Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de balans van de EcoSoc-premie

Indiener(s)
Clémentine Barzin
aan
Bernard Clerfayt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering, Plaatselijke Besturen en Dierenwelzijn (Vragen nr 827)

 
Datum ontvangst: 25/10/2021 Datum publicatie: 27/12/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 26/11/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
28/10/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    De sociale economie werd genoemd als een antwoord op de crisis voor de meest kwetsbare werkzoekenden. Daartoe heeft de regering een premie ingesteld, "EcoSoc" genaamd, voor een budget van 30 miljoen euro.

Deze premie is specifiek bedoeld voor degenen die bijzonder ver van de arbeidsmarkt verwijderd zijn: laaggeschoolde of langdurig werklozen, jongeren, met name degenen die geen werk hebben en geen opleiding volgen, en specifieke doelgroepen, zoals bijvoorbeeld werkzoekenden met een handicap.

Voor deze maatregel werden meer dan 125 sociale ondernemingen gemandateerd om bij hen 1.200 banen te creëren. Deze sociale ondernemingen ontvangen een overgangspremie van maximaal 33.000 euro/jaar voor een periode van twee jaar of een inschakelingspremie van maximaal 10.000 euro/jaar voor een periode van vijf jaar.

Tot op heden werd echter nog geen balans van deze premie opgemaakt. Daarom zou ik u de volgende vragen willen stellen:

  • Hoeveel premies werden betaald aan alle gemandateerde sociale ondernemingen?

  • Van het aantal sociale ondernemingen dat ze heeft ontvangen, op welke gebieden zijn zij actief, welke functies hebben zij het meest ingevuld?

  • Wat is tot op heden het vereffende bedrag van deze premies in vergelijking met het oorspronkelijke budget van 30 miljoen euro?

  • Hoeveel werknemers werden tot nu toe in dienst genomen dankzij de EcoSoc-premie?

  • Welke conclusies trekt u in dit stadium uit de maatregel? Hoe groot is de kans dat deze banen na afloop van de premie duurzame, d.w.z. vaste, banen worden?

  • Hoeveel DSP-premies en hoeveel SINE-premies (waarvoor de EcoSoc-premies in de plaats komen) werden in 2019 en 2020 toegekend, voor welk budget, aan hoeveel sociale ondernemingen en voor hoeveel werkzoekenden?

  • Wordt een hervorming van de aanwervingspremies voorbereid zoals in Wallonië? Zo ja, wat is het tijdschema en de globale richtsnoeren? Welke rol speelt de marktsector in deze bezinning?

 
 
Antwoord   

 

Op 31 oktober 2021 heeft Actiris reeds 1.300 premies toegekend in het kader van inschakelingsbanen in de sociale economie.

 

 

Hieronder vindt u de uitsplitsing per NACE-activiteitensector (officiële nomenclatuur die door de RSZ wordt gebruikt om een activiteitensector aan een bedrijf toe te kennen) met betrekking tot de gemandateerde sociale inschakelingsondernemingen die inschakelingsbetrekkingen in de sociale economie krijgen.  

 

NACE-sectoren

Aan.projecten

Aant. Betrekkingen art.2

Aant. Betrekkingen art.3

Burgerlijke en utiliteitsbouw

1

2

2

Onderhoud en reparatie van motorvoertuigen

1

 

2

Diverse handel

6

7

4

Overig personenvervoer te land, n.e.g.

1

5

12

Eetgelegenheden met volledige bediening

1

8

 

Restaurants en mobiele eetgelegenheden

1

8

 

Gegevensverwerking, webhosting en aanverwante activiteiten

1

10

8

Holdings

1

5

4

Verhuur en exploitatie van eigen of geleased onroerend goed

1

6

1

Arbeidsbemiddeling

7

5

86

Algemene reiniging van gebouwen

1

 

3

Landschapsverzorging

1

32

 

Algemeen overheidsbestuur

4

10

13

Overig onderwijs

14

164

29

Ziekenvervoer

1

4

 

Overige maatschappelijke dienstverlening met huisvesting

1

2

1

Overige maatschappelijke dienstverlening zonder huisvesting n.e.g.

2

5

9

Maatschappelijke dienstverlening zonder huisvesting voor ouderen en lichamelijk gehandicapten

9

57

246

Kinderopvang

3

32

2

Overige maatschappelijke dienstverlening

35

322

41

Overige ondersteunende activiteiten voor de uitvoerende kunsten

3

25

0

Activiteiten van sportclubs

1

1

1

Overige verenigingen, n.e.g.

