Op 12 mei heeft de Franse Gemeenschapsregering de start van de projectoproep voor 1.224 nieuwe kinderopvangplaatsen in Brussel goedgekeurd, in het kader van het plan "1000 premiers jours" (1000 eerste dagen). Met dit plan wordt beoogd om tegen 2026 in Brussel 2.100 plaatsen te creëren. 876 van de 2.100 plaatsen zijn reeds gepland wat de infrastructuur betreft en kunnen binnenkort worden geopend. De bouw en ontwikkeling van de 1.224 extra plaatsen zal over de komende vier jaar worden gespreid, waarbij voorrang zal worden gegeven aan de zones met het grootste tekort. De subsidiedatabank van Brulocalis werd aangepast. Het ontwerp van decreet beantwoordt aan de verwachtingen van de sector: enerzijds zijn de infrastructuursubsidies aanzienlijk en maken zij renovaties mogelijk, en anderzijds zijn er middelen uitgetrokken om de omkadering te versterken. Via zijn eigen herstelplan biedt Wallonië infrastructuursteun voor 1.386 extra plaatsen, en tewerkstellingssteun voor projecten in beide luiken ten belope van 1,5 VTE’s voor zeven nieuwe plaatsen. De sector van de opvang voor jonge kinderen stelt deze eis al geruime tijd.

In het advies van de afdeling Wetgeving van de Raad van State over voormeld ontwerp van decreet kunnen we lezen dat de voorafgaande formaliteit van overleg, opgelegd door artikel 12, § 1, eerste lid, van het raamakkoord voor samenwerking van 27 februari 2014 tussen de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie betreffende het overleg tussen de Franstaligen inzake gezondheid en bijstand aan personen en de gemeenschappelijke principes die in deze materies van toepassing zijn, niet werd nageleefd. Hetzelfde geldt voor de procedure als bedoeld in de artikelen 13 tot 15 van dit samenwerkingsakkoord.

Tot slot bevestigt de Brusselse regering in het kader van het Ooievaarsplan III de terbeschikkingstelling van de 106,5 gesco-banen die nodig zijn voor de verwezenlijking van het laatste luik voor de periode 2019-2022. De toekenning van deze 106,5 banen heeft tot gevolg dat tegelijkertijd 26,5 extra banen worden toegekend aan de VGC, overeenkomstig de 80/20-verdelingsregel.

In het licht van deze elementen, luiden mijn vragen als volgt:

• Is er al een kader vastgesteld voor de invoering van de nieuwe opvangplaatsen? Kunt u ons dit verstrekken? Wat is het tijdschema voor de projectoproep?

• Wordt de omkadering van 1,5 VTE’s voor 7 nieuwe plaatsen alleen voor Wallonië versterkt? Hoe zit het met het Brussels Gewest? Hoe zal de maatregel worden gefinancierd?

• Hoe rechtvaardigt u de niet-naleving van de formaliteiten die voortvloeien uit de artikelen 12 tot 15 van voornoemd samenwerkingsakkoord? Wat bent u van plan te doen om de situatie te verhelpen?

• Hebt u van uw Nederlandstalige collega's een antwoord gekregen over de nadere regels voor samenwerking in het kader van de volgende projectoproep Kind&Gezin om het aantal banen dat in het kader van het Ooievaarsplan III is voorzien te kunnen creëren?