Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de stand van zaken omtrent het gewestelijk beleid rond participatieve democratie.

Indiener(s)
Bianca Debaets
aan
Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 620)

 
Datum ontvangst: 05/11/2020 Datum publicatie: 12/02/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 11/02/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
23/12/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Sinds deze legislatuur hebt u het genoegen bevoegd te zijn voor het gewestelijk beleid omtrent de participatieve democratie. Ook in het regeerakkoord van de Brusselse Regering wordt daarbij meermaals het belang van (burger)participatieve benaderingen, co-creaties en soortgelijke dynamieken aangehaald.

Deze doelstellingen vertaalden zich ook concreet in meerdere doelstellingen die werden opgenomen in de beleidsnota Participatieve Democratie (A-37/2 – 2019-2020, p.120 e.v.). Zo wordt onder meer gewag gemaakt van het vaststellen van een kader dat de participatieve democratie versterkt, het bevorderen van het ontstaan van burgerinitiatieven en het versterken van de participatieve democratie bij de ontwikkeling, de controle op de uitvoering en de evaluatie van het overheidsbeleid.

Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:

- Kan u een stand van zaken geven wat betreft het beleid dat u reeds gevoerd heeft in het kader van uw bevoegdheid Participatieve Democratie? Welk budget werd daarbij per actie voorzien?

- Onderzoekt u een juridisch kader om deze participatie in de besluitvorming vast te leggen en te concretiseren? Is er daaromtrent reeds een openbare aanbesteding gelanceerd? Zo ja, wat was/is de oplevertermijn ter zake?

- Welke doelstellingen uit de beleidsnota inzake participatieve democratie werden reeds aangevat en hoe ver staat u hiermee? Hoe evalueert u deze vorderingen tot dusver?

- Met welke actoren en betrokken spelers hebt u reeds samengezeten of afspraken gemaakt met het oog op het stimuleren van de participatieve democratie?

- Kan u meedelen welke monitoring u hebt ingesteld? Op welke manier wordt dit complementair gemaakt met de parlementaire controlebevoegdheid?

- Kan u duiden hoeveel medewerkers er zowel binnen uw kabinet als binnen de administratie rond deze bevoegdheid werken? Kan u de personeelskost hiervan nader toelichten? Welk aandeel van het budget dat voorzien wordt voor de participatieve democratie wordt hieraan besteed?

- Op welke manier werkt u hieromtrent samen met uw collega’s uit de Brusselse Regering, wiens beleidsdomeinen vaak raakpunten hebben met deze doelstellingen, alsook een overzicht van de projecten die samen met hen reeds werden opgezet?

- Op welke manier werkt u hieromtrent samen met de andere Gewesten en het federale niveau (waar nu de bevoegdheid ‘democratische vernieuwing’ werd toegevoegd aan de bevoegdheden van de Minister van Binnenlandse Zaken)? Hebt u reeds voorgesteld om hieromtrent een werkgroep of een IMC op te richten?

- Kan u duiden op welke manier de coronacrisis een impact heeft gehad op de plannen omtrent het stimuleren van de participatieve democratie?
 
 
Antwoord    1/

Aangezien de bevoegdheid participatieve democratie een nieuwe bevoegdheid is, werden gedurende het eerste jaar de grote lijnen en doelstellingen en het actieplan om deze bevoegdheid in te voeren, uitgestippeld, en met name een administratie voor de uitvoering werd opgericht.

Wat de toekomstige Participatiedienst betreft: dankzij het voorbereidend werk kon de vorm ervan worden bepaald, kon de ‘ontvangende’ administratie worden aangewezen en kon een eerste begroting voor 2021 worden goedgekeurd om de dienst op te richten. Voor de oprichting van de toekomstige dienst werd een budget van 700.000 euro vrijgemaakt.

Tijdens de ongeziene periode van de lockdown die de inwoners van Brussel getroffen heeft, werd een participatieproces opgestart: de digitale raadpleging "Bereid Brussel mee voor" over het thema veerkracht, met bijna 5 000 respondenten, die zal worden gevolgd door overlegworkshops waaraan 150 mensen zullen deelnemen en een dag van de veerkracht. Het totaalbudget voor dit project bedraagt 75.625 euro.

