Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de problematiek omtrent de hoeveelheden asbest in gebouwen en woningen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Indiener(s)
Bianca Debaets
aan
Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 569)

 
Datum ontvangst: 12/11/2020 Datum publicatie: 06/01/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 04/01/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
30/11/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Sinds 1998 is het verboden om asbesthoudende materialen te produceren, verhandelen of hergebruiken, maar desalniettemin komt de kankerverwekkende stof nog steeds voor in de gevels of daken van oudere gebouwen of woningen.

Op Vlaams niveau werd daartoe op maandag 9 november laatstleden beslist om de komende twee jaar 124 miljoen euro te gaan investeren in asbestafbouw, wat een verzesvoudiging van het huidige jaarlijkse budget betekent. Het grootste deel daarvan zal aangewend worden voor een verhoogde isolatiepremie voor dak- en buitenmuurisolatie bij residentiële en niet-residentiële gebouwen wanneer de verwijdering van asbest gepaard gaat met het isoleren van de spouwmuren of het dak. De overige middelen gaan naar asbestverwijdering in voornamelijk scholen of zorginstellingen via sectorprotocollen. Ook protocollen met lokale besturen voor asbestverwijdering en -ophaling aan huis worden daarbij mogelijk gemaakt.

In het voorjaar van 2020 werd u al enkele keren schriftelijk ondervraagd omtrent deze problematiek nadat onder meer bleek dat in bijna acht op de tien schoolgebouwen van het Gemeenschapsonderwijs in Brussel nog asbest aanwezig is (cf. bijvoorbeeld schriftelijke vragen nr. 223, nr. 225, nr. 239).

Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:

- Hebt u zicht op de totale hoeveelheid asbest die zich momenteel nog in de gebouwen en woningen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevindt? Kan u dit onderverdelen naargelang het soort asbestproduct dat gebruikt werd, het soort gebouw (woning, bedrijfsgebouw, schoolgebouw …) en de gemeente waarin dit gebouw staat? Hoe evalueert u deze cijfers in vergelijking met de voorgaande jaren?

- Kan u in het bijzonder toelichten of er ook asbest aanwezig is in gebouwen die gewestelijke eigendom zijn? Zo ja, om welke gebouwen gaat het? Hoeveel vierkante meter asbest is hier telkens aanwezig? Welk stappenplan bestaat er om deze op termijn te kunnen verwijderen?

- Kan u een stand van zaken geven wat betreft de opmaak van actiepistes door Leefmilieu Brussel om eigenaars en vakmensen beter te kunnen begeleiden bij het verwijderen van asbest uit gebouwen (zoals aangehaald in schriftelijke vraag nr. 225)? Op welke manier kunnen zij reeds beroep doen op de informatie en begeleiding die zij nodig hebben om de risicobeoordeling en de asbestverwijderingswerken uit te voeren?

- Kan u een stand van zaken geven wat betreft de uitwerking van een strategie voor een veilig beheer van asbest op het gewestelijke grondgebied door Leefmilieu Brussel (cf. schriftelijke vraag nr. 223)? Welke concrete stappen werden hieromtrent reeds ondernomen? Welk tijdspad en welke middelen voorziet u voor de verdere ontwikkeling van deze strategie? Kan u de krachtlijnen daarvan reeds toelichten?

- Op welke manier hebt u dit dossier reeds overlegd met enerzijds de bevoegde Collegeleden uit de VGC en de COCOF voor wat betreft de omvang van de asbestproblematiek in schoolgebouwen en anderzijds met Staatssecretaris bevoegd voor Huisvesting Nawal Ben Hamou voor wat betreft de omvang van deze problematiek in de sociale en particuliere woningen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest? Op welke manier werd daarbij bekeken of het mogelijk zou zijn om een uniform systeem uit te werken dat in financiële steun voorziet bij asbestverwijdering?
 
 
Antwoord    1/

In 2017 werd een inventarisatiestudie afgerond van de asbestmaterialen in de gebouwen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Deze studie is een raming van de aanwezige hoeveelheid asbest in de Brusselse gebouwen, maar is geen kadaster met aanduiding van welke gebouwen welke types van toepassingen bevatten. De studie bracht aan het licht dat er nog 298.000 ton niet broze asbesthoudende toepassingen en 108.000 ton broze asbesthoudende toepassingen aanwezig zijn. De 108.000 ton broze toepassingen worden opgedeeld over 56.000 ton in de publiek toegankelijke gebouwen, 30.000 ton in de gebouwen uit de privésector, 20.000 ton in de woningen en 2000 ton in scholen en kinderdagverblijven. Van de niet-broze toepassingen werd er 104.000 ton teruggevonden in de gebouwen uit de privésector, 93.000 ton in de publiek toegankelijke gebouwen, 95.500 ton in de woningen en 5.500 in scholen en kinderdagverblijven. Deze cijfers gelden voor het gehele gewest, zonder opdeling per gemeente. Sinds 2017 zijn er geen nieuwe inventarisatiestudies uitgevoerd. Leefmilieu Brussel blijft wel jaarlijks gemiddeld 400 milieuvergunningen afleveren voor asbestwerven.


2/

De inventarisstudie waarnaar verwezen wordt in het antwoord op de eerste vraag is geen uitputtende inventaris van het aanwezige asbest in de gebouwen, noch van de gebouwen waarvan het gewest de eigenaar is.


3/

De actiepistes om eigenaars en vakmensen beter te begeleiden bij het verwijderen van asbest uit gebouwen, evenals de gebruikte communicatiemethoden, zullen integraal deel uitmaken van de strategie voor een veilig beheer van asbest in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

De ambtenaren van de Afdeling Vergunningen en Inspectie van Leefmilieu Brussel staan ter beschikking van het publiek om alle vragen te beantwoorden die een meer geïndividualiseerde analyse vereisen.

Naarmate de asbeststrategie wordt uitgerold, zullen voorlichtingscampagnes worden georganiseerd om het publiek te informeren over de genomen maatregelen.


4/

De strategie voor een veilig beheer van asbest in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wordt momenteel opgesteld en zal de volgende verschillende werkdomeinen omvatten:
- Een beleid inzake asbestinventarisatie invoeren.
- Het risico op contaminatie in het kader van asbestwerven beperken.
- Informeren en sensibiliseren.
- Een coherentiebeleid invoeren.

De algemene weerslag op de begroting wordt momenteel beoordeeld.


5/

Aangezien de gewestelijke strategie nog steeds wordt uitgestippeld, is er nog geen overleg geweest over de uitrol van acties.

De strategie voorziet echter wel via het werkdomein "Een coherentiebeleid invoeren" in acties die in overleg met alle belanghebbenden moeten worden uitgevoerd. De regelingen voor dit overleg zullen binnenkort worden goedgekeurd.