Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de ontwikkeling van de verwerkings- en materiaalsector in het licht van het industrieplan dat in de strategie Shifting Economy is opgenomen

Indiener(s)
Clémentine Barzin
aan
Barbara Trachte, staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, bevoegd voor Economische Transitie en Wetenschappelijk Onderzoek (Vragen nr 709)

 
Datum ontvangst: 27/03/2023 Datum publicatie: 23/05/2023
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 16/05/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
31/03/2023 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag    Het industrieplan van 2019 had tot doel de productieactiviteiten in het Brussels Gewest een boost te geven. Het was gebaseerd op vijf sectoren met waardeketenpotentieel, waaronder de verwerkings- en materiaalsector.
  • Welk beleid voert u om de waardeketens in die sector te optimaliseren? Wat zijn uw economische doelstellingen op dat vlak?

  • Wat zijn uw doelstellingen? Hoe denkt u een waardeketen te creëren die gebaseerd is op een circulaire economie van afval, wetende dat academici van Innoviris hebben aangegeven dat dit economische model gedeeltelijk afhankelijk is van de overheid?

  • Kunt u ons vertellen hoeveel bedrijven er in die sector actief waren in 2019, 2020, 2021 en 2022, indien mogelijk per subsector?

  • Welk grondbeleid voert u om bedrijven in die sector te ondersteunen? Welke doelstellingen streeft u daarbij na?

  • Hoeveel bedrijven die actief zijn in de verwerkings- en materiaalsector hebben een beroep gedaan op de diensten van citydev.brussels in 2019, 2020, 2021 en 2022?

 
 
Antwoord    Aansluitend op het antwoord dat ik u op 15 maart 2023 in de Commissie Economische Zaken gegeven heb over de beginselen van het industriebeleid, zoals dat in de gewestelijke strategie voor economische transitie, de Shifting Economy, ontwikkeld is, volgen hier als aanvulling de meer specifieke elementen met betrekking tot de verwerkingssector en de metaalsector, waarvan sommige onderdelen onder de bevoegdheid van mijn collega Alain Maron vallen.

Ter herinnering: de Shifting Economy omvat de 6 sectorale pijlers die als prioritair zijn aangemerkt. Ze vormen de ruggengraat van de economische instrumenten die via de Shifting Economy ingezet worden, zoals financiering, begeleiding, huisvesting voor ondernemingen en duurzame en innovatieve overheidsopdrachten.
Die 6 pijlers bepalen ook de sectorale focus van de strategie, waaronder bouw en renovatie (RENOLUTION), circulaire economie en duurzaam beheer van hulpbronnen (HABP).
Het hoofdstuk over productie, logistiek, toegang tot afvalstromen en regelgeving van de Shifting Economy en de verschillende maatregelen ervan bieden een antwoord aan de transversale industriële uitdagingen. Die maatregelen zijn bovendien aangewezen om ingezet en uitgerold te worden ter ondersteuning van de verschillende sectorale strategieën.
Meer concreet kent de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, binnen de grenzen van de beschikbare begrotingskredieten, subsidies toe aan rechtspersonen van wie de activiteit erin bestaat het ontstaan van eindafval te voorkomen door de valorisatie van gebruikte producten of goederen om:
- het hergebruik van goederen aan het einde van hun levensduur aan te moedigen;
- de hoeveelheid te vernietigen afval te verminderen;
- de sociale economie te ondersteunen.
De economische dynamiek verschilt sterk van de ene afvalbron tot de andere. Metaal en plantaardige oliën zijn bijvoorbeeld stromen met positieve waarde, terwijl het voor sommige plastics of activiteiten waarvoor veel arbeidskrachten nodig zijn moeilijker is om een financieel evenwicht te vinden.

