Schriftelijke vraag betreffende de genderongelijkheid op het gebied van sport in Brussel
- Indiener(s)
- Bertin Mampaka Mankamba
- aan
- Nawal Ben Hamou, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegd voor Huisvesting en Gelijke kansen (Vragen nr 581)
Datum ontvangst: 19/04/2021 | Datum publicatie: 24/06/2021 | ||
Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 20/21 | Datum antwoord: 15/06/2021 |
Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
12/05/2021 | Ontvankelijk | p.m. |
Vraag | het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen heeft talrijke meldingen ontvangen van discriminatie van vrouwen in de sportsector. De organisatie maakt melding van "seksistische gedragingen en opmerkingen in het kader van de sportbeoefening, de uitsluiting van vrouwelijke sporters van bepaalde competities of sportclubs en zelfs dat jonge kinderen zich niet mogen inschrijven voor een sportstage vanwege hun geslacht". Om deze ongelijkheid tussen mannen en vrouwen te bestrijden, heeft het instituut aanbevelingen opgesteld. Bijgevolg wil ik u het volgende vragen: • Hebt u kennis genomen van de aanbevelingen van het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen? • Kunt u ons precieze cijfers geven over het aantal gevallen van discriminatie van vrouwen in de Brusselse sportinfrastructuren? • Welke maatregelen hebt u genomen om de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen in de sport aan te pakken? |
Antwoord | Uw eerste en laatste vraag vallen onder mijn bevoegdheid als minister van Sport binnen de FGC. Ik verzoek u dus uw vraag opnieuw voor te leggen aan de bevoegde parlementaire instantie. Uw tweede vraag valt onder de bevoegdheid van de heer Bernard Clerfayt, minister van Sportinfrastructuur in het Brussels Gewest. |