Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de gewestelijke subsidies in het kader van de uitvoering van de circulatieplannen

Indiener(s)
Hilde Sabbe
aan
Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 1391)

 
Datum ontvangst: 21/10/2022 Datum publicatie: 20/12/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 08/12/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
27/10/2022 Ontvankelijk
 
Vraag   

In 2016 legde voormalig minister van mobiliteit, Pascal Smet, onder de naam ‘Good Move’ nieuwe beleidslijnen vast op het vlak van mobiliteit. Met Good Move koos de regering toen resoluut voor een leefbare en verkeersveilige stad, door in te zetten op autoluwe wijken, sterk openbaar vervoer, een vlottere verkeerscirculatie en kwalitatieve publieke ruimte.

De uitvoering van Good Move loopt vandaag echter stroef. De bedoelde gewestelijke visie op mobiliteit wordt vandaag in de uitvoering grotendeels bij de gemeenten gelegd. Zo geeft het Gewest de gemeenten vandaag een subsidie voor het uitvoeren van het Good Move plan en de testfases die worden uitgerold.

Daarover heb ik volgende vragen:

  • Welke gemeenten maakten reeds gebruik van deze subsidies? Graag meer informatie hierover en een onderverdeling tussen de subsidies gebruikt voor enerzijds de aanwerving/betaling van het studiebureau en anderzijds voor de uitrol van de testfases.

  • Welke studiebureaus werden geconsulteerd bij de reeds uitgevoerde circulatieplannen? Hoe verliep de openbare aanbesteding?

  • Hoeveel bedragen deze subsidies? Is dit afhankelijk van gemeente tot gemeente?

  • Onder welke voorwaarden worden deze subsidies verstrekt en hoe ziet u toe op de besteding van de middelen? Wordt er bijvoorbeeld verwacht dat gemeente ook rekening houdt met buurgemeenten of belangrijke (gewestelijke) toegangswegen? Bestaat er een vereiste dat transitverkeer aangepakt moet worden?

  • Voert het Gewest een kwaliteitscontrole uit op hoe de publieke ruimte (tijdelijk) wordt aangepast en hoe bijvoorbeeld de Brusselaars worden betrokken bij de testfases van Good Move?

  • Welke acties werden door het Gewest genomen ter coördinatie van de verschillende circulatieplannen? Is er sprake van een regie vanuit Brussel Mobiliteit of het kabinet van de Minister? Zijn er regelmatige overleggen met en tussen schepenen van mobiliteit van de gemeentes die werken aan hun circulatieplan? Kunt u ons een overzicht geven van de overleggen die plaatsvonden de laatste twee jaar?

  • Wat gebeurt er met de verleende subsidies indien de testfase niet afgerond wordt? Is er sprake dat (een deel van) de uitgekeerde subsidies terugbetaald moet worden? Wat staat hierover in de subsidievoorwaarden?

 

 
 
Antwoord    De diensten van de studiebureaus worden rechtstreeks ten laste genomen door het gewest. Er worden in dit kader geen subsidies uitgereikt aan de gemeenten.
De subsidies toegekend in het kader van de circulatieschema’s dekken tot nu toe drie soorten opdrachten:
- Realisaties op het terrein (markeringen, signalisatie, ...);
- Versterking van het gemeentepersoneel;
- Activiteiten van verenigingen om de openbare ruimte te animeren
De studiebureaus die de studies moeten verrichten, werden geselecteerd in het kader van een raamovereenkomst die in 2019 werd opgesteld.
Er zijn drie groeperingen:
Tridée-Skope
BRAT-Arter-21 Solutions
Espaces Mobilités – Stratec – Ecores
Bij de start van elke nieuwe studie worden de verschillende groeperingen verzocht een offerte met hun beste prijs in te dienen.
Er is voorzien in een totaal budget van 4 miljoen euro voor elk initiatief dat wordt genomen voor het autoluw maken van wijken, los van het aantal betrokken gemeenten.
Tot nu toe werden er subsidies toegekend aan de gemeenten Anderlecht, Schaarbeek en Elsene, alsook binnenkort aan de stad Brussel voor de Vijfhoek. Zie hier de reeds gegeven subsidies:
- Kuregem: Een subsidie van 660.000 euro voor 2VTE voor 2 jaar en voor de operationele uitvoering van het schema; dan een subsidie van 192.475,92 euro voor de aankoop en installatie van infrastructuur. We zijn in gesprek met de gemeente om te kijken oh en hoe we kunnen blijven ondersteunen om tot een nieuw schema te komen.
- Colignon-Josaphat: Een subsidie van € 260.000 voor 2 VTE voor 2 jaar; daarna een subsidie van € 1.325.000 voor infrastructuurwerken.
- Flagey-Vijvers: Een subsidie van € 260.000 voor 1 ETP voor 4 jaar; Voor de uitvoering van de overgangsfase volgt een toekomstig subsidiebesluit.