De sector wordt met name gestimuleerd via projectoproepen zoals BeCircular (voor een bedrag van 3 400 000 euro per jaar) of Circular Innovation (1 500 000 euro) binnen Innoviris, dat tot doel heeft O&O op het gebied van de valorisatie van lokaal ingezamelde afvalstromen te stimuleren. Andere voorbeelden zijn de circlemade-cluster binnen hub.brussels en de beheersovereenkomst van de Haven van Brussel, waarin criteria inzake impact en circulaire economie voorzien zijn voor projectoproepen betreffende concessies op de terreinen van de haven.
Voor de stromen die in de gewestelijke Recyparks worden ingezameld, zoals metalen, levert Brussels Environmental Services bovendien de bestaande kanalen in het Brussels Gewest. De dienstverleners worden geselecteerd via overheidsopdrachten. Sinds kort wordt in deze contracten, naast het prijscriterium, de nadruk gelegd op de recyclagepercentages. In het kader van het contract voor de inzameling van matrassen uit het Recypark was het gunningscriterium met betrekking tot het recyclingpercentage bijvoorbeeld 60 punten waard, d.w.z. 20 punten meer dan het criterium met betrekking tot de prijs.
Wat citydev.brussels betreft, is een van de doelstellingen om duurzame en milieuvriendelijke bouwpraktijken te bevorderen. Met de beheersovereenkomst 2021-2025 is de circulaire economie een van de prioritaire benaderingen geworden die in alle activiteiten van citydev.brussels geïntegreerd moet worden, met name bij de ontwikkeling van vastgoedprojecten.

Dat impliceert dat er gewerkt wordt rond verschillende assen zoals het behoud van bestaande gebouwen, de integratie van duurzame en/of hergebruikte materialen en het omkeerbaar ontwerpen.

Dit beleid omvat dat er gewerkt wordt rond de selectie- en gunningscriteria om het ecosysteem te stimuleren en tegelijkertijd te luisteren naar de sector en de realiteit ervan op het terrein. De volgende stap is de massificatie door dat soort praktijken te systematiseren.

Tegelijkertijd werkt citydev er ook in het kader van het IRISPHERE-programma, gefinancierd door de EFRO-programmering 2014-2020, aan om het hergebruik van bouwmaterialen op grote schaal te vergemakkelijken door de bestaande kanalen te ondersteunen en deel te nemen aan de ontwikkeling van nieuwe kanalen.

Daartoe heeft citydev in samenwerking met de ondernemingen Composil, Tarkett en TRAVIE met name bijgedragen aan de oprichting van een professioneel kanaal voor hergebruik van tapijttegels, dat in 2022 officieel tot stand gekomen is, ook met behulp van een Be Circular-financiering. Er loopt ook een project voor het recupereren en valoriseren van hout van bouwterreinen (Woodpark) met de ondernemingen MCB Atelier en BatiTerre om de economische levensvatbaarheid van het opnieuw op de markt brengen van dat materiaal te testen. Voorlopig wordt een klein deel van de afvalstromen van de onderneming De Meuter opgevangen, de uitdaging is om op termijn de bevoorradingsbronnen te kunnen verbreden en meer bouwterreinen aan te spreken.

Ten slotte werkt citydev in het kader van de Shifting Economy en IRISPHERE aan een gewestelijke strategie om het hergebruik van materialen te bevorderen via logistieke en digitale platforms. Momenteel worden projecten voor de gemeenschappelijke opslag van bouwmaterialen getest in samenwerking met de onderneming Ziroo.

Al die acties zijn erop gericht om enerzijds in te spelen op de vraag naar materialen door het voorbeeldgedrag van de overheid te ondersteunen en door een nieuwe manier van samenwerking te ontwikkelen met de ondernemingen die de projecten ontwerpen en bouwen, zodat het risico bij het beheer van die innovatieve thema's gespreid wordt. Anderzijds zet citydev ook in op het aanbod aan materiaal door te proberen het te structureren en de middelen te bieden om van de schaal van kleine renovatieprojecten over te gaan naar de schaal van grote gewestelijke vastgoedprojecten.

