Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende Tatoeages op huisdieren

Indiener(s)
Jonathan de Patoul
aan
Bernard Clerfayt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering, Plaatselijke Besturen en Dierenwelzijn (Vragen nr 729)

 
Datum ontvangst: 06/05/2021 Datum publicatie: 28/06/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 22/06/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
01/06/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    In sommige landen komt er een trend op om tatoeages of piercings op gezelschapsdieren te laten aanbrengen of onnodige chirurgische ingrepen te laten uitvoeren om ze te “personaliseren”. Naar aanleiding van de toename van het aantal esthetische tatoeages bij dieren in Mexico heeft de commissie voor het leefmilieu van het congres van Mexico een verbod op die praktijk goedgekeurd. Overtredingen worden beboet. Dat is ook het geval in de staat New York sinds 2011, toen de gouverneur, Andrew Cuomo, een decreet heeft uitgevaardigd om de praktijk van piercings of tatoeages bij een gezelschapsdier te verbieden.

Moeten we met het oog op het dierenwelzijn nu al geen stelling nemen tegen die trend? Bent u op de hoogte van dergelijke praktijken in het Brussels Gewest?
 
 
Antwoord    Er bestaat reeds een voldoende wettelijke basis voor het verbieden van deze praktijk, zonder deze evenwel specifiek te vermelden.

Het aanbrengen van piercings en tatoeages of andere niet-noodzakelijke chirurgische ingrepen wordt immers reeds verboden op basis van artikel 17
bis van de wet van 14/08/1986 betreffende de bescherming en het welzijn der dieren:

§ 1. Het is verboden één of meer ingrepen bij een gewerveld dier te verrichten, waarbij één of meerdere gevoelige delen van het lichaam worden verwijderd of beschadigd.

§ 2. Het bepaalde in §1 is niet van toepassing op:

1° ingrepen waarvoor een diergeneeskundige noodzaak bestaat;

2° ingrepen die op grond van de wetgeving inzake de dierenziektenbestrijding verplicht zijn;

3° ingrepen met het oog op het nutsgebruik van het dier of op de beperking van de voortplanting van de diersoort. De Koning stelt, bij een in Ministerraad overlegd besluit, de lijst van deze ingrepen vast en bepaalt de gevallen waarin en de wijze waarop die ingrepen mogen worden uitgevoerd.

De uitzonderingen genoemd in punt 3 zijn opgelijst bij het koninklijk besluit van 17/05/2001 betreffende de toegestane ingrepen bij gewervelde dieren, met het oog op het nutsgebruik van de dieren of op de beperking van de voortplanting van de diersoort.

Het aanbrengen van piercings en tatoeages voor esthetische doeleinden valt onder geen enkele van de in art. 17bis voorziene uitzonderingen.

Bovendien stelt art. 1 van dezelfde wet:

Een dier is een levend wezen met gevoel, eigen belangen en waardigheid, dat bijzondere bescherming geniet.

Niemand mag, uitgezonderd bij overmacht, handelingen plegen die niet door deze wet zijn voorzien en waardoor een dier zonder noodzaak omkomt of zonder noodzaak een verminking, een letsel, of pijn ondergaat.

Tot slot deelt Leefmilieu Brussel me mee dat het geen weet heeft van het bestaan van deze praktijken in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.