Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de privatisering van Brussels Expo en de mogelijke consolidatie van de nv Neo.

Indiener(s)
David Weytsman
aan
Rudi Vervoort, Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van gewestelijk Belang (Vragen nr 793)

 
Datum ontvangst: 06/02/2022 Datum publicatie: 26/04/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 11/04/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
01/04/2022 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag   
Brussels Expo bevindt zich in een benarde financiële situatie. De raad van bestuur heeft moeilijke maatregelen moeten treffen: kostenbesparingen, afvloeiingen, technische werkloosheid...

Kortom, de oorzaken zijn bekend en veelvoudig: het vroegere beheer van deze instelling van de Stad Brussel, verouderde infrastructuren in vergelijking met de buren, de huidige crisis die de ontvangsten fors doet dalen, de aard van haar B2C-activiteiten en de evolutie van de markt, die haar toekomst onzeker maakt.

De Stad Brussel heeft deze vzw thans een bedrag van 9 miljoen euro (financiering en waarborgen) toegestoken.  Als ik me niet vergis, heeft het Gewest deze belangrijke openbare instelling voor ons Gewest en voor Laken nog steeds niet gesteund.

In dat verband wens ik u de volgende vragen te stellen:

  1. Welke maatregelen hebt u getroffen om deze vzw te steunen, gezien haar belangrijke economische rol, die de grenzen van de Stad Brussel ruimschoots overschrijdt?

  2. Uw kabinet onderhandelt thans met Brussels Expo en de Stad over steun, met name via de nv Neo.

    1. Welke opties liggen op tafel om de toekomstige exploitatie van de tentoonstellingspaleizen te verzekeren?

    2. Maar ook hun renovatie?

  3. Hebben die maatregelen tot gevolg dat de balans van de nv Neo wordt geconsolideerd met die van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest?

  4. Zijn de getroffen maatregelen gericht op de integratie van privépartners in Brussels Expo of in de nieuwe structuur? In welke mate?

 
 
Antwoord    Ik heb de eer u het volgende antwoord mee te delen:

De vzw Brussels Expo hangt af van de stad Brussel. Het Gewest speelt echter onrechtstreeks een ondersteunende rol. Aangezien het Gewest voor 50% participeert in het kapitaal van de nv NEO en NEO samenwerkt met de vzw Brussels Expo (die daarin net zoals de stad Brussel trouwens rechtstreeks aandeelhouder is), erkent het Gewest niet alleen het belang van Brussels Expo voor de economische ontwikkeling van Brussel, maar werkt het er ook mee samen en samen houden zij zich bezig met de toekomst van de Heizelvlakte.

Iedereen is het erover eens dat Brussels Expo een rol moet blijven spelen, zodat de stad en het Gewest kunnen profiteren van haar uitgebreide ervaring.


De economische en financiële toestand van Brussels Expo is er de laatste tijd sterk op achteruit gegaan. Daarom richtte de stad zich tot het Gewest met de vraag om samen te zoeken naar manieren om in de MICE-sector de handen steviger in elkaar te slaan.

Concreet verzoekt de stad het Gewest om het samenwerkingsgebied uit te breiden met de terreinen en de infrastructuur die Brussels Expo momenteel op de Heizel uitbaat. De aard en de omvang van die rol moeten echter nog nader worden bepaald.

Op dit ogenblik kan ik alleen maar zeggen dat het Gewest de voorkeur zal geven aan mogelijke oplossingen die:
- een billijk evenwicht tussen de belangen van de stad en die van het Gewest waarborgen;
- bevorderlijk zijn voor de samenwerking en het overleg tussen de betrokken partijen.
Ik denk dan ook dat de oorspronkelijke politieke afspraken behouden kunnen blijven en dat het geld van het Gewest in het bijzonder voor het infrastructuurgedeelte van het dossier zou moeten worden gebruikt, omdat Brussels Expo dan bevrijd zou worden van de zware financiële last die het vandaag voor die verantwoordelijkheid dient te dragen.

Momenteel werkt het Gewest enkel scenario’s uit op basis van gedeconsolideerde investeringshypotheses. We willen gaan voor bijstuurbare oplossingen, waarbij bedrijven uit de privésector later de kans krijgen om mee te stappen in de constructie die de overheden samen zullen opzetten. Daarbij moet er evenwel een duidelijk onderscheid zijn tussen de rol van de overheid (die instaat voor het beheer van het vastgoedbestand op lange termijn om het van openbaar nut te laten zijn) en die van de eventuele privéspeler.