Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de gesubsidieerde tewerkstelling

Indiener(s)
Gilles Verstraeten
aan
Bernard Clerfayt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering, Plaatselijke Besturen en Dierenwelzijn (Vragen nr 971)

 
Datum ontvangst: 09/05/2022 Datum publicatie: 05/08/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 07/07/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
30/05/2022 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
06/07/2022 Bijlage aan het antwoord p.m. Bijlage
 
Vraag   

Ik heb de volgende vragen:

  1. Betreffende de GECO’s (gesubsidieerde contractuelen):

    1. In de begroting van 2022 is een werkingssubsidie voor Actiris ‘ter bevordering van de tewerkstelling bij andere openbare instellingen en vzw’s (16.006.15.03-4.4140)’ van in totaal 180,468 miljoen euro vastgelegd. Waar gaat dit geld precies naartoe?

    2. Graag een overzicht in tabelvorm sinds 2019, per jaar, met:

      1. Het aantal GECO’s

      2. De maatregel (Phoenix, SOCECO, …) waarbinnen deze GECO’s aan de slag konden gaan

      3. De sector waarin de GECO’s aan de slag waren

      4. De gemiddelde looptijd van het contract

      5. Het profiel van de persoon: geslacht, leeftijd, opleidingsniveau

      6. Het aantal jobs met een opleidings- of begeleidingsaspect: over welke opleidingen gaat het?

      7. Uitstroomcijfers naar reguliere arbeidsmarkt of werkloosheidsuitkering: Hoeveel vonden daarna een job voor minstens drie maanden? Hoeveel waren na twaalf maanden nog aan het werk? Over welke banen gaat het? Hoeveel in de privésector?

 

  1. Specifieker: betreffende de tewerkstellingen in het kader van artikel 60§7 van de organieke wet betreffende de OCMW’s of de artikel 60-contracten:

    1. Het budget voor 2022 is 21,6 miljoen euro. Waar gaat dit geld precies naartoe?

    2. Graag een overzicht in tabelvorm sinds 2019, per jaar, met:

      1. Het aantal artikel 60-contracten.

      2. Een lijst van de instellingen van openbaar nut of lokale besturen als tewerkstellingsplaats

      3. De gemiddelde looptijd van het contract

      4. Het profiel van de persoon: geslacht, leeftijd, opleidingsniveau

      5. Het aantal jobs met een opleidings- of begeleidingsaspect: over welke opleidingen gaat het?

      6. Uitstroomcijfers naar reguliere arbeidsmarkt of werkloosheidsuitkering. Hoeveel vonden daarna een job voor minstens drie maanden? Hoeveel waren na twaalf maanden nog aan het werk? Over welke banen gaat het? Hoeveel in de privésector?

    3. In 2020 en 2021 konden door de coronacrisis failliet gegane ondernemers ook een job krijgen via een artikel 60-contract. De maatregel is dit jaar niet verlengd. Hoeveel failliete ondernemers hebben hiervan gebruikgemaakt in 2020 en 2021?

 
 
Antwoord    De begroting 2022 voor de werkingssubsidie voor Actiris, op basisallocatie 16.006.15.03.41.40, wordt door Actiris betaald aan werkgevers die een geco-overeenkomst hebben en die daadwerkelijk een werknemer met een geco-contract in dienst nemen.
Wat betreft uw specifieke vragen over de situatie van de geco-posten sinds 2019, vindt u in
bijlage 1 de details van de beschikbare gegevens.

U moet weten dat de geco’s alleen bedoeld zijn voor structuren uit de non-profitsector. En zij kunnen niet worden gecombineerd met enige andere werkgelegenheidssteun.

De activiteitensectoren waarin de geco’s werkzaam zijn, zijn niet beschikbaar en daarom kan deze uitsplitsing niet worden verstrekt.

De gemiddelde duur van een contract is 12 jaar. Deze berekening is gebaseerd op contracten die in 2021 actief zijn.

Geco-betrekkingen hoeven niet noodzakelijkerwijs gepaard te gaan met een specifieke opleiding. Het is de verantwoordelijkheid van de werkgever ervoor te zorgen dat de werknemer over de nodige vaardigheden beschikt om zijn of haar dagelijkse werk uit te voeren. Geco-werknemers hebben dezelfde rechten als werknemers bezoldigd met eigen middelen.

Elk jaar verlaten ongeveer 1.300 tot 2.200 mensen uit de geco-maatregel.
Na afloop van een geco-contract worden deze mensen gedurende 12 maanden opgevolgd om te zien of zij een baan vinden of zich opnieuw als werkzoekende inschrijven.
Van de 2.060 mensen die in 2019 een contract afsloten, vonden er 1.187, of 72,4%, binnen 12 maanden een baan van ten minste 1 maand.
Helaas beschikt Actiris niet over de juiste cijfers wat de sector van tewerkstelling betreft.
In
bijlage 2 vindt u evenwel een samenvattende tabel.



265 personen, d.w.z. 12,9% van degenen die de maatregel in 2019 verlieten, werden 12 maanden na het einde van het geco-contract opnieuw bij Actiris geregistreerd als werkzoekende zonder beroepsactiviteit.


Wat betreft uw vraag over de inschakelingsbanen bedoeld in artikel 60§7 van de organieke wet van de OCMW's: werd in de begroting 2022 een provisie van 67.800.000 euro voor dit beleid opgenomen.
Aangezien het overgeërfd werd met de zesde staatshervorming, wordt de vereffening van de begroting uitgevoerd door de POD Maatschappelijke Integratie (POD-MI) die, op basis van door de OCMW's ingevoerde formulieren, de betalingen aan de OCMW's valideert.
De POD-MI controleert de wettelijkheid van de premieaanvraag en betaalt op basis van de werkelijke bezetting van de posten.


Wat betreft uw specifieke vragen over de toestand van de inschakelingsbanen bedoeld in artikel 60§7 sinds 2019, vindt u in bijlage 3 het aantal begunstigden per OCMW uitgesplitst naar geslacht en leeftijdscategorie.


Actiris heeft echter geen details over de externe gebruikers, noch gegevens over de gemiddelde duur van de contracten of het profiel van de personen. Hetzelfde geldt voor de details van de opleidingscomponenten, die Actiris niet in haar bezit heeft.

In bijlage 4 vindt u twee overzichtstabellen opgesteld doorview.brussels met betrekking tpt de follow-up van de begunstigden van deze regeling.
Wat ten slotte de ondernemers betreft die het slachtoffer zijn geworden van een faillissement en toegang hebben tot de inschakelingsbanen bedoeld in artikel 60§7, is dit een enigszins nieuwe opdracht voor de SPI-diensten van de OCMW’s die werd opgestart via de steun van de Brusselse regering, toegekend in het kader van het relanceplan van juli 2020.

Een zestigtal personen werd in dit kader opgevolgd voor de periode van 1 november 2020 tot 28 februari 2021.
Gezien de korte periode en de algemene verlenging van het overbruggingsrecht hebben weinig zelfstandigen het faillissement toegegeven of hadden zij reeds besloten hun activiteiten stop te zetten.

11 kregen evenwel een inschakelingsbaan aangeboden op grond van artikel 60§7 bij het OCMW van Elsene alleen al, terwijl slechts een tiental een inschakelingsbaan kreeg aangeboden in alle andere OCMW's samen.

De gegevens voor de periode maart 2021 tot mei 2022 zullen in het laatste kwartaal van 2022 beschikbaar zijn.