Schriftelijke vraag betreffende het buitenlandse handelsbeleid
- Indiener(s)
- Bertin Mampaka Mankamba
- aan
- Pascal Smet, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, bevoegd voor Stedenbouw en Erfgoed, Europese en Internationale Betrekkingen, Buitenlandse Handel en Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (Vragen nr 707)
| Datum ontvangst: 09/09/2022 | Datum publicatie: 08/11/2022 | ||
| Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 21/22 | Datum antwoord: 19/10/2022 | |
| Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
| 22/09/2022 | Ontvankelijk | |||
| 19/10/2022 | Bijlage aan het antwoord | p.m. | Bijlage |
| Vraag | De buitenlandse handel speelt een fundamentele rol in de economische ontwikkeling van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Elk jaar organiseert Hub.brussels verschillende gevarieerde missies ter promotie van Brusselse bedrijven, deelname aan internationale beurzen, seminaries ... Hub.brussels verstrekt ook subsidies aan bedrijven en stelt economische en handelsattachés ter beschikking van bedrijven. Bijgevolg zou ik u de volgende vragen willen stellen:
|
| Antwoord | De tabel in de bijlage bevat de totale kostprijs van de door hub.brussels aangeboden diensten voor de begeleiding bij de internationalisering van de bedrijven van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor de jaren 2019, 2020 en 2021. De kosten voor initiatieven lagen vanzelfsprekend lager in 2020 door de beperkingen van de gezondheidscrisis. Door de herneming van de internationale activiteiten namen de kosten opnieuw toe in 2021. In 2021, volgens het Nationaal Concept van de Nationale Bank van Belgïe, bedroeg de goederenexport vanuit het Brussels Gewest 8.011.135.826 EUR. Dat toont een positieve evolutie aan met 8,7% tegenover 2020. Dat is ook iets hoger dan de totale goederenexport van voor de coronacrisis (+2,3%). De laatste beschikbare gegevens voor de export van diensten hebben betrekking op het jaar 2020. Volgens deze methode, die verschilt van de methode van de Nationale Concept boekhouding, maakten diensten in 2020 57,3% van de totale export uit met een totaal van 28.5 miljard EUR. In de periode van 2019 en 2020 was veel schommeling merkbaar met een daling van 4 percent in 2020, na een productief 2019 (+7%). De totale export in 2019 bedroeg 27.7 miljard EUR. De belangrijkste geëxporteerde goederen vanuit Brussel in 2021 bestaan uit: - vervoersmateriaal met een waarde van 3.211.916.928 EUR (40,1%); - producten van de chemische en van de aanverwante industrieën ter waarde van 2.025.565.040 EUR (25,3%); - machines, toestellen en elektrotechnisch materieel ter waarde van 589.331.175 EUR (7,4%). De top vijf geëxporteerde goederen wordt vervolledigd door kunststof en werken daarvan alsook rubber en werken daarvan met een waarde van 487.664.072 EUR (6,1%) en producten in de voedselindustrie ter waarde van 323.970.541 EUR (4%). 56% van de geëxporteerde diensten is opgemaakt uit gespecialiseerde wetenschappelijke en technische activiteiten (28%) en financiële activiteiten en verzekeringen (28%). De derde plaats wordt ingenomen door de informatie- en communicatiesector met een aandeel van 12% van het totaal. Over de door de Brusselse bedrijven meest gebruikte vervoers- en de distributiemanieren van producten en diensten op de markt van bestemming, heeft hub.brussels geen specifieke informatie. De totaalcijfers voor het Rijk en aandelen per gewest verschillen van degene die in het kader van de nationale en, nu ook, regionale rekeningen gepubliceerd worden. In de nationale en regionale rekeningen is de transithandel van goederen geëlimineerd en is er een impact van de arbitrage om de drie optieken van het bbp met elkaar in evenwicht te brengen. Naast het conceptuele verschil op nationaal niveau worden de verschillen in aandelen tussen de regio's ook verklaard door de verschillende methodologische beginselen die voor de berekening ervan worden gebruikt. Concreet betekent dit dat het aandeel van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest groter is volgens de principes van de gewestelijke rekeningen dan volgens die van de buitenlandse handel, terwijl het aandeel van het Vlaamse Gewest lager is volgens de beginselen van de regionale rekeningen dan volgens die van de buitenlandse handel. Voor een verdere specifiek uitleg over de methodologie, zie de volgende link https://www.nbb.be/doc/dq/n_method/m_gd_meth2014n.pdf & https://www.nbb.be/doc/dq/f_method/m_gd_meth2016f.pdf |