Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende invasieve exotische soorten.

Indiener(s)
Aurélie Czekalski
aan
Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 384)

 
Datum ontvangst: 30/06/2020 Datum publicatie: 02/10/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 14/09/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
07/07/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Brussel is een groene stad. Bossen en wouden, parken en groene ruimten, privétuinen, landbouwgronden, braakliggende terreinen en speelterreinen beslaan bijna 50% van de oppervlakte, d.w.z. ongeveer 8.000 hectare. Helaas wordt die biodiversiteit nu bedreigd. De toenemende verstedelijking, vervuiling, klimaatverandering maar ook de komst van invasieve uitheemse soorten (IUS) hebben een negatieve invloed op de biodiversiteit in Brussel, of het nu gaat om fauna of flora.

IUS kunnen grote milieu-, economische of gezondheidsproblemen veroorzaken. De economische kosten houden vaak verband met lagere landbouwopbrengsten, maar niet alleen. Natuurlijk heeft dit probleem ook gevolgen voor stedelijke gebieden. De kosten voor het herstel van overwoekerde omgevingen, bestrijding en preventie zijn ook aanzienlijk. Zoals in het ontwerp van ordonnantie wordt vermeld, worden de negatieve economische gevolgen voor de EU geraamd op ten minste 12 miljard euro per jaar.

In het Brussels Gewest werden niet minder dan 18 soorten van de Europese lijst van invasieve uitheemse soorten waargenomen. Een derde van die 18 soorten zijn land- of waterplanten. De rest is verdeeld over 4 ongewervelde soorten en 8 gewervelde soorten (1 reptiel, 2 vissen, 2 vogels, 3 zoogdieren (wasbeer, Siberische grondeekhoorn en muskusrat).

Om mijn informatie en de discussies die we in de commissie hebben gevoerd te vervolledigen, had ik graag de volgende verduidelijkingen:

- Aangezien de landbouwactiviteit in Brussel zeer laag is, hoeveel schat u de jaarlijkse kosten van de IUS voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest? Welke andere soorten activiteiten kunnen door dit probleem worden beïnvloed?

- Wat wordt er op dit moment gedaan op het gebied van preventie in het Brussels Gewest? Welke personele middelen heeft het Gewest op het gebied van preventie en inspectie voor deze problematiek ingezet? Zijn ze naar uw mening voldoende?

- Wat wordt er gedaan om de verstoorde evenwichten te verhelpen die worden veroorzaakt door de 18 IUS die op het grondgebied van het Gewest aanwezig zijn?

- Hoeveel NGD's (nieuwe gezelschapsdieren), die op het grondgebied van het Gewest aanwezig zijn, staan op deze lijst van IUS?
 
 
Antwoord    1)

Invasieve exoten kunnen een negatieve impact hebben op economie, ecologie en volksgezondheid.
Invasieve exoten kunnen in twee grote categorieen worden opgedeeld: een ‘Unielijst’ en een Brusselse lijst. De Unielijst is de soortenset waarnaar u in uw inleiding refereert. Deze lijst vormt de uitvoering van een Europese verordening die sinds 1 januari 2015 van kracht is. De ‘Brusselse lijst’ verwijst naar bijlage IV van de Brusselse Ordonnantie betreffende het Natuurbehoud, van kracht sinds 1 maart 2012. Deze lijst omvat 28 diersoorten en 46 plantensoorten.
Om de exacte kost van invasieve exoten te kennen, moet dus eerst de som gemaakt worden van alle soorten uit beide lijsten, die voorkomen in de Brusselse natuur. Ten tweede moet alle kosten in rekening worden gebracht. Een effectieve berekening werd bijgevolg nog niet gemaakt voor het Brussels Gewest.

2)

In het Brussels gewest is de jongste jaren heel wat werk gemaakt van preventieve maatregelen.

Sinds maart 2012, volgens de Ordonnantie betreffende het natuurbehoud, is het verboden uitheemse soorten opzettelijke in de natuur te introduceren. Sindsien is het ook verboden de soorten van de Brusselse lijst te verkopen, gratis of tegen vergoeding over te dragen, te ruilen of aan te schaffen.

Een andere preventieve maatregel is wat men noemt Early Warning/Rapid Response (EWRR). Dit mechanisme houdt in dat wanneer een nieuwe invasieve exoot voor een eerste keer wordt gemeld via waarnemingen.be, de beheerder van deze waarneming op de hoogte wordt gebracht, wat een snelle respons op het terrein mogelijk maakt.

De Europese verordening verplicht de Europese lidstaten om actieplannen op te maken voor de belangrijkste introductieroutes van invasieve exoten, met als doel de onopzettelijke introducties te beperken. Pathway- actieplannen zijn momenteel in opmaak op Belgisch niveau, met een actieve medewerking van het Brusselse Gewest.

Sinds 2015 voert Leefmilieu Brussel campagne om het voederen van wilde dieren te stoppen. Heel wat invasieve diersoorten danken hun succes aan het feit dat ze constant worden gevoederd door mensen (die denken dat ze daarmee een goede daad stellen voor de biodiversiteit).


In het Departement Biodiversiteit werken momenteel 5 mensen. Een persoon is expliciet belast met het soortenbeleid, namelijk de monitoring, het beheer en de communicatie van soorten.


Tussen nu en 2021 zullen Leefmilieu Brussel en mijn kabinet, rekening houdend met de prioriteiten van de legislatuur en de financiële middelen die beschikbaar zijn na de COVID-crisis, nagaan of het personeelsbestand van het departement toereikend is.

3)

Met de soorten op de Brusselse lijst wordt rekening gehouden in de (reeds opgestelde of nog op te stellen) Natura 2000-beheersplannen.

Voor de soorten op de Europese lijst worden op nationaal niveau, in het kader van de samenwerkingsovereenkomst, technische informatiebladen en een beheersplan opgesteld voor elke soort. Deze individuele plannen zullen best practices en managementstrategieën bevatten.

4)

Volgens onze schattingen, zijn er op heden vijf soorten aanwezig op het grondgebied. Dit is het gevolg van het feit dat deze soorten ooit beschouwd werden als huisdieren.

Het gaat om de waterschildpad (roodwang-, geelwang- en geelbuik-), de Nijlgans, de Rosse stekelstaart, de Siberische grondeekhoorn en het Parelvederkruid (aquarium).