Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de resultaten van Bruxelles Formation op het vlak van tewerkstelling en duurzaamheid van tewerkstelling

Indiener(s)
Clémentine Barzin
aan
Bernard Clerfayt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering, Plaatselijke Besturen en Dierenwelzijn (Vragen nr 1174)

 
Datum ontvangst: 17/05/2023 Datum publicatie: 26/06/2023
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 26/06/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
23/05/2023 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
26/06/2023 Bijlage aan het antwoord p.m. Bijlage
 
Vraag    Ik zou u willen vragen om wat cijfers over de resultaten van Bruxelles Formation in termen van de tewerkstelling, de duurzaamheid van tewerkstelling en details over de gebruikte indicatoren.
  • We weten dat de opleidingen uit verschillende modules bestaan. Als in de verschillende jaarverslagen wordt gezegd dat een opleiding is afgerond, spreekt men dan over een volledige opleiding? Of gaat het in werkelijkheid om afgeronde individuele modules?

  • Hoeveel werkzoekenden vonden een duurzame baan na een opleiding van Bruxelles Formation voor de jaren 2018, 2019, 2020, 2021 en 2022? Heeft u een uitsplitsing naar geslacht? Zijn er verschillende mijlpalen in de tijd om deze duurzaamheid te meten of is het criterium van minstens één maand aan het werk zijn het enige criterium om de duurzaamheid van de baan te meten?

  • Wat het positieve uitstroompercentage voor de jaren 2018, 2019, 2020, 2021 en 2022 betreft, heeft u de cijfers (afzonderlijk) van hoeveel werkzoekenden een baan vinden en hoeveel werkzoekenden een andere opleiding volgen na het afmaken van hun opleiding?

  • Voor de jaren 2018, 2019, 2020, 2021 en 2022, in welke sectoren vinden werkzoekenden na hun opleiding, een baan?

  • Kunt u de kloof tussen het positieve uitstroompercentage (68,3%) en het afrondingspercentage van de opleidingen (87%) in het jaarverslag Bruxelles Formation 2022 kort verklaren ? Waarom is het positieve uitstroompercentage zo laag terwijl het afrondingspercentage van de opleidingen hoog is?

 
 
Antwoord    1.
Hoewel Bruxelles Formation een ION van het type B is die onder de bevoegdheid van de FGC valt, zal ik u een antwoord geven op uw schriftelijke vraag die via het Brussels Gewestelijk Parlement werd verstuurd, gezien het verband met de gewestelijke bevoegdheden inzake werkgelegenheid.

Wat betreft de vermelding van de voltooide opleidingen in de jaarverslagen van Bruxelles Formation, gaat het inderdaad om volledige opleidingen.
Deze opleidingen zijn in feite opgesplitst in modules, in overeenstemming met het principe van het beroepenreferentiemodel dat verschillende vaardigheden omvat om de functie effectief te kunnen uitvoeren. Dit is ook wat het opleidingsprogramma zal vormen en dus de reeks vaardigheden die aan het einde van de opleiding wordt beoogd. Een cursist die een opleiding tot autobusbestuurder volgt, moet bijvoorbeeld zowel een perfecte kennis hebben van de verkeersregels als een goede kennis van veiligheid en eerste hulp. Alleen als je voor al deze modules slaagt, kan de opleiding worden gevalideerd. Op zichzelf leiden deze modules niet tot een diploma van opleiding, en nog minder tot de uitoefening van de functie.

Natuurlijk is het, gezien het vaardigheidsniveau van sommige werkzoekenden die ver van de arbeidsmarkt af staan, soms nodig om een vooropleiding te volgen die hen in staat stelt om hun basisvaardigheden zoals Frans, rekenen en zelfs numerieke vaardigheden te verbeteren, evenals de transversale vaardigheden die nodig zijn om een opleiding te volgen en een baan aan te nemen, of zelfs hun eerste vaardigheden of eerste contacten met een 'beroep'. Deze vooropleidingen, die zelf in modules zijn opgebouwd, vormen een geheel en stellen mensen na voltooiing in staat om door te stromen naar een kwalificerende opleiding.



Praktisch gezien, en in dezelfde geest, vallen al deze opleidingen onder een contract tussen de cursist en de opleidingsorganisatie. Dit contract omvat alle modules en vaardigheden van een opleiding. Of het nu gaat om een kwalificerende opleiding of niet.
Ter informatie voeg ik hieraan toe dat het gemeten voltooiingspercentage van de opleiding het percentage voltooide opleidingscontracten is ten opzichte van het totale aantal contracten dat in de bestudeerde periode afliep. Deze definitie is van toepassing op alle opleidingen die worden aangeboden door Bruxelles Formation in het kader van de verschillende Polen Opleiding Werk.


2.
Ik kan u de gevraagde informatie geven over de uitstroom naar werk na een beroepsgerichte opleiding.
Dit is het percentage cursisten dat binnen 12 maanden na hun opleiding een baan vindt. Het wordt gemeten ongeacht de duur van de tewerkstelling, maar ook voor contracten van minstens een maand. