Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de export van lokale producten naar Noord-Afrika

Indiener(s)
Geoffroy Coomans de Brachène
aan
Pascal Smet, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, bevoegd voor Stedenbouw en Erfgoed, Europese en Internationale Betrekkingen, Buitenlandse Handel en Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (Vragen nr 348)

 
Datum ontvangst: 22/01/2021 Datum publicatie: 11/03/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 08/03/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
08/02/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Zoals Hub.brussels vermeldt, heeft Noord-Afrika (met name Algerije, Tunesië en Marokko) na Oost-Afrika een van de beste groeipercentages van het Afrikaanse continent. Voor de Brusselse bedrijven is het een aantrekkelijke zakenbestemming. Zij kunnen profiteren van een stabiel macro-economisch klimaat. De veelbelovende gebieden voor hun export zijn: infrastructuur, technologie, medische apparatuur, chemie en voedingsproducten.(1)
Daarom wilde ik antwoorden op de volgende vragen:
1. Wat is de follow-up van uw diensten? Wordt er samen met de FOD Economie een studie opgestart om de vraag op de Noord-Afrikaanse markt te peilen?
2. Is er een vergadering geweest tussen uw diensten en de Algemene Delegatie Wallonië-Brussel? Zo ja, hebt u aandacht besteed aan klimaat- en milieukwesties, maar ook aan gezondheidskwesties?
3. Welke mechanismen zijn voorzien om onze lokale producten in Noord-Afrika meer bekendheid te geven?
4. Wat is de jaarlijkse begroting van de Noord-Afrikaanse afdeling van Hub.brussels?
5. Beschikt u over cijfers voor 2019 en 2020 over de economische activiteit die de Noord-Afrikaanse afdeling heeft helpen genereren voor de Brusselse economie?
6. Heeft het Gewest een plan, of op zijn minst een duidelijke lijn in het beheer en de opvolging van de activiteiten van de Noord-Afrikaanse afdeling van Hub.brussels?

https://hub.brussels/nl/international/afrika/noord-afrika/
 
 
Antwoord    - Er zijn geen gezamenlijke studies met de FOD Economie en hub.brussels onderhoudt geen contacten met de FOD Economie over de toekomstgerichte benadering.
Over het algemeen wordt er zelden een beroep gedaan op de gegevens van de FOD Economie, behalve voor sommige verslagen over de impact van internationale overeenkomsten op de Belgische sectoren.
Hoe dan ook, als een dergelijke studie wordt uitgevoerd, vloeit die doorgaans voort uit een samenwerking met het Agentschap voor Buitenlandse Handel, eerder dan met de FOD Economie.
Het kantoor van de Brusselse economische en handelsattaché voert regelmatig sectorstudies uit voor de Brusselse ondernemingen en werkt die studies ook bij.

Het kantoor in Tunis bestrijkt Algerije en Tunesië.
Historisch gezien was Algerije na de DRC de tweede importeur van Belgische producten in Afrika.
De nadruk ligt op hernieuwbare energie, energieprestaties van de gebouwen, mobiliteitsplannen, afvalverwerking, digitalisering, uitbouw van de e-commerce, opwaardering van het toerisme en de heroriëntatie naar duurzame en ecologisch verantwoorde oplossingen.
In dat opzicht wordt het staatsbezoek van de Tunesische president aan België (juni 2021) een hoogtepunt om de knowhow van onze bedrijven op de voorgrond te plaatsen.

- Er moet worden opgemerkt dat Wallonië-Brussel International verantwoordelijk is voor de buitenlandse betrekkingen van Wallonië, de Federatie Wallonië-Brussel en de Franse Gemeenschapscommissie, maar niet voor die van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Contacten vallen logischerwijs eerder onder de taken van Brussels International aangezien de externe partners van hub.brussels AWEX, FIT en het Agentschap voor Buitenlandse Handel zijn, evenals de FOD Buitenlandse Zaken. Er zijn geen geïnstitutionaliseerde contacten tussen de hoofdzetel van hub.brussels en WBI. De economische en handelsattachés vertegenwoordigen het BHG, samen met Brussels International.

