Bij de laatste hervorming van het regelgevingskader van de Sociale Verhuurkantoren (SVK's) in 2015 heeft de regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ervoor gekozen om de groei van de bestaande SVK's te bevorderen in plaats van het aantal agentschappen uit te breiden. Daarom heeft zij een moratorium op de oprichting van nieuwe SVK's ingesteld door het maximumaantal ereknningen voor de gehele sector vast te stellen op 24. Artikel 7, tweede lid, van het besluit van 17 december 2015 houdende organisatie van de sociale verhuurkantoren voorziet evenwel in twee uitzonderingen op dit moratorium.

Ik zou u de volgende vragen willen stellen:

1. Hoeveel structuren die officieel als sociale verhuurkantoren erkend wensen te worden, hebben in de loop van het jaar 2021 bij uw diensten een aanvraag tot erkenning ingediend? Voldeden deze erkenningsaanvragen aan een van de twee voorwaarden van artikel 7, tweede lid, van het besluit van 17 december 2015 tot organisatie van de SVK’s?

2. Heeft uw administratie een advies uitgebracht over deze erkenningsaanvragen? Zo ja, kunt u ons vertellen wat het is?

3. Hebt u reeds een besluit genomen over de erkenningsaanvragen die in 2021 worden ingediend door de structuren die officieel als SVK's wensen te worden aangemerkt? Zo ja, hebt u ingestemd met de goedkeuring van één (of meer) nieuwe SVK's of hebt u alle erkenningsaanvragen die in de loop van 2021 zijn verwerkt, afgewezen? Hoe hebt u uw  beslissingen gerechtvaardigd?