Schriftelijke vraag betreffende de steunverlening aan de stadslandbouw in het Brussels Gewest
- Indiener(s)
- Aurélie Czekalski
- aan
- Sven Gatz, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt, de Promotie van Meertaligheid en van het Imago van Brussel (Vragen nr 266)
| Datum ontvangst: 04/01/2021 | Datum publicatie: 11/03/2021 | ||
| Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 20/21 | Datum antwoord: 10/02/2021 | |
| Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
| 29/01/2021 | Ontvankelijk | p.m. |
| Vraag | Ondanks het feit dat stadslandbouw sterk in opmars is, staan deze ondernemers voor vele uitdagingen. De invoering van een fiscale stimulans zou hen enorm kunnen helpen. Het zou voor de eigenaars een stimulans zijn om de ongebruikte delen van het gebouw uit te baten. En het zou ondernemers die de sprong willen wagen, kunnen helpen een "goedkopere" plaats te vinden om met stadslandbouw te beginnen. Sta mij toe u de volgende vragen te stellen: - Welke pistes worden er binnen de Brusselse regering onderzocht om financiële steun te verlenen aan alle projecten die een goede ruimtelijke ordening, de terugkeer van groen in de stad en gezond en gecontroleerd voedsel verenigen? - Is de Brusselse regering van plan een fiscale stimulans in te voeren op de onroerende voorheffing voor eigenaars van gebouwen in de stad om hun dak of kelder ter beschikking te stellen? o Zo ja, in welk tijdsbestek? o Zo nee, waarom niet? - Welke steun biedt Finance.Brussels op het vlak van stadslandbouw? |
| Antwoord | Fiscale incentives zouden in voorkomend geval de ontwikkeling van stadslandbouw inderdaad kunnen ondersteunen. Dat geldt voor om het even welke activiteit trouwens. Maar elke fiscale korting heeft een prijs en in dit geval zou zo’n incentive de fiscale basis van de onroerende voorheffing verkleinen, in hoofdzaak voor de gemeenten. Een slinkende fiscale basis vergroot vaak het risico van een tariefstijging voor de andere belastingplichtigen. De voorgestelde fiscale afwijking maakt de belasting ook complexer en de inning en controle ervan duurder (bij gebrek aan authentieke bron, zou elke aanvraag tot vermindering systematisch manueel behandeld moeten worden), terwijl het net de bedoeling is om de gewestelijke fiscaliteit eenvoudiger en voordeliger te maken voor elke Brusselaar. Wat Finance.Brussels betreft, verwijs ik de geachte Volksvertegenwoordigster door naar de bevoegde voogdijminister, te weten de Staatssecretaris belast met Economische Transitie en Wetenschappelijk Onderzoek. |