Vervolgens is er het participatief project "Brussels Takes Care", dat tot doel heeft de Brusselse burgers te betrekken bij de gezamenlijk uitwerking (co-constructie) van het toekomstige geïntegreerde welzijns-en gezondheidsplan van het Brussels Gewest. Het budget voor deze actie bedraagt 135.568,40 euro. Het bestaat uit een digitale raadpleging, focusgroepen en een burgerpanel.

Ten slotte, zijn er de participatieve componenten van het partnerschap voor schone lucht in Brussel tussen de Brusselse regering, de Bloomberg Stichting, Belgische universiteiten en burgerverenigingen.


2/

In dit stadium werd nog geen openbare aanbesteding uitgeschreven voor een wettelijk kader.


3/

Strategische doelstelling 1: Totstandbrenging van een kader ter versterking van de participatieve democratie
Verwezenlijkingen:
- Grote lijnen van de Participatiedienst en aanwijzing van de ‘ontvangende’ administratie.
- Terbeschikkingstelling van een budget van 700.000 euro voor de oprichting van de dienst in 2021.

Strategische doelstelling 2: Het ontstaan van burgerinitiatieven aanmoedigen.
Verwezenlijkingen:
- Ondersteunen van de acties van lokale overheden: voortzetting van de financiële steun aan BRULOCALIS voor haar dienst "Duurzame stad" door Leefmilieu Brussel.
- Integratie van een participatieve dimensie in de projectoproep Klimaatactieprogramma's
- Een participatieve reflex binnen de gewestelijke instanties aanmoedigen: uitbreiding van het programma "Vooruit met de Wijk" voor Brussel Mobiliteit en Net Brussel. Steun van de diensten van het Verenigd College voor de organisatie van "Take Care Brussels".

Strategische doelstelling 3: Versterken van de participatieve democratie in het kader van de uitwerking, opvolging van de uitvoering en evaluatie van het overheidsbeleid.
Verwezenlijkingen:
- Opstart van de Staten-Generaal voor gezondheid en welzijn met het oog op de opmaak van het Geïntegreerd Welzijns- en Gezondheidsplan via de organisatie van enquêtes, focusgroepen en een gewestelijk burgerpanel tussen september 2020 en januari 2021.
- De participatieve actie " Bereid Brussel mee voor" via de digitale raadpleging die plaatsvond tijdens de zomer van 2020.

Strategische doelstelling 4: Steun verlenen aan elke participatieve actie en elke vorm van overleg waarbij de burgers worden betrokken en waartoe het Parlement het initiatief neemt in het kader van een hervorming van zijn inspraakprocedures.
Verwezenlijkingen:
Bij besluit van de regeringen van het BHG en de GGC werd steun aan de door de parlementen ingestelde overlegcommissies betuigd.


4/

Er zijn ontmoetingen geweest met tal van Brusselse verenigingen die betrokken zijn bij burgerparticipatie, alsook met verscheidene gemeenten.


5/

Er is geen controle op de participatieve acties van de overheden ingesteld.


6/

In 2021 werd een initieel werkingsbudget van 700.000 euro uitgetrokken voor de oprichting van de toekomstige Participatiedienst, met inbegrip van 324.000 euro voor personeel, wat overeenstemt met 5 VTE's.

Het kabinet telt 1 VTE die zich uitsluitend op dit thema toelegt, maar meerdere adviseurs uit andere functies komen hierin tussen naargelang de thema’s die aan bod komen.


7/

Er werd en wordt nauw samengewerkt met de minister-president voor de oprichting van de toekomstige Participatiedienst. Hij zal verantwoordelijk zijn voor het opzetten van de samenwerkingsverbanden tussen de instellingen.


8/

Er werd samengewerkt met de FOD BOSA voor de oprichting van een digitaal platform.

In dit stadium en voor zover wij weten, hebben noch het federale niveau, noch de deelstaten het initiatief genomen tot een werkgroep voor democratische vernieuwing.


9/

De crisis naar aanleiding van het coronavirus en de beperkingen omwille van de opgelegde gezondheidsmaatregelen hebben een onmiskenbaar effect op de participatie-dynamiek, aangezien deze dynamiek niet steevast aan het digitale formaat is aangepast en bovendien sommige doelgroepen niet digitaal worden bereikt.

Talrijke openbare actoren en verenigingen kijken ten zeerste uit naar de terugkeer van fysieke bijeenkomsten.