Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de ratificatie van handelsovereenkomsten

Indiener(s)
Bertin Mampaka Mankamba
aan
Pascal Smet, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, bevoegd voor Stedenbouw en Erfgoed, Europese en Internationale Betrekkingen, Buitenlandse Handel en Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (Vragen nr 694)

 
Datum ontvangst: 08/09/2022 Datum publicatie: 18/10/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 07/10/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
13/09/2022 Ontvankelijk
07/10/2022 Bijlage aan het antwoord p.m. Bijlage
 
Vraag    De Europese Unie beheert haar betrekkingen met derde landen via handelsovereenkomsten. De Europese Commissie onderhandelt namens de lidstaten over internationale handelsovereenkomsten en sluit verdragen met derde landen en economische blokken. De in Brussel gevestigde import-exportbedrijven hebben profijt van deze overeenkomsten, die de Europese Economische Ruimte (EER) versterken door meer banen te scheppen, terwijl de douanerechten over het algemeen worden verlaagd en de exportprocedures voor Europese bedrijven vaak worden vereenvoudigd.

Daarnaast zijn er ook zogenaamde gemengde multilaterale overeenkomsten, waarvan de lidstaten eveneens ondertekenaar zijn. Het Brussels Gewest, dat ook bevoegd is op het gebied van buitenlandse handel, kan zich uitspreken over de ratificatie van deze gemengde overeenkomsten.

Volgens een artikel dat op 7 juli in L’Echo is verschenen, is België het enige land dat de ratificatie van een vrijhandelsovereenkomst met de Andes-landen en een andere met de Centraal-Amerikaanse landen blokkeert.

Volgens het persartikel heeft het Brussels Gewest in 2014 een ordonnantie aangenomen waarbij het instemde met de associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en Centraal-Amerika. Maar het weigert de overeenkomst met de drie Andeslanden te ratificeren.

Bijgevolg zou ik u de volgende vragen willen stellen:

Kunt u ons alle opmerkingen of bezwaren van het Gewest en hun motivering bezorgen?

Wat is het verwachte tijdschema voor de definitieve ratificatie door het Gewest?

Welke andere gemengde overeenkomsten moet het Brussels Parlement nog ratificeren? Wat zijn de redenen waarom het Gewest deze overeenkomsten nog niet heeft geratificeerd?

Kunt u ons de cijfers geven van de invoer in deze landen over de afgelopen drie jaar?

 
 
Antwoord    1 / Het is inderdaad correct dat het Brusselse Gewest, samen met de Franse Gemeenschap, de enige bevoegde entiteit is in de hele EU die het verdrag nog dient te ratificeren, evenals het bijhorende Toetredingsprotocol betreffende Ecuador. Dat dit nog niet gebeurd is, vloeide in het verleden voort uit het bezorgheden rond in hoofdzaak de impact ( of het gebrek daaraan) van het akkoord op de duurzame ontwikkeling in de partnerlanden, en de reikwijdte, toepassing en afdwinging van de bepalingen dienaangaande in het handelsverdrag.


Zo verdienen onder andere volgende aspecten bijkomende verduidelijking :

· De stappen reeds gezet en nog te zetten wat betreft ratificatie en effectieve uitvoering van fundamentele IAO-verdragen door de Partnerlanden
· De rol van middenveldorganisaties, en hun betrokkenheid bij het toezicht op de uitvoering van de bepalingen inzake duurzame ontwikkeling alsook deze van de toezichthoudende instanties van de civiele samenleving en andere internationale organisaties (bijvoorbeeld het comité van deskundigen van de IAO).
· De relatie tussen het verdrag in kwestie en van de Overeenkomst van Parijs, en de gevolgen van het verdrag voor het milieu ( kwestie van waterschaarste, ontbossing, broeikasgasemissies, etc.)
· De afdwingbaarheid van de bepalingen inzake duurzame ontwikkeling

De Brusselse Regering keurde op mijn initiatief het verdrag in 1
e lezing goed, waarop het advies van de Raad van State inzake de instemmingsordonnantie werd ingewonnen. Echter, gelet op het ontbreken van voldoende informatie inzake bovenstaande elementen, is het tot dusver als zodanig voor de Regering niet mogelijk het betrokken verdrag in tweede lezing goed te keuren en ter ratificatie aan het Brusselse Parlement voor te leggen.


2 /
In mei 2022 werd het ex-post evaluatieverslag over de vrijhandelsovereenkomst met de Andeslanden gepubliceerd, dat bijkomende toelichting verschaft over de eerder aangehaalde elementen. De analyse hiervan, inclusief een dialoog die ik hierover het opgezet met de EU Commissie, is aan de gang. De uitkomst van deze gesprekken kunnen een gunstige voorwaarde scheppen om het akkoord in tweede lezing goed te keuren.


3 /

· Comprehensive Economic and Trade Agreement (CETA) tussen Canada en de EU
· Het investeringsbeschermingsverdrag met Vietnam
· Het investeringsbeschermingsverdrag met Singapore
· De Economische partnerschapsovereenkomst met Ghana
· De Economische partnerschapsovereenkomst met SADC- landen
· De Economische partnerschapsovereenkomst met Ivoorkust
· Tijdelijke economische partnerschapsovereenkomst met Centraal-Afrika
· Voor alle andere Europese gemengde verdragen (zo bijvoorbeeld luchtverkeerovereenkomsten) is de administratieve voorbereiding lopende.

Met betrekking tot
CETA, zijn verschillende ontwikkelingen op het Europese niveau op aan de gang, dewelke enerzijds bepaalde aspecten van het verdrag verder uitwerken, specifiek inzake de geschillenbeslechtingsprocedure, en anderzijds lopen besprekingen rond interpretatieve instrumenten die aanvullende zekerheid bieden rond de draagwijdte en toepassing van bepaalde bepalingen. Het BHG volgt deze ontwikkelingen op de voet en neemt deze mee in de interne besprekingen rond goedkeuring en ratificatie op Brussels niveau. Hetzelfde geldt voor de investeringsbeschermingsverdragen met Singapore en Vietnam.



Voor de partnerschapsovereenkomsten met de
Afrikaanse landen, is het BHG zeker niet de enige Belgische entiteit die deze akkoorden nog niet heeft geratificeerd, en zijn ook veel andere lidstaten nog niet aan ratificatie toe. De gesprekken binnen de Brusselse regering zijn lopende.

De andere Europese gemengde akkoorden zijn in administratieve voorbereiding. Ik verwijs ook naar het jaarverslag handels-en investeringsverdragen 2021 dat aan het Parlement werd verzonden.

4/
zie bijlage