Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de invoering van een jaarverslag over cybergeweld

Indiener(s)
Margaux De Ré
aan
Nawal Ben Hamou, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegd voor Huisvesting en Gelijke kansen (Vragen nr 1184)

 
Datum ontvangst: 04/05/2023 Datum publicatie: 05/07/2023
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 28/06/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
16/05/2023 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag    In België zijn twee resoluties aangenomen ter bestrijding van cybergeweld: op 20 januari 2021 in het Parlement van de Federatie Wallonië-Brussel en op 11 juni 2021 in het Brussels Hoofdstedelijk Parlement. Aangezien de strijd tegen dit geweld gecoördineerd en op alle bestuursniveaus moet worden gevoerd, zijn er verschillende verzoeken ingediend bij de Brusselse regering, de federale regering en de regering van de Federatie Wallonië-Brussel.

Daarom wil ik vandaag uw aandacht vestigen op de aankondiging van mevrouw Isabelle Rome, Frans minister van Gelijkheid van Vrouwen en Mannen, Diversiteit en Gelijke Kansen, tijdens de internationale conferentie “Cybersexism: a new age of violence” die op maandag 24 april in Parijs plaatsvond. De minister belastte de vereniging #StopFisha, die deze conferentie (waarop ik de eer had uitgenodigd te zijn) organiseerde, met het opstellen van het jaarverslag over cyberseksisme in Frankrijk. We weten allemaal dat het gebrek aan gegevens, statistieken en cijfers de strijd tegen cybergeweld belemmert en vertraagt.

  • Hoe heeft de regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest werk gemaakt van de genoemde resolutie sinds de goedkeuring ervan, in het bijzonder in uw bevoegdheidsdomein?

  • Hoe zit het met het algemene bewustmakingsaspect van de problematiek van seksueel en gendergerelateerd cybergeweld binnen de regering?

  • Welke initiatieven werden reeds genomen in uw bevoegdheidsdomeinen?

  • Hebt u stappen ondernomen om in België een soortgelijk rapport te laten opstellen als het rapport waarvoor in Frankrijk #StopFisha zal zorgen?

  • Hebt u een samenwerking opgezet met de centra voor gezinsplanning in het gewest?

  • In een antwoord van minister Rudi Vervoort aan mevrouw Bianca Debaets van afgelopen december werd ons verteld dat Brusafe de mogelijkheid bestudeert om een specifieke workshop over discriminerend cyberpesten te organiseren voor politieagenten. Hoever staat het met dit initiatief?

  • Hoe staat het met uw samenwerking met de verschillende bestuursniveaus in België?

  • Wat doet u samen met de federale regering in de strijd tegen cybergeweld?

 
 
Antwoord    Ik heb de eer u de volgende elementen van antwoord mee te delen:

Parallel met het groeiende belang van het internet in ons dagelijkse leven, stellen we een toename vast van het aantal gewelddaden in de virtuele openbare ruimte.

Het Brussels plan ter bestrijding van geweld tegen vrouwen tracht dit probleem aan te pakken door geweld tegen vrouwen globaal aan te pakken of door acties die specifiek gericht zijn op gendergerelateerd cybergeweld. Actie 13 van het plan is ook opgenomen in de resolutie van het Brussels Parlement ter bestrijding van cybergeweld. Deze actie wordt momenteel uitgevoerd, aangezien mijn kabinet stappen heeft ondernomen om een nieuw erkenningsdossier in te dienen in samenwerking met de GIP. Brusafe zal binnenkort een opdracht uitschrijven om een vereniging te vinden die gespecialiseerd is in cyberseksisme en die de opleiders van de GIP kan opleiden.


Voor bijkomende vragen verzoek ik u deze te richten aan de minister-president die bevoegd is voor deze materies.


Ik wijs er echter op dat equal.brussels, in het kader van mijn subsidiebeleid, projecten heeft gefinancierd die de kwestie van gendergerelateerd cybergeweld aanpakken.

In 2021 werd Koekelberg Promotion namelijk ondersteund voor haar project Revenge Porn. Het betrof een informatie- en bewustmakingscampagne in samenwerking met verschillende partners voor een zeer breed publiek en via verschillende communicatiekanalen, alsook rechtstreeks voor jongeren via opleidingen en bezoeken aan scholen, in het bijzonder op 25 november en 8 maart.

In 2022 liepen er ook tal van projecten ter bestrijding van cybergeweld, namelijk:


· Sustainable Communication: VIS à VIS- Tegen online haat. 2e editie:


Dit project bouwt voort op de resultaten van de eerste editie van het VIS-À-VIS-project om een online hulploket voor slachtoffers van online haat te ontwikkelen en om een website te creëren waarop informatie wordt verstrekt en online aanwezigheid (chat) wordt verzekerd. Er worden bewustmakingsactiviteiten voor scholen en jongeren ontwikkeld om het bewustzijn inzake de impact van online haat te vergroten.

· Habitat & Rénovation: LuCy -Strijd tegen Cybergeweld


LuCy wil jongeren (van 10 tot 18 jaar) helpen hun identiteit en relaties op te bouwen door sociale media te gebruiken. Het algemene doel van het project is niet alleen om de gevolgen van cybergeweld aan te pakken, maar veeleer om het gebrek aan regelgeving bij bepaalde applicaties in een vroeg stadium te bestrijden. Concreet houdt het project in dat er op het terrein met jongeren wordt gewerkt in gerichte wijken.



· Chayn Belgium: Chayn Belgium publiceert meertalige hulpmiddelen om vrouwelijke slachtoffers van geweld te helpen de juiste informatie en begeleiding te vinden die ze nodig hebben, zodat ze hun leven weer in handen kunnen nemen. Chayn Belgium omvat:

- workshops over de eerste stappen die je moet ondernemen bij cybergeweld en actualisering van de middelen;
- participatieve workshops over primaire preventie;
- opleidingen voor politiediensten via Brusafe;

- actualisering van de middelen;

- een kwantitatieve en kwalitatieve studie, online en via peilingen, over het fenomeen cybergeweld tegen vrouwen;

- een Twitter-onderzoek (zowel kwantitatief als kwalitatief) over het fenomeen van cybergeweld tegen vrouwen;

- een kwantitatief onderzoek via een peilingbureau (IPM of IPSOS) over het fenomeen van cybergeweld tegen Brusselse vrouwen;


- een kwalitatief onderzoek: een beroep doen op slachtoffers voor kwalitatieve gesprekken.