Schriftelijke vraag betreffende de benutting van het woud voor brandhout
- Indiener(s)
- Ariane de Lobkowicz
- aan
- Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 630)
Datum ontvangst: 18/12/2020 | Datum publicatie: 10/03/2021 | ||
Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 20/21 | Datum antwoord: 16/02/2021 |
Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
12/01/2021 | Ontvankelijk | p.m. |
Vraag | De Waalse wouden worden intensief benut voor brandhout. De openbare verkoop van brandhout trekt over het algemeen veel mensen aan, veel meer mensen dan de verkoop die voorbehouden is aan professionals, omdat de belangstelling voor deze goedkope brandstof zonder koolstofvoetafdruk zo groot is. Ik ben niet op de hoogte van enige verkoop van brandhout door uw administratie en ik heb begrepen dat zelfs het verzamelen van dood hout uit de grond niet is toegestaan vanwege de wens om de biodiversiteit te behouden die deze planten bieden als schuilplaats voor vele wormen en insecten. Wat is de werkelijke situatie en hoe rechtvaardigt u een eventueel verschil in het beleid ten opzichte van het door het Waals Gewest gekozen beleid? |
Antwoord | In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is er strikt genomen geen verkoop van brandhout. Toch organiseert Leefmilieu Brussel elk jaar in oktober een verkoop van hout op stam in het Brusselse Zoniënwoud. Deze openbare verkoop is hoofdzakelijk bedoeld voor houthandelaren, maar er wordt ook in enkele kleinere partijen - enkele tientallen kubieke meters - voorzien om particulieren in staat te stellen brandhout voor eigen gebruik aan te schaffen. Hoewel de koolstofafdruk van brandhout als neutraal wordt beschouwd, moet erop worden gewezen dat de verbranding ervan een bron van verontreinigende deeltjes kan zijn, vooral als die verbranding in slechte omstandigheden plaatsvindt (verouderde, slecht onderhouden toestellen, enz.). In het Waalse Gewest wordt de verkoop van brandhout inderdaad georganiseerd door het Département de la Nature et des Forêts. Deze praktijk is echter specifiek voor bepaalde kantons en maakt deel uit van een plaatselijke traditie. Het is immers verboden om hout te sprokkelen in het Zoniënwoud. Het laten liggen van dood hout laat de regeneratie van de bodem toe, evenals het behoud en de toename van de biodiversiteit (dieren, schimmels, enz.) en draagt zo bij tot de veerkracht van het bosecosysteem. |