de terugstroom te verminderen.

In principe is het uit solidariteit met alle stroomafwaarts gelegen eigendommen gepast om zoveel mogelijk water terug te geven als er wordt onttrokken, zonder rekening te houden met het feit dat een daling van de niveaus de capaciteit van onze natuurlijke regenwaterbassins vergroot. Dit heeft echter gevolgen voor de aquafauna en de waterkwaliteit, wat me bij mijn tweede vraag brengt
.

Wat zijn de gevolgen van deze situatie voor de bacteriologische kwaliteit van onze wateren?

Wordt een kwaliteitsvermindering ten opzichte van vorig jaar vastgesteld? En zo ja, in welke mate?

Wordt bijgevolg gepland het meer van het Terkamerenbos, bepaalde vijvers en een deel van het kanaal te openen om deze zomer te kunnen zwemmen? Wordt het wettelijke kwaliteitsniveau om te kunnen zwemmen tot nu toe bereikt?

Welke andere problemen zijn er, naast de problemen met de niveaus en de kwaliteit, opgetreden als gevolg van het ervaren watertekort?
 
 
Antwoord    Wat het oppervlaktewaterpeil betreft:

Het waterpeil van de vijvers wordt beheerd dankzij afvoerstructuren (noodoverlaten meestal in beton, soms uitgerust met houten lateien).

Het niveau van deze structuren ligt vast, maar het is ook technisch mogelijk om ze aan te passen.

Als in de watervlakken meer water verdampt dan wordt toegevoerd, dan kan het waterpeil van de watervlakken uiteraard dalen tot onder het peil van de afvoerstructuur en stopt de afvoer direct stroomafwaarts van de vijvers waardoor een bepaald waterpeil gedurende lange tijd gehandhaafd blijft.

Naarmate men stroomafwaarts vordert, wordt de stroming weer geactiveerd door nieuwe watertoevoer.

De watertoevoer is afkomstig van zijrivieren, bronnen of directe grondwatertoevoer vanaf de bodem van rivieren en vijvers.

Het water van de Senne stond vooral op een laag peil bij de ingang van het Gewest van april tot medio mei.

Sindsdien heeft de Senne opnieuw een bediet dat normaal is voor het seizoen.

De Woluwe en andere kleinere waterstromen staan nog steeds op een vrij laag peil, dat vergelijkbaar is met wat de laatste jaren in dezelfde periode van het seizoen werd waargenomen.

De vijver van het Ter Kamerenbos is een bijzonder geval omdat het een kunstmatige vijver is die door de stad Brussel wordt beheerd, niet wordt gevoed door het hydrografische netwerk, boven de waterspiegel ligt en dus alleen wordt gevoed aan de oppervlakte door regenval en lokale afvloeiing; en, indien nodig, door water uit de naburige VIVAQUA-waterwinningen.

Deze vijver is daarom gevoeliger voor neerslagtekort dan de meer natuurlijke vijvers van valleibodems.

Een algemene daling van het waterpeil in de vijvers werd met het blote oog waargenomen, aangezien er geen metingen meer werden uitgevoerd met de limnimeters en het peil meestal constant is.

Een daling van het peil is daarom gemakkelijk te identificeren door de beheerders.

De beheerders beoordelen vervolgens of een interventie nodig is.

Er zijn geen gemechaniseerde wateronttrekkingen aan rivieren en vijvers, waarbij enkel door natuurlijke verdamping water wordt onttrokken aan het hydrografische netwerk.

In het kanaal wordt daarentegen water opgepomt en in gelijke delen terug afgevoerd in het kader van een beperkt aantal koelprocessen.

De onttrekkingen hebben dus een bijna neutrale impact op het waterpeil van het kanaal.

Voor alle wateronttrekkingen is een vergunning van de beheerder van de bevaarbare (de Haven) of niet-bevaarbare (Leefmilieu Brussel) waterlopen vereist die beperkingen kan bevatten in geval van droogte.

Het belangrijkste probleem in verband met waterstress in oppervlaktewateren is dat een kleiner volume water een lagere capaciteit heeft om hoge temperaturen of mogelijke vervuiling te "absorberen".

Met name de temperatuur van het water zal verder stijgen waardoor het zuurstofgehalte in het water zal dalen, wat schadelijk kan zijn voor sommige waterorganismen en de verspreiding van micro-organismen kan bevorderen, wat weer leidt tot een afname van de hoeveelheid zuurstof die beschikbaar is voor de aquatische fauna en flora.

Op basis van continue metingen van de waterkwaliteit van de Senne, werden in de afgelopen weken zuurstofniveaus waargenomen die kritisch kunnen zijn voor het waterleven, wat het gevolg is van de lage watertoevoer en de regelmatig hoge temperaturen.

Deze niveaus zijn echter vergelijkbaar met die van voorgaande jaren op hetzelfde moment.

Leefmilieu Brussel beschikt nog niet over de resultaten van de monitoring van de kwaliteit van andere oppervlaktewaterlichamen, maar we verwachten dat een gelijkaardige vaststelling zal gelden omwille van de beperkte neerslag en de lage temperaturen.

Wat de bacteriologische kwaliteit betreft:

Microbiologische kwaliteitsparameters, waaronder bacteriën (in zekere zin de sanitaire toestand en het risico van besmetting in verband met water), zijn niet opgenomen in de lijst van essentiële parameters voor de opvolging van de evolutie van de ecologische en chemische toestand van het oppervlaktewater, zoals vereist door de Kaderrichtlijn Water.

