Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende een crisisoefening in Basilix

Indiener(s)
Aurélie Czekalski
aan
Rudi Vervoort, Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van gewestelijk Belang (Vragen nr 1032)

 
Datum ontvangst: 22/03/2023 Datum publicatie: 28/04/2023
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 25/04/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
27/03/2023 Ontvankelijk
 
Vraag    Op zondag 19 maart 2023 bracht het Brussels Hoofdstedelijk Gewest de bestuurlijke overheden en de nood- en veiligheidsdiensten samen voor een grootschalige crisisoefening in het Basilix Shopping Center.

Enkele tientallen deelnemers en figuranten, brandweerlieden, politieagenten, artsen, militairen en medewerkers van de gewestelijke overheden werden ingezet om samen de interventie- en samenwerkingsprocedures tussen de hulpdiensten te testen.

  • Welke lessen worden uit deze crisisoefening getrokken? Zijn er elementen die voor verbetering vatbaar zijn?

  • Hoeveel van dit soort oefeningen worden jaarlijks georganiseerd? Welke soorten scenario's worden tijdens deze oefeningen getest?

  • Welke diensten waren bij deze oefening betrokken? Verschillen de uitgenodigde diensten per scenario?

  • Wat wordt er tijdens deze oefeningen getest?

 
 
 
Antwoord    In antwoord op uw vragen over de crisisbeheersingsoefening bij de Basilix heeft de Hoge Ambtenaar mij de volgende informatie verstrekt :

Om te beginnen, worden alle multidisciplinaire oefeningen rond noodplanning tweemaal gedebrieft:

Warme debriefing: meteen na afloop van de oefening, waarbij de deelnemers hun onmiddellijke ervaringen kunnen delen. Tijdens die eerste debriefing kan de aandacht gevestigd worden op de belevingen van de deelnemers tijdens de oefening. Er is plaats voor subjectieve beoordelingselementen van de deelnemers die de druk nog ervaren of, algemener, de emoties die de oefening teweegbrachten;

Koude debriefing: geobjectiveerde debriefing, die minstens een maand later volgt. Tijdens die periode kunnen alle reddingsdiensten en -disciplines eerst hun eigen, interne debriefing uitvoeren. De elementen in verband met de multidisciplinaire werking van de reddingsdiensten die uit die debriefings na de oefening naar voren komen, worden vervolgens gecommuniceerd tijdens een multidisciplinaire debriefing die de Hoge Ambtenaar organiseert. De elementen die daarbij aan het licht komen, kunnen in twee grote categorieën worden onderverdeeld: de positieve punten en vooral de verbeterpunten waaraan gewerkt moet worden, om ze tijdens latere oefeningen opnieuw te kunnen testen.

Voor de oefening van 19 maart 2023 in het Basilix Shopping Center kon dankzij de warme debriefing het volgende worden vastgesteld:

Positieve punten:
- het feit dat de verschillende bij de voorbereiding en uitvoering van de oefening betrokken actoren dagelijks samenwerken, wat de operaties en contacten tijdens het beheer van een situatie van grotere omvang vergemakkelijkt;

- het feit dat het operationele commandovoertuig "Tango 12" van de DBDMH, dat onlangs is bijgewerkt, werd getest,

Verbeterpunt: zoals bij dit soort oefeningen vaak wordt opgemerkt, kan de communicatie over de evolutie van de noodsituatie nog worden verbeterd, zowel binnen elke deelnemende dienst als tussen de verschillende nood- en interventiediensten.

De koude debriefing moet nog plaatsvinden in de komende weken.
Voorts verplicht het koninklijk besluit van 22 mei 2019 betreffende de noodplanning en het beheer van noodsituaties de Hoge Ambtenaar om eenmaal per jaar zo'n oefening te organiseren. Er zij ook op gewezen dat, in een breder kader voor het Brussels Gewest, diezelfde verplichting geldt op gemeentelijk niveau, voor de burgemeesters van alle negentien Brusselse gemeenten.

De Hoge Ambtenaar heeft als doel om minstens eenmaal per jaar een veldtrainingsoefening uit te voeren (zoals die bij Basilix, waarbij diensten ter plaatse werden ontplooid) en tabletop-oefeningen.


Dit tweede type oefening vindt, zoals de naam al aangeeft, plaats rond een tafel, waarbij de deelnemers op het scenario reageren met suggesties voor oplossingen die zijn ontleend aan de monodisciplinaire plannen van elke hulpverleningsdiscipline en aan de nood- en interventieplannen die onder het gezag van de Hoge Ambtenaar zijn opgesteld. De oefening moet worden benaderd als een collaboratieve leersituatie waarin de collectieve intelligentie van de deelnemers verder kan worden benut om de best mogelijke oplossingen te bepalen, aangezien er geen operationele manschappen op het terrein hoeven te worden ingezet.

De scenario’s voor de verschillende soorten oefeningen zijn vastgelegd in samenspraak tussen de Hoge Ambtenaar en de reddings- en hulpdiensten, in functie van de planningsbehoeften of bij de opening of renovatie van een infrastructuur.
Bij wijze van voorbeeld:

- In september 2021 werd een multidisciplinaire veldoefening georganiseerd in de Hallepoorttunnel na de renovatie ervan;


- - In september 2022 werd in het gebouw "JUSTITIA", enkele dagen voor het begin van het proces over de aanslagen van 22 maart 2016, een multidisciplinaire veldoefening georganiseerd op verzoek van de korpschef van de lokale politiezone Brussel-Hoofdstad-Elsene.
Het scenario van zulke oefeningen vereist de deelname van de volgende hulpdiensten: de DBDMH, de dringende medische hulpverlening en de verschillende bevoegde politiediensten van het Brussels Gewest. Daarbij komen de diensten van safe.brussels onder verantwoordelijkheid van de Hoge Ambtenaar die als organisator en logistiek coördinator optreden, maar ook hun eigen procedures testen, meer bepaald inzake crisisbeheer en informatieverstrekking aan de burgers.


Naast die kerngroep kunnen bepaalde betrokken diensten verschillen per oefening. Vaak gaat het daarbij om de beheerders van de geteste infrastructuur, de Civiele Bescherming of Defensie die de voornoemde diensten bijstaan, afhankelijk van het materiaal dat bij het gekozen scenario gebruikt wordt.

In het kader van het door de Hoge Ambtenaar op 8 februari jongstleden gelanceerde BRU-responsproject, dat tot doel heeft een integrale aanpak te ontwikkelen die alle lopende of toekomstige projecten op het gebied van noodplanning omvat, en de burgers daarbij te betrekken, was de oefening van 19 maart jongstleden bovendien een gelegenheid om voor het eerst burgers als figuranten op te nemen, afkomstig uit de gezinnen van de betrokken beroepsmensen, alsook leden van een sportclub uit het Brussels Gewest.

De toenemende betrokkenheid van burgers als deelnemers aan oefeningen, zoals bij andere crisisbeheersingsplannen, is een van de doelstellingen van de Hoge Ambtenaar voor de komende jaren.
De organisatie van dergelijke oefeningen maakt het mogelijk procedures en materialen op de volgende niveaus te testen :
- voor alle interne hulpdiensten,
- op het vlak van multidisciplinaire samenwerking tussen de diensten.

Bovendien kunnen tijdens zulke praktische oefeningen de informatiestromen binnen de diensten getest worden, tussen die diensten op gebied van operationele coördinatie maar ook eventueel met de bevoegde instantie, de Hoge Ambtenaar, in het geval van de afkondiging van een provinciale crisisbeheerfase.


Al die elementen zijn opgenomen in de Nood- en Interventieplannen (ANIP en BNIP), die opgesteld zijn onder de verantwoordelijkheid van de Hoge Ambtenaar. De elementen van de debriefings, in het bijzonder de blootgelegde verbeterpunten, zorgen ervoor dat die plannen bijgewerkt kunnen worden vanuit een perspectief van voortdurende verbetering.

Bovendien zijn die oefeningen een meerwaarde voor de eigenaars en/of uitbaters van de betrokken infrastructuren. Ze kunnen immers hun eigen interne noodplan testen en verbeteren in bijna reële omstandigheden.