We hebben er van bij de aanvang van het proces mee ingestemd een deel van de subsidies te bestemmen voor personeel. De gemeenten kunnen immers nood hebben aan extra personeel om de studie op te volgen of het participatieve proces te verstevigen. In dit stadium is er geen enkele garantie op resultaat. Het is inderdaad een risico, maar het is een investering die vaak noodzakelijk is. De betrokkenheid van de gemeente is een cruciale slaagvoorwaarde.
De subsidies voor de uitvoering worden toegekend op basis van een werkprogramma dat de gemeente(n) en Brussel Mobiliteit samen afgesproken en opgesteld hebben. Dit programma moet uiteraard tegemoetkomen aan de doelstellingen van het gewestelijke mobiliteitsplan en het initiatief Verkeersluwe Wijk. Net zoals bij andere subsidies vormt de afgifte van de bewijzen van de goede uitvoering van de projecten een voorwaarde voor de betaling van de facturen.
Ook al gaat het om voorlopige inrichtingen, toch worden er een markeringsplan, een signalisatieplan en aanvullende besluiten opgesteld en gedeeld. De kwaliteit van de inrichtingen wordt dus altijd gecontroleerd.
Er zal bijzondere aandacht worden besteed aan de kwaliteit van de inrichtingen, zelfs al zijn de tijdelijk. Uit de evaluatie van de huidige reeks wijken werd nogmaals duidelijk dat een tijdelijke invulling het mogelijk moet maken voor bewoners om meteen te kunnen gebruik maken van de vrijgekomen ruimte. Dit kan met bijvoorbeeld het plaatsen van bloembakken, bankjes, speel- en sportelementen, artistieke interventie etc. Elke plek moet goed doordacht zijn om bewoners in staat te stellen zich al goed te voelen en zich de vrijgekomen ruimte toe te eigenen, in afwachting van een definitief herontwikkelingsproject. Tijdelijke invulling kan samen met bewoners of buurtverenigingen.

De impact van elk circulatieschema wordt in elke studie beoordeeld. Er is overleg gepland met de verschillende gemeenten die een impact ondervinden, ook al zijn ze er niet rechtstreeks bij betrokken. Zo werd overlegd met de stad Brussel over het scenario voor Flagey, gezien de impact ervan op de Louizalaan.
In elk geval zorgt Brussel Mobiliteit voor coherentie tussen alle circulatieschema’s.
Ik heb alle Burgemeesters en schepenen ontmoet van de Autoluwe wijken die momenteel bezig zijn voor een nauwgezette opvolging. Mijn kabinet ontmoet ook regelmatig de schepenen van mobiliteit om ervaringen terug te koppelen.
In de toekomst zullen we voorzien in bepalingen die een minimale looptijd voor de testen opleggen om een objectieve beoordeling mogelijk te maken. Voor de maatregelen die niet helemaal afgerond werden, subsidieert het gewest op dit moment toch de ingrepen die daadwerkelijk werden uitgevoerd (dus niet het totaalbedrag van 4 miljoen) aangezien de gemeente deze kosten wel degelijk heeft moeten betalen.