Schriftelijke vraag betreffende de mogelijke mobiliteitsplannen voor een nieuw stadion voor voetbalclub Union
- Indiener(s)
- Bianca Debaets
- aan
- Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 1247)
Datum ontvangst: 08/04/2022 | Datum publicatie: 08/06/2022 | ||
Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 21/22 | Datum antwoord: 07/06/2022 |
Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
28/04/2022 | Ontvankelijk | Uitgebreid Bureau van het Parlement |
Vraag | Zoals u weet, is voetbalclub Union Sint-Gillis sinds enige tijd op zoek naar een nieuwe locatie om te kunnen voetballen. De huidige locatie, het Joseph Mariënstadion in het Dudenpark, voldoet immers niet langer aan de normen en vereisten van een modern voetbalstadion, wat gezien de steile opmars van de club weldegelijk een noodzaak is.
Eind januari raakte reeds bekend dat er drie opties op tafel liggen: een renovatie en uitbreiding van het huidige stadion, een nieuw stadion op de Bertelson-site of een nieuw stadion op de Bempt-site. Volgens een studie van perspective.brussels zou vooral die laatste optie de meest wenselijke zijn. Op donderdag 7 april trok de gemeente Sint-Pieters-Leeuw, die grenst aan Vorst, daaromtrent echter aan de alarmbel. Volgens hen zijn mobiliteitsoplossingen nodig als er daadwerkelijk een nieuw stadion met een capaciteit van 21.000 toeschouwers zou komen. Die toeschouwers zouden aangewezen zijn op slechts één autostradeafrit, die bovendien gedeeld moet worden met bezoekers van Vorst Nationaal. In een motie die quasi unaniem werd goedgekeurd op de gemeenteraad van Sint-Pieters-Leeuw dringen de gemeenteraadsleden aan op een dialoog tussen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Vlaamse Regering, de gemeentebesturen van Vorst en Sint-Gillis, het gemeentebestuur van Drogenbos, de NMBS, de MIVB en het bestuur van Union. Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:
|
Antwoord | Gezien de MIVB en parking.brussels volgens mijn informatie niet betrokken waren bij deze studie en de rol van Brussel Mobiliteit beperkt was tot het aanleveren van enkele datasets, lijkt het me duidelijk dat er nog veel open vragen zijn in verband met de mobiliteitsimpact van een dergelijk project. Op niveau van de regering is er nog geen bespreking geweest van dit dossier, maar ik veronderstel dat de Minister-President Rudi Vervoort, bevoegd voor territoriale ontwikkeling, en Staatssecretaris Pascal Smet, bevoegd voor stedenbouw, ten gepaste tijde dit dossier ter aandacht zullen brengen van zowel de diensten die bezig zijn met mobiliteit als de rest van de regering. |