8

46

0

Wassen en (chemisch) reinigen van textiel en bontproducten

1

 

46

Verduidelijkingen:

-          Arbeidsbemiddeling: het betreft de PWA’s

-          Overige maatschappelijke dienstverlening: heterogene groepering, met inbegrip van met name de missions locales voor tewerkstelling, enz.

-          Maatschappelijke dienstverlening zonder huisvesting voor ouderen en lichamelijk gehandicapten: dit omvat voornamelijk schoonmaak- en dienstenchequebedrijven

-          Overig onderwijs: dit is een heterogene groepering van structuren die actief zijn in inschakeling en die hebben verklaard dat in hun benadering van beroepsinschakeling het aspect "onderwijs/opleiding" essentieel is.

 

 

De functies die worden ingevuld zijn zeer divers.

 

Het zijn voornamelijk laaggeschoolde functies waarvan de technische vaardigheden kunnen worden verworven via een proces van beroepsinschakeling op de werkplek. Dit zijn functies zoals: keuken-/zaalhulp, bijstand aan personen, bouwvakker, hoveniershulp, hulpkracht, magazijnbediende, fietsenmaker, verkoper, arbeider in de recyclagesector, schoonmaker, etc.

 

Op 31 oktober heeft Actiris een bedrag van 15.227.987,45 euro vereffend.

Op dit moment werden 1118 werknemers aangeworven in het kader van inschakelingsbanen in de sociale economie

Hieronder de details:

 

 

Aantal INSZ

P10 (Art.3)

453

P33 (Art.2)

665

Algemeen totaal

1118

 

 

 

 

 

 

De doelstellingen van de hervorming die de inschakelingsbaan in de sociale economie tot stand heeft gebracht, waarbij de DSP- en SINE-maatregelen werden afgeschaft, zijn de inschakeling op de arbeidsmarkt van de meest verwijderde doelgroepen vergroten door een praktische en theoretische opleiding te ontwikkelen, waardoor een duurzame verwerving van waardevolle vaardigheden mogelijk is.

 

Onder het DSP-stelsel lagen de percentages van "positieve uitstroom" tussen 40% en 50%.

 

Aangezien de hervorming met name leidt tot een consequentere begeleiding van de doelgroep en tot een ambitieuzer  traject van inschakeling op de arbeidsmarkt, zouden deze wedertewerkstellingspercentages moeten stijgen.

 

Er zal echter moeten worden gewacht tot ten minste 2023 om de inschakeling op de arbeidsmarkt te kunnen meten van werknemers die gebruik hebben gemaakt van een inschakelingsbaan in de sociale economie. Ik herinner u eraan dat deze banen een minimale duur van twee jaar hebben en beschikbaar waren op 1 januari 2021.

 

Wat de DSP’s betreft, waren er in 2019 717 begunstigden en 671 in 2020.

 

Actiris beschikt niet over de cijfers van SINE-begunstigden gelet op het mechanisme dat aan dit systeem is voorbehouden.

 

Hieronder de budgetten die werden vereffend voor deze twee maatregelen:

 

SINE (beheerd door de RVA):

2019: 2.017.000 EUR

2020: 1.831.000 EUR

 

DSP (reële deel – opdracht 9):

2019: 9.824.490,14 EUR

2020: 9.820.832,76 EUR

 

DSP (virtuele deel – opdracht 18.011 - beheerd door de RVA):

2019: 3.017.000 EUR

2020: 2.718.000 EUR

Overeenkomstig het Meerderheidsakkoord is een evaluatie van de werkgelegenheidssteun opgenomen in de Go4Brussels-strategie 2030 en meer bepaald in doelstelling 2.2 “Iedereen de toegang tot stabiel en duurzaam werk waarborgen”, die deze evaluatie als een van de algemene doelstellingen opneemt.

 

 

Deze beleidswerf wordt uitgevoerd als een met de sociale partners gedeelde prioriteit in samenwerking met Actiris en Brussel Economie en Werkgelegenheid.

 

Er worden momenteel openbare aanbestedingsprocedures opgestart met het oog op de aanstelling van een externe dienstverlener. De resultaten en aanbevelingen worden verwacht voor de zomer van 2022. Van daaruit kunnen we verder met de richtsnoeren voor een hervorming van de werkgelegenheidssteun.