Schriftelijke vraag betreffende het uitstaande bedrag van de BGHM in 2022 en de status van bepaalde projecten
- Indiener(s)
- Françoise De Smedt
- aan
- Nawal Ben Hamou, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegd voor Huisvesting en Gelijke kansen (Vragen nr 1161)
Datum ontvangst: 13/04/2023 | Datum publicatie: 20/06/2023 | ||
Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 22/23 | Datum antwoord: 01/06/2023 |
Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
19/04/2023 | Ontvankelijk | Uitgebreid Bureau van het Parlement |
Vraag | Het uitstaande bedrag op de rekening van de BGHM bedroeg eind 2021 1.252.270.000 EUR. Gezien de dringende behoefte aan betaalbare huisvesting en het geld op de rekening van de BGHM, en naar aanleiding van onze vorige vraag (schriftelijke vraag nr. 932) over het uitstaande bedrag van de BGHM voor het jaar 2021, heb ik de volgende vragen:
|
Antwoord | Het saldo van het totale uitstaande bedrag van de BGHM bedraagt 1.760.750.000 EUR op 31/12/2022, d.w.z. een daling van 28.960.000 EUR in één jaar tijd. Op 31/12/2021 bedroeg het totale uitstaande bedrag 1.789.710.000 EUR. Voor een antwoord op uw andere vragen, verwijs ik naar het antwoord op de mondelinge vraag van mevrouw Maison over het GHP en de AW in de commissie Huisvesting van 4 mei 2023. |