Schriftelijke vraag betreffende de maatregelen in het Globaal Veiligheids- en Preventieplan 2021-2024 met betrekking tot de strijd tegen de georganiseerde misdaad
- Indiener(s)
- Mathias Vanden Borre
- aan
- Rudi Vervoort, Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van gewestelijk Belang (Vragen nr 932)
Datum ontvangst: 27/10/2022 | Datum publicatie: 20/12/2022 | ||
Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 22/23 | Datum antwoord: 19/12/2022 |
Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
03/11/2022 | Ontvankelijk |
Vraag | Het ontwikkelen van een administratieve aanpak van de georganiseerde misdaad is een transversale opdracht in het GVPP 21-24. Die aanpak moet illegale activiteiten voorkomen of verstoren door de criminelen te beletten gebruik te maken van een legale administratieve infrastructuur. Op het gewestelijk niveau zal ook een specifiek systeem voor de bestrijding en de preventie van de georganiseerde misdaad worden ontwikkeld, in overleg met de gerechtelijke en bestuurlijke overheden. Daarnaast bevat het GVPP enkele thematisch gebonden maatregelen m.b.t. de aanpak van de georganiseerde misdaad. Maatregel 8.2 spreekt over de ontwikkeling van een holistische benadering in de strijd tegen fraude en smokkel. Aansluitend zou de federale gerechtelijke politie, het parket en de Brusselse politiezones een geïntegreerde en gegeolokaliseerde aanpak van de strijd tegen drugssmokkel hebben ontwikkeld, genaamd het Globaal Drugsplan. Die moet via gerichte, multidisciplinaire controles de logistieke en financiële pijlers van criminele bendes ontwrichten. Maatregel 8.7 voorziet de verfijning van het beeld van de fenomenen en M.O. van de georganiseerde misdaad op gewestelijke niveau door synergiën tot stand te brengen tussen BPV en de betrokken partners. In dat verband heb ik de volgende vragen:
|
Antwoord | Bij deze kan ik u de volgende elementen van antwoord verstrekken op uw vraag: Op uw eerste vraag kan ik u antwoorden dat de administratieve aanpak van de georganiseerde misdaad, zoals die in het Globaal Veiligheids- en Preventieplan (2021-2024) is vooropgesteld, onderhevig is aan de momenteel doorgevoerde wetsaanpassingen. Er lopen echter wel al verscheidene initiatieven die in een dergelijke aanpak passen, zoals de BELFI-cellen in de Brusselse politiezones die blijkbaar heel tevreden zijn over de werking daarvan. Het gewestbestuur is niet in staat om die aanpak zelf te implementeren, zolang het geen toegang heeft tot de politionele gegevensbanken. Wat uw tweede vraag betreft: er kon omwille van de zonet genoemde reden nog geen specifiek systeem worden opgezet. Het blijft wel de bedoeling om een systeem te ontwikkelen dat aan de specifieke situatie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is aangepast. Dat moet gebeuren in overleg met de betrokken partners. Over de uitvoering van de maatregelen 8.2 en 8.7 werd in het kader van de gewestelijke financiering overleg gepleegd met de politiezones en de gemeenten. Op basis van dat overleg kon een nieuwe manier bepaald worden om (binnen de perken van de huidige wetgeving) gegevens te verzamelen. Dat moet het mogelijk maken om vlotter informatie uit te wisselen en een nauwkeuriger beeld te krijgen van de fenomenen en de modus operandi van de georganiseerde misdaad op gewestelijk niveau. Tot slot is het belangrijk erop te wijzen dat het Globaal Drugsplan, zoals bedoeld in het Globaal Veiligheids- en Preventieplan (2021-2024), gefinancierd wordt door de federale overheid en niet door het gewest. Het gewest is tot dusver niet betrokken bij de uitvoering ervan. De zes politiezones nemen echter wel deel aan het drugsplan onder leiding van de federale gerechtelijke politie van het arrondissement Brussel. De politiezone PolBRU (PZ 5339) treedt daarbij op als vertegenwoordiger van de zes zones. De zones werken ook op basis van het zonaal veiligheidsplan 2020-2025 rond het thema “drugs”. |