Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de aanwezigheid van de tijgermug

Indiener(s)
Jonathan de Patoul
aan
Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 1070)

 
Datum ontvangst: 07/03/2022 Datum publicatie: 05/04/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 01/04/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
10/03/2022 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag   

De tijgermug is reeds gevestigd in 20 Europese landen. Deze vestiging wordt in de hand gewerkt door de mondialisering van het weg- en zeevervoer en door zijn zeer snelle aanpassing aan zijn omgeving. Met de opwarming van de aarde zou de kolonisatie van deze soort in noordelijke landen kunnen versnellen. Deze aanwezigheid in ons land zou gevaarlijk zijn, omdat daardoor de kans op overdracht van ziekteverwekkers die ziekten kunnen overbrengen (dengue, ziku, chikungunya) toeneemt.

Hier zijn mijn vragen:

  1. Is de aanwezigheid van de tijgermug in het Brussels Gewest bevestigd? Heeft u informatie over zijn aanwezigheid in de andere 2 gewesten van het land?

  2. In het kader van het Nationaal actieplan leefmilieu-gezondheid (NEHAP) werd het MEMO-project medegefinancierd door de gewesten en de federale overheid met als doel de activiteiten van exotische muggen te monitoren. Wat zijn tot dusver de resultaten van dit project?

  3. Als de aanwezigheid van de mug wordt bevestigd, over welke actiemiddelen beschikt het Gewest om de verspreiding van de mug tegen te gaan? Is er een mogelijkheid tot muggenbestrijding?

 

 

 

 
 
Antwoord    1)
Voorlopig werd de tijgermug Aedes albopictus niet gevonden in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
In de andere gewesten werd de tijgermug gesignaleerd, maar ze is nog niet ‘ingeburgerd’. Er werd met andere woorden nog geen overwintering vastgesteld.

2)
Binnen het MEMO-project worden 23 risicoplaatsen verspreid over heel België gemonitord. Het project liep van augustus 2017 tot juni 2020 en werd met het MEMO+-project (monitoring van zes importplaatsen - enkel parkings) tot december 2020 verlengd.

Er werden vier exotische muggensoorten (EMS) gevonden: Aedes albopictus, Aedes japonicus, Aedes koreicus en Anopheles pharoensis.


Er staat een samenvatting van de studie op de website
https://www.itg.be/N/memo-muggenmonitoring


Het driejarige MEMO-project en het MEMO+-project toonden aan dat de situatie in België aan het veranderen is. Naast de bekende introductiewegen, de import van lucky bamboo- plantjes en tweedehandsbanden, werd een nieuwe route voor België gevonden, namelijk het wegtransport. Dit zal de komende jaren een nieuwe uitdaging zijn voor België, aangezien de populaties van Aedes albopictus in onze buurlanden België naderen en introducties via wegtransport frequenter zullen plaatsvinden. Verder werd tijdens het project een stijging vastgesteld van het percentage positieve importplaatsen in België en werden de exotische muggensoorten in België geïntroduceerd in alle maanden tussen mei en oktober.

3)
In theorie is de eerste fase van een actieplan het tijdig opsporen van de introductie van de tijgermug. Daarvoor is een actieve en passieve monitoring nodig.

Na het opsporen zal een geïntegreerd beheerplan van de soort opgesteld moeten worden. Voor de gewesten zal het zeker een combinatie van bestrijdingsmethoden en sensibilisering van de bevolking bevatten, zodat die bijdraagt aan het verwijderen van larvennesten (zoals stilstaand water) in tuinen of afval of aan het gebruik van geschikte biociden.


De beheerders en het personeel van instellingen die strijden tegen ongedierte zullen ook opgeleid moeten worden.