De economische en handelsadviseur van hub.brussels vergadert niettemin wekelijks met de ambassadeur en de Algemene Delegatie van WBI.
Wekelijks wordt een stand van zaken gemaakt van de gezondheidssituatie.
Wat de klimaat- en milieukwesties betreft, blijken de plaatselijke politieke en economische moeilijkheden die problematiek helaas enigszins naar het achterplan te hebben verschoven bij de plaatselijke beleidsmakers.
Niettemin heeft het kantoor in Tunis in 2019 een economische missie georganiseerd en heeft het Enabel daarbij uitgenodigd. Dat heeft hun interesse gewekt en ze hebben daarna beslist om een kantoor in Tunesië te openen om projecten inzake milieubeheer, gefinancierd door internationale geldschieters, in goede banen te leiden (opening 2021).

-Wat de begeleiding van onze bedrijven op de Noord-Afrikaanse markt betreft, kunnen onze exporteurs zich tot drie kanalen wenden:
Collectieve begeleiding via de acties voorzien in het Actieplan dat in Brussel werd vastgelegd.

Individuele begeleiding op maat voor bedrijven via de diensten van ons kantoor in Tunis: opzoeken van marktinformatie, potentiële contacten, partners of klanten, enz. Onze kantoren volgen ook de handel op zodat ze opportuniteiten kunnen voorstellen aan onze exporteurs.

Specifieke offerteaanvragen en opportuniteiten die rechtstreeks naar de ondernemingen worden verstuurd.
Ondanks de crisis en rekening houdend met de reisbeperkingen, vond in 2020 een virtuele presentatie plaats van de Brusselse voedingsproducten.
De interesse van Brusselse bedrijven wordt gewekt via praktische, exhaustieve gidsen over de export naar Tunesië en Algerije. Een groot deel van onze kmo’s legt zijn focus slechts op een beperkt aantal grote uitvoermarkten doordat het moeilijk is om de wettelijke en administratieve mogelijkheden in te schatten.

- Het jaarbudget bedraagt € 56.800 (plaatselijke HR, investerings- en werkingskosten).


- Het is voor ons niet mogelijk om het door ons kantoor bereikte exportpercentage van het BHG vast te stellen. De rol van de economische en handelsattaché is om de bedrijven te begeleiden of om evenementen te organiseren waarin de zoektocht naar partners aangemoedigd wordt. Ze zijn dus niet systematisch op de hoogte van ondertekende overeenkomsten en de betrokken bedragen.
In elk geval vindt u hieronder de exportcijfers van de goederen van het BHG en van de Belgische diensten (die van het Gewest zijn niet beschikbaar).

 

11 premiers mois/eerste maanden 2020

2019

2018

 

6 premiers mois/eerste maanden 2020

2019

2018

Exportations bruxelloises de biens vers l’Algérie / export Brusselse goederen naar Algerije

1.506.296€

4.417.839 €

2.273.572 €

Exportations belges de services vers l’Algérie / export Belgische diensten naar Algerije

13.917.000 €

 

55.829.000 €

63.368.000 €

Exportations bruxelloises de biens vers la Tunisie / export Brusselse goederen naar Tunesië

10.684.568 €

10.991.729 €

1.780.871 €

Exportations belges de services vers la Tunisie / export Belgische diensten naar Tunesië

12.590.000 €

34.149.000 €

28.802.000 €

 



De activiteiten van het kantoor ten gunste van de Brusselse ondernemingen worden opgevolgd door het coördinatieteam van het netwerk van hub.brussels en de ploeg van area managers, die de collectieve activiteiten en de evenementen, evenals de officiële missies, coördineert.

Een monitoring gebeurt via het CRM van hub.brussels, ook via diverse activiteitenverslagen.
De driejarenstrategie (2021-2023) voor dit gebied legt de focus van de exportactiviteiten vooral op de sectoren “bouw-infrastructuur-energie-milieu”, “exclusieve consumptiegoederen” en “digitale en innovatieve diensten”.