Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de stelplaatsen van de MIVB-bussen

Indiener(s)
Marc Loewenstein
aan
Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 962)

 
Datum ontvangst: 02/06/2021 Datum publicatie: 28/09/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 16/09/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
06/07/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Het Busplan, dat geleidelijk ten uitvoer wordt gelegd, vraagt om een verhoging van het aantal bussen in dienst van de MIVB en dus om een aanzienlijke uitbreiding van het wagenpark dat op het hele net kan worden ingezet.
Ik heb vernomen dat de milieuvergunningen die destijds voor de BREL- en DELTA-stelplaatsen afgeleverd zijn, een beperking inhouden van het aantal gestalde bussen, met beperkingen voor de gelede bussen. Dit kan betekenen dat chauffeurs die voor één depot zijn aangewezen, hun rondes vanuit een andere stelplaats moeten beginnen, met alle gevolgen van dien op het vlak van lege kilometers.
Naar verluidt is dit reeds het geval voor de eerste gelede bussen die het Westland Shopping in Anderlecht bedienen, die zonder passagiers uit Marly vertrekken en om tijd te winnen via de Brusselse Ring naar het Westland rijden. Ik heb eveneens vernomen dat de lijnen 34 en 71 vanaf 1 juli ook door chauffeurs uit Haren zullen worden gereden, wat geografisch gezien het tegenovergestelde is van de dienst op deze lijnen. Vanaf september zullen de gelede bussen op de lijnen 49 en 89 in een bijna vergelijkbare situatie verkeren.
Ik heb ook vernomen dat de toekomstige bouw van het metrodepot in Haren de sloop van de stallingsinstallaties van de bussen tot gevolg zou hebben en dat de MIVB overweegt het terrein Schaarbeek-Vorming tijdelijk te gebruiken voor de stalling van het wagenpark voor de duur van de werkzaamheden in Haren. De MIVB lijkt dus dringend behoefte te hebben aan een plaats om het wagenpark te stallen.
Om die reden,
1. Bevestigt u dat zonder een nieuwe stelplaats het aantal lege kilometers sterk zal toenemen door het gebruik van de stelplaatsen Haren en Marly ver weg van de lijnen als de 34 en 71 of de 49 en 89?
2. Bevestigt u de plannen van de MIVB om de huidige stelplaats in Haren volledig af te breken en de bussen tijdelijk in Schaarbeek-Vorming onder te brengen?
3. Welke oplossingen worden onderzocht om het aantal lege kilometers te beperken en de bussen van de MIVB op een efficiënte manier te stallen? Bestaat er bijvoorbeeld een mogelijkheid om tijdelijk nieuwe terreinen in gebruik te nemen of aan te kopen, zoals de leegstaande stelplaatsen van De Lijn (Drogenboslaan (Ukkel) en Leuvensesteenweg (Evere), deze laatste wordt reeds door de MIVB gehuurd voor de technische oplevering van de nieuwe voertuigen?
 
 
Antwoord    Enkele rechtzettingen om te beginnen:

Wat betreft de stelplaatsen Brel en Delta:

Elke milieuvergunning beperkt het totaal aantal voertuigen (standaardbussen en gelede bussen en lichte voertuigen) in elk depot. Dat is eigen aan een dergelijke vergunning. Het aantal gelede bussen is immers beperkt tot 15 voertuigen in Brel en 35 voertuigen in Delta, niet stricto senso door de milieuvergunning, maar door de configuratie van de parkeerplaatsen voor de bussen en de onderhoudsfaciliteiten. In het begin van de uitbating van de stelplaats Marly reden de bussen effectief langs de ring, maar dat is op vandaag niet meer het geval. Nu rijden ze door de stad om naar Westland te gaan.

Wat betreft het toekomstige metrodepot in Haren:

De aanleg van een nieuwe metrostelplaats zal niet als gevolg hebben dat de busstelplaats in Haren zal worden afgebroken. De inplanting van de toekomstige metrostelplaats vormt geen conflict met de inplanting van de huidige busstelplaats in Haren.

Deze stelplaats zal wel degelijk volledig heraangelegd worden omdat de huidige installaties verouderd zijn en niet toelaten om op termijn een elektrificatie van de busvloot, die aan deze plaats is toegewezen, te ontvangen. De heraanleg van de busstelplaats in Haren heeft als hoofddoel om de komst van een elektrische busvloot voor te bereiden en heeft op zich niets te maken met de bouw en de implementatie in Haren van een toekomstig metrodepot.
Over het algemeen verhoogt het aantal dode kilometers want het voertuigenpark breidt uit en het is onmogelijk om de bestaande oppervlaktes van bepaalde stelplaatsen te vergroten, aangezien die in stedelijke gebieden liggen.
Dit toont aan dat de MIVB nood heeft aan oppervlaktes voor stelplaatsen die dichtbij het net en de te bedienen lijnen liggen. Dit zorgt ervoor dat een goed beheer gegarandeerd kan worden.

De MIVB heeft inderdaad als project om de huidige busstelplaats te Haren volledig om te bouwen om zich voor te bereiden op de elektrificering van de busvloot die er in de komende jaren aankomt.
De werken hiervoor zijn voorzien van 2024 tot 2028. Tijdens deze werf zal een deel van de busvloot te Haren toegewezen worden aan een tijdelijke stelplaats die tegen 2024 zal moeten gebouwd worden op de site van Schaarbeek- Opleiding.

Op korte termijn waakt de MIVB er continu over om de best mogelijike gedwongen optimalisaties uit te voeren, rekening houdende met de capaciteit van elke stelplaats en de noden van elke lijn. Het gaat om een tijdelijke verhuis van de site te Haren, het beheer van de planning zal een sleutelelement zijn zodat de periode dat de installaties onbeschikbaar zijn zo kort mogelijk blijft en de meerkosten van de dode kilometers zo beperkt mogelijk blijven.

Op 29 april 2021 nam de MIVB de tweede fase van de stelplaats Klein Eiland in dienst waardoor de capaciteit daar van 90 naar 150 bussen gestegen is.
De tweede fase van de stelplaats Marly wordt momenteel ontwikkeld om er (vanaf 2024) een verhoogd aantal bussen te kunnen stallen (ong. van 90 naar 200 bussen) en de volledige busvloot er elektrisch zal kunnen zijn.

Over het algemeen betekent het verminderen van dode kilometers het bouwen van bijkomende stelplaatsen die gesitueerd zijn op plaatsen die complementair zijn aan de huidige locaties.

De MIVB bestudeert op dit moment de haalbaarheid van de aanleg van een nieuwe bijkomende busstelplaats op de site van de “Driehoek Chirec”, gelegen tussen de huidige busstelplaats Delta en het ziekenhuis CHIREC-Delta.

De MIVB heeft inderdaad aan De Lijn aangekondigd interesse te hebben in het depot te Evere en heeft de aankoop hiervan voorzien in het investeringsplan om er op langere termijn de technische activiteiten te vestigen die zij er momenteel al voorzien.
De stelplaats is qua grootte niet aangepast aan de nodige eisen om vanaf die locatie een rendabele economische uitbating te voorzien.
Rekening houdende met de ondersteunende functies die moeten aangewend worden om vanuit een depot buslijnen uit te baten moeten MIVB-depots een capaciteit hebben voor minstens 75 bussen, wat niet mogelijk is in de stelplaatsen die recentelijk gesloten werden door de Lijn op het territorium van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.