Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de opleiding dierenwelzijn voor gemeenschapswachten

Indiener(s)
Jonathan de Patoul
aan
Rudi Vervoort, Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van gewestelijk Belang (Vragen nr 826)

 
Datum ontvangst: 02/05/2022 Datum publicatie: 07/07/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 15/06/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
18/05/2022 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag   

Dierenwelzijn staat centraal in deze zittingsperiode. Er zijn veel prioriteiten voor 2019-2024. Eén die mijn aandacht trekt en interessant lijkt, betreft de opleiding van gemeenschapswachten inzake dierenwelzijn. Zij zijn immers het eerste contactpunt met de burgers op het gebied van bewustmaking, informatie en preventie. De invoering van een module "dierenwelzijn" in de opleiding kan alleen maar verrijkend zijn om te informeren, te voorkomen, te observeren en zo nodig te bestraffen.

Graag een antwoord op de volgende vragen:

  1. Komt dierenwelzijn aan bod in de opleiding van gemeenschapswachten? Zo ja, welke onderwerpen en benaderingen worden behandeld? Hoeveel tijd wordt aan dit thema besteed? Is er enige praktijk in deze opleiding (bv. omgaan met een agressief dier)? Wie zijn de lesgevers of eventuele andere actoren die betrokken zijn bij de opleiding inzake dierenwelzijn?

 

 
 
Antwoord    Bij deze kan ik u de volgende elementen van antwoord verstrekken op uw vraag:

Het "leven van een dier" situeert zich op het snijvlak van verschillende gewestelijke, plaatselijke en federale bevoegdheden in verband met biodiversiteit, dierenwelzijn, milieu, voedselveiligheid, stedenbouw, netheid en afvalbeheer. Het bestrijkt al deze dimensies.

Inbreuken op het Brussels Wetboek voor Ruimtelijke Ordening (BWRO) vertegenwoordigen een aanzienlijk deel van de milieuovertredingen in de ruime betekenis van de wet van 12 januari 1993 die het begrip "milieu" uitbreidt tot stedenbouw, erfgoed en huisvesting. Daarom heeft de Gewestelijke School voor Openbaar Bestuur (GSOB) in 2019 en 2020 een opleiding voor de betrokken actoren georganiseerd als gevolg van de hervorming van het BWRO, waarin meer bepaald de elementen inzake dierenwelzijn aan bod kwamen.

De Nieuwe Gemeentewet, inzonderheid artikel 135, bepaalt dat de gemeenten verplicht zijn om epizoötieën te voorkomen en hinderlijke voorvallen te verhelpen waartoe rondzwervende kwaadaardige of woeste dieren aanleiding kunnen geven. Bovendien is de gemeente verplicht om de volksgezondheid te waarborgen. Sommige dieren kunnen schade toebrengen aan gebouwen, de netheid van openbare ruimten aantasten of ziekten overbrengen (zoals ratten of kadavers van dieren op bouwplaatsen of in verlaten zones).


Parallel maken gemeentelijke reglementen van een ander type het mogelijk om zones in te richten waar honden vrij kunnen rondlopen, voorzien ze in de bescherming van bedreigde soorten en stellen ze regels vast voor het woongebied voor dieren en het gebruik ervan voor commerciële doeleinden. Bovendien moet de burgemeester toezien op de naleving van de wettelijke bepalingen ter bescherming van dieren.

Op het terrein staan de gemeenschapswachten en de preventieambtenaren in de ruime betekenis centraal in deze dubbele bezorgdheid voor veiligheid en milieu. Ze krijgen dag in dag uit te maken met werven voor afbraakwerken, braakliggende terreinen waar honden, konijnen of nieuwe diersoorten worden achtergelaten, illegale stortplaatsen of afvalstortplaatsen waar wilde dieren zich voeden, verlaten ruimten waar hondenpoep kinderen belet om onbekommerd rond te lopen, openbare ruimten waar nieuwe diersoorten zich vermenigvuldigen en een gevaar vormen voor de gezondheid van de plaatselijke bevolking, dieren die worden gebruikt om te bedelen op openbare plaatsen en in het openbaar vervoer; al die zaken kunnen de vrede onder de bevolking schaden en plaatselijke conflicten doen ontstaan.

Daartoe heeft de GSOB, die van de FOD Binnenlandse Zaken een erkenning heeft gekregen om zowel de opleiding tot gemeenschapswacht als de opleidingen van vaststellend en sanctionerend GAS-ambtenaar aan te bieden, in 2018 onderzocht of het zou passen om voor deze functies in bijscholing te voorzien.

In 2018 besliste Brussel Preventie & Veiligheid, dat aan de GSOB de opdracht had gegeven een opleiding "dierenwelzijn" te organiseren, om de opleidingen inzake dierenwelzijn voor het gemeentepersoneel voortaan over te laten aan Leefmilieu Brussel.

Uit een analyse van de behoeften door de GSOB bij de diensten voor leefmilieu en de coördinatoren van de gemeenschapswachten blijkt dat er slechts weinig belangstelling is voor deze materie en dat er weinig nood aan opleiding is.

Bovendien organiseerde Leefmilieu Brussel in 2019 een studiedag inzake dierenwelzijn voor gemeentelijke ambtenaren; de GIP organiseert voor diezelfde materie interne opleidingen voor de politieagenten.

Om te vermijden dat er overlappende opleidingen worden ingericht, werd beslist om Leefmilieu Brussel de verantwoordelijkheid te geven om deze opleidingen voor de plaatselijke besturen te organiseren.

Deze maatregel inzake opleiding is overigens niet meer opgenomen in het thema "leefmilieu en overlast" van het GVPP 2020-2024. Het gewestelijk opleidingsplan inzake preventie en veiligheid maakt er een maatregel van die enkel het politioneel domein aanbelangt, dat is toevertrouwd aan de GIP.

Dit weerhoudt de Gewestelijke School voor Openbaar Bestuur er niet van om een tussentijdse evaluatie te maken van zijn sectoraal plan inzake preventie en veiligheid; bij deze gelegenheid start deze school een nieuwe behoefteanalyse op. De GSOB zal bij de preventieambtenaren, de GAS-directies en de coördinaties van de gemeenschapswachten peilen naar de belangstelling voor een opleiding rond dit thema; deze opleiding zou dan kunnen worden georganiseerd in 2023-2024.