Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de vallende bomen bij barre weersomstandigheden

Indiener(s)
Bertin Mampaka Mankamba
aan
Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 655)

 
Datum ontvangst: 19/01/2021 Datum publicatie: 11/03/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 03/03/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
27/01/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    In het jaar 2020 heeft bar weer herhaaldelijk geleid tot het vallen van bomen in verschillende wijken van het Brusselse Gewest. Daardoor werd in het gewest een reeks schadegevallen veroorzaakt, zoals de onderbreking van het auto- of treinverkeer op bepaalde trajecten. Deze schade kan soms veel ernstiger zijn en zelfs tot de dood leiden.
Daarom wilde ik u het volgende vragen:
- Kan u ons een exacte telling geven van het aantal bomen dat in het afgelopen jaar op de openbare weg is gevallen?
- Wat waren de oorzaken daarvan (slecht weer, ziekte, gebrek aan onderhoud,...)?
- Hoe denkt u dit tegen te gaan om nieuwe rampen te voorkomen? Hebt u een snoeiplan uitgewerkt? Zo ja, wat houdt het in?
 
 
Antwoord    In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest worden de bomen langs de openbare wegen beheerd door de gemeentelijke overheden als het om gemeentewegen gaat en door Brussel Mobiliteit als het gewestwegen betreft. Wat het beheer van de bomenrijen langs de openbare weg betreft, nodig ik u dan ook uit contact op te nemen met mijn collega die bevoegd is voor Mobiliteit, minister Van den Brandt.

Wat de openbare groene ruimten betreft, beheert Leefmilieu Brussel 106 parken en meer dan 50.000 bomen. Tijdens de stormen van maart en juni 2019 en februari 2020, de zwaarste van de afgelopen twee jaar, heeft het terreinpersoneel van Leefmilieu Brussel 299 ontwortelde bomen of afgebroken hoofdtakken (gesteltakken) gemeld.

Sinds 1 januari 2019 zijn negentien incidenten gemeld met lichamelijk letsel en/of materiële schade in de door Leefmilieu Brussel beheerde parken. In één enkel geval viel er een gewonde. Het - gelukkig niet dodelijke - lichamelijke ongeval gebeurde niet tijdens stormweer maar na de onverwachte val van een boom in het Koning Boudewijnpark. De achttien andere gemelde gevallen betreffen omvallende bomen en takken op auto's, gebouwen en omheiningen. Deze laatste incidenten vonden allemaal plaats tijdens stormweer.



Over het geheel genomen is het gewestelijke bomenerfgoed verzwakt. Enerzijds lijdt het onder de gevolgen van drie opeenvolgende droogtejaren, die de gezondheid aantasten van bomen die veel water nodig hebben voor hun groei en ontwikkeling, zoals de beuk of de gewone esdoorn. Als verzwarende factor hebben deze droogteperioden ook gevolgen voor bomen in slechte gezondheid (bomen die aan het einde van hun levenscyclus zijn, bomen die met hun buren concurreren, bomen die onder stress staan vanwege hun standplaats in de stad of die gewond zijn). Ten slotte leidt de klimaatopwarming tot de introductie van nieuwe parasieten en de uitbreiding van het verspreidingsgebied of de virulentie van aanwezige parasieten (bv. schorskevers).

Vooral bij stormweer worden vallende bomen waargenomen. Het gaat dan in de eerste plaats om verzwakte bomen.


Leefmilieu Brussel werkt al meer dan twintig jaar aan het opzetten van een ecologisch en doordacht beheer van het bomenerfgoed. Daartoe wordt de gezondheidstoestand van de bomen gemonitord. Daarnaast worden verschillende concrete maatregelen genomen, zoals het doordacht vellen en snoeien van gevaarlijke bomen volgens het beginsel van goede praktijken, om de verspreiding van ziekten of de besmetting van gezonde bomen via gereedschap te voorkomen; de bescherming van gebieden waar veteranenbomen hun levenscyclus kunnen voortzetten zonder risico's op te leveren voor de burgers ; de aanplant van bomen in de beste omstandigheden om hun toekomst veilig te stellen; de spontane en natuurlijke regeneratie van beboste gebieden; of de diversificatie van boomsoorten, gekozen op grond van hun aanpassing aan de plaatselijke bodemgesteldheid en de microklimatologische omstandigheden in de stad, en geselecteerd op grond van hun vermogen om zich aan te passen aan de klimaatverandering. 

Wat de maatregelen op de gewestwegen betreft, nodig ik u uit contact op te nemen met minister Van den Brandt, die bevoegd is voor Mobiliteit.