Bijgevolg zijn deze parameters niet opgenomen in de maandelijkse basismonitoring van de kwaliteit van de meeste Brusselse oppervlaktewateren die door Leefmilieu Brussel wordt uitgevoerd.

Anderzijds, moet een analyse van de bacteriologische kwaliteit worden uitgevoerd om een oppervlaktewaterplas open te stellen voor het zwemmen.

Afgelopen zomer is bijvoorbeeld een groot aantal monsters genomen en analyses uitgevoerd in het kader van de testfase van het zwemmen in de open lucht in bepaalde vijvers in het gewest.

Dit initiatief zal dit jaar niet worden herhaald (zie volgende vraag).

Op basis van de lessen die zijn getrokken uit de zwemtestfase die in de zomer van 2019 werd uitgevoerd, maar ook vanwege de huidige gezondheidscontext, zijn er geen plannen om het experiment te herhalen.

Zo zullen er in 2020 geen openluchtzwembaden in het hydrografisch netwerk of het kanaal meer worden opengesteld voor het publiek.

Er werd echter overwogen om aan de Biestebroeckkaai in een van het kanaal gescheiden bekken een badplaats te creëren.

Dit project van de VZW Pool is Cool werd stopgezet naar aanleiding van de gezondheidsonzekerheden in verband met de Covid-19-crisis.

Wat de permanente oplossingen betreft, weten we dat de vraag reëel is en dat er moet worden nagedacht over recurrente badplaatsen.

Gezien de resultaten van de testfase vanuit het oogpunt van de zwemwaterkwaliteit, lijkt het voorbarig om de testfasen te herhalen.

Tijdens een rondetafelconferentie in december 2019 werden mogelijke oplossingen besproken, zoals met name:

- Creatie van een openluchtzwembad met een filtratiesysteem door middel van natuurlijke of niet-gechloreerde lagunes (UV, zoutbehandeling, ...). Dit zwembad zou kunnen bestaan uit een drijvend zwembad dat op het kanaal is geïnstalleerd of een meer klassiek openluchtzwembad zoals deze vroeger in Brussel bestonden.

- Selectie van een of meer vijvers die moeten worden losgekoppeld van de riolering en het hydrografische netwerk. De behandeling kan dan worden gedaan door middel van een gesloten circuit lagune. Een van de te overwegen pistes is de Mayfair-vijver in Anderlecht in het Vijverpark van de Pede.

- Organisatie van korte sportevenementen in het kanaal (bijvoorbeeld op een zondag wanneer er geen scheepvaartverkeer is). Dit soort activiteiten vindt al enkele kilometers stroomafwaarts in het kanaal plaats. Deze piste moet worden geëvalueerd en voorbereid in nauwe samenwerking met Leefmilieu Brussel, dat verantwoordelijk is voor de controle van de kwaliteit van het kanaalwater, en de Haven van Brussel, die verantwoordelijk is voor de uitbating van het kanaal.

Wat de aanleg van een zwemvijver betreft, heb ik Leefmilieu Brussel gevraagd een haalbaarheidsstudie uit te voeren om de mogelijkheden voor de aanleg van een zwemvijver te beoordelen. De vijver die voor deze ontwikkelingen in aanmerking komt is de Mayfair-vijver in Anderlecht.

Binnenkort wordt door Leefmilieu Brussel een aanbesteding gepubliceerd.

Ik stel voor dat de conclusies van de haalbaarheidsstudie vervolgens worden besproken binnen de Brusselse Hoofdstedelijke Regering om de mogelijkheden te beoordelen om een openluchtzwembad te creëren voor alle inwoners van Brussel.

Het is inderdaad belangrijk om een plaats te kunnen bieden die voor iedereen toegankelijk is (zowel financieel als vanuit een toegankelijkheidsperspectief).

Naast het water, staat ook de vegetatie onder waterstress.

De weinige regenval die we dit voorjaar hebben gehad, verzwakt de meest kwetsbare bomen en soorten (oude bomen of bomen van minder dan 2 jaar oud) en als deze droogteperioden te lang aanhouden of te vaak voorkomen, kan dit leiden tot hun degeneratie, wat op sommige plaatsen de noodzaak aan het kappen en vervangen van bomen met zich meebrengt.

Lagere waterstanden kunnen ook gevolgen hebben voor het vervoer over water.

Op dit moment wordt de scheepvaart volgens de informatie van de Haven van Brussel niet beïnvloed door de daling van het waterpeil en zijn alle gebieden per boot bereikbaar.

Dankzij de geïnstalleerde pompen in de sluizen van Zemst, Molenbeek en Anderlecht kan de Haven van Brussel een normaal waterpeil in haar waterloop garanderen.

Anderzijds, zal het transitverkeer, dat al zwaar werd getroffen door de lage waterstand in 2018/2019, waarschijnlijk nog steeds worden getroffen door de droogte, die dit jaar al zeer aanwezig is.

De sluizen in Vlaanderen stroomopwaarts van de Haven van Brussel zijn immers niet uitgerust met pompen om het waterpeil te handhaven.

Als gevolg daarvan ondervindt het Vlaamse deel van het kanaal Brussel-Charleroi een onverbiddelijke daling van het waterpeil door een gebrek aan watertoevoer vanuit Wallonië.

De Vlaamse Waterweg overweegt de tijdelijke installatie van mobiele pompen om deze situatie te verhelpen.