Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de organisatie en terbeschikkingstelling van studieruimtes voor Brusselse studenten.

Indiener(s)
Bianca Debaets
aan
Rudi Vervoort, Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van gewestelijk Belang (Vragen nr 581)

 
Datum ontvangst: 21/04/2021 Datum publicatie: 21/06/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 09/06/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
12/05/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Dat de coronacrisis ook een zware impact heeft op de organisatie van het onderwijs, staat buiten kijf. Ook voor de vele studenten in het hoger onderwijs is het verre van evident om zich te kunnen concentreren op hun studies. Niet iedereen beschikt thuis over de geschikte voorzieningen om te kunnen studeren, waardoor heel wat studenten uiteenlopende vormen van studieruimtes (zoals bibliotheken of jeugdhuislokalen) opzoeken.

Ook in Brussel, dat zichzelf met meer dan 100.000 ingeschreven studenten in het hoger onderwijs cijfermatig gezien de grootste studentenstad van het land mag noemen, is het uiteraard van belang dat studenten onder zo goed mogelijke omstandigheden kunnen studeren.

Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:

- Kan u toelichten welke steun er vanuit gewestelijke hoek voorzien wordt in het kader van het aanbieden van studieruimtes aan de Brusselse studenten? Worden er gewestelijke gebouwen ter beschikking gesteld van dit soort initiatieven? Zo ja, kan u toelichten om welke locaties het gaat en hoeveel studenten hiervan gebruikmaken?
- Hoe faciliteert men vanuit het Gewest dat bepaalde locaties (buiten de gebouwen in eigen beheer) opengesteld zouden worden voor dit soort initiatieven, en dat studenten hierbij op de nodige voorzieningen kunnen rekenen (drinkwater, sanitaire voorzieningen …)? Welk overleg vindt daaromtrent plaats met betrokken organisaties als Brik en de Pôle Académique de Bruxelles?
- Beschikt u over cijfers die kunnen duiden hoeveel studenten er de afgelopen academiejaren gebruik hebben gemaakt van deze openbare studieruimtes? Kan u deze cijfers opsplitsen naargelang het geslacht, de studierichting en de taalrol waartoe de studenten in kwestie behoren? Welke evolutie kan u duiden in deze cijfers?
- Kan u in het bijzonder toelichten hoe deze steun georganiseerd zal worden met het oog op de komende eindexamenperiode? Welke specifieke maatregelen worden daaromtrent ondernomen? Werden deze locaties ook tijdens de afgelopen paasvakantie reeds ter beschikking gesteld?
- Op welke manier pleegt u hieromtrent overleg met de Collegeleden uit de VGC en COCOF die bevoegd zijn voor Onderwijs? Op welke manier wordt hieromtrent gestreefd naar een breed gedragen beleid dat alle Brusselse studenten een stille studieruimte zou kunnen aanbieden? Welk aanvullend overleg wordt hieromtrent gepleegd met de Gemeenschappen?
 
 
Antwoord    In het actieplan 2020-2025 van de cel Studentenleven (CSL) van perspective.brussels staat dat er een studie zou worden uitgevoerd om een stand van zaken in verband met de studieruimtes in Brussel op te maken en op basis daarvan aanbevelingen te formuleren om die ruimtes toegankelijker te maken. Die studie werd tussen maart 2020 en januari 2021 uitgevoerd. De resultaten zijn beschikbaar op de website van perspective.brussels. De CSL zal naar aanleiding van een van de aanbevelingen tegen oktober een “witboek” met de belangrijkste informatie die nodig is om studieruimtes in te richten, publiceren. Die gids zal aan de verschillende gewest- en gemeentebesturen worden bezorgd om ze bewust te maken van de nood aan en de vraag naar kwaliteitsvolle ruimtes bij de studenten. Daarnaast zal de CSL, zoals in het studierapport was vooropgesteld, een seminarie of “gewestelijk forum” organiseren. We hopen dat de CSL op die manier haar rol van gewestelijke facilitator ten volle zal kunnen vervullen.

Uit de studie die de CSL in samenwerking met het bureau ERU uitvoerde, blijkt dat heel wat actoren zorgen voor en/of plaats bieden aan studieruimtes: verenigingen, gemeenten, bedrijven, hoger onderwijsinstellingen, bibliotheken, cafés, ... We hopen die actoren met behulp van het witboek en het gewestelijk forum ertoe aan te kunnen zetten om bij de inrichting van dergelijke ruimtes oog te hebben voor kwaliteit en rekening te houden met de verwachtingen van de studenten. Die maatregelen werden besproken in het expertisecomité van de CSL, dat samengesteld is uit vertegenwoordigers van Brik en de Pôle Académique de Bruxelles. Voorts houdt de CSL bij haar verdere werkzaamheden vast aan een “bottom-up-logica” en blijft zij in contact staan met de actoren van de sector, die overigens hebben deelgenomen aan de workshops tijdens de studiefase.
Er zijn zoveel organisatoren en plaatsen, die bovendien heel sterk van elkaar verschillen, dat het bijna onmogelijk is om een nauwkeurige kwantitatieve analyse van het gebruik van die ruimtes te maken. De studie van de CSL omvatte echter ook een online enquête die 1077 keer werd beantwoord, meer bepaald door 519 Franstalige, 345 Engelstalige en 213 Nederlandstalige studenten. Er werd bijvoorbeeld vastgesteld dat 76% van de bevraagde studenten studieruimtes belangrijk vindt en dat 56% van hen minstens een keer per week van zo’n ruimte gebruik maakt. De meest populaire studieruimtes zijn in volgorde van waardering: de universiteitsbibliotheken, de gemeentelijke bibliotheken, de ruimtes van de onderwijsinstellingen, gevolgd door cafés en ruimtes die worden georganiseerd door de vzw Brik. De opmerkelijkste resultaten zijn uitvoerig weergegeven in het rapport, dat gepubliceerd is op de website van perspective.brussels.

Naast het witboek en het gewestelijk forum werkt de CSL op basis van de aanbevelingen van de voorstudie momenteel aan een overheidsopdracht voor de aanmaak van een online platform met informatie over alle beschikbare studieruimtes in het Brussels gewest. In december van dit jaar is een testfase gepland, die hopelijk een positieve weerslag zal hebben op de examenperiode van het eerste quadrimester 2021/2022.


Bij de oprichting van de CSL werd naast het expertisecomité ook een verbindingscomité in het leven geroepen om de overheden die bevoegd zijn voor het hoger onderwijs te informeren over de geplande activiteiten. Naast die structurele maatregel zal de CSL leden van die besturen uitnodigen op het gewestelijk forum, maar eventueel ook om deel te nemen aan de stuurcomités die de invoering van het online platform “studyspaces.brussels” zullen opvolgen