Wat betreft het ondersteunend grondbeleid voor de ondernemingen in die sector:

Citydev.brussels heeft als opdracht om industriële, semi-industriële, ambachtelijke en dienstverlenende ondernemingen met een hoge toegevoegde waarde aan te trekken en op het gewestelijk grondgebied te behouden door hen vastgoedinfrastructuren (terreinen en gebouwen) aan te bieden tegen aantrekkelijke prijzen. Logistieke activiteiten worden ondersteund omdat ze een essentieel netwerk vormen. Het is in die zin dat wij, samen met de minister van Mobiliteit en de minister van Leefmilieu, het initiatief hebben genomen voor de Green Deal Duurzame Logistiek, waarbij op 19 april de handtekeningen en concrete verbintenissen van een vijftigtal publieke en vooral ook particuliere actoren op het gebied van decarbonisatie van de stadslogistiek verzameld werden.

Dit is de eerste strategische doelstelling van de nieuwe beheersovereenkomst van citydev.brussels: ‘Productieactiviteiten in de stad houden, en bedrijven ondersteunen die bijdragen tot de economische transitie of zich daartoe verbinden, maar ook alle bedrijven richting transitie begeleiden. Daarvoor zullen de procedures en de criteria voor de selectie van kandidaat-bedrijven worden herzien: ze worden afgestemd op de transitiedoelstellingen en verduidelijkt’.

Daarom zijn ze herzien om ze af te stemmen op de transitiedoelstellingen en ze leesbaarder te maken. Kandidaat-ondernemingen voor huisvesting op een site van citydev.brussels moeten een vragenlijst beantwoorden waarin hun economische transitiescore geanalyseerd wordt. Ondernemingen die een score van meer dan 50% behalen, komen in aanmerking voor huurkortingen van 5% tot 25%.

Citydev.brussels heeft zo nieuwe financiële stimulansen ontwikkeld voor alle ondernemingen op haar sites. Die stimulansen – ecodynamisch label, circulaire economie, Good Food-label, het ter beschikking stellen van diensten voor kinderopvang, sportterrein, dakactiviteit, innovatie en ontwikkeling van de biodiversiteit – geven dus recht op huurkortingen tot maximaal 33% voor alle stimulansen.

In artikel 22 van de beheersovereenkomst van citydev.brussels is het volgende voorzien: ’citydev.brussels verbindt zich ertoe om tegen het einde van de beheersovereenkomst tien actieve parken (kmo/zko/mgo) te hebben [...]. citydev.brussels verbindt zich er ook toe om tegen dan de ontwikkeling van nog eens drie parken op te starten.’

Zoals voorzien in artikel 43 van de beheersovereenkomst van citydev.brussels werkt citydev.brussels rond de aankoop en ontwikkeling van grote grondreserves om er kringloopeconomiepolen te ontwikkelen.

Ondernemingen van de verwerkingssector en de metaalsector, geclassificeerd als ‘industriële uitrusting’, zijn ondernemingen die in het algemeen een aanzienlijke ruimte in een industriële omgeving nodig hebben. Daarom is het behoud van grondreserves in stedelijke industriegebieden noodzakelijk als we dat soort activiteiten in het Brussels Gewest willen behouden.

Dit is het aantal actieve ondernemingen in de verwerkingssector en de metaalsector:
- 2019: 3288
- 2020: 3288
- 2021: 3303

De gedetailleerde cijfers en de uitsplitsing in subsectoren volgens de NACE-BEL-codes zijn te vinden op de website van het BISA:
https://bisa.brussels/themas/economie/ondernemingen.

Dit is het aantal actieve ondernemingen in de sector ‘industriële uitrusting’ op de sites van citydev.brussels (exclusief bedrijvencentra en incubatoren):
- 2019: 32
- 2020: 30
- 2021: 24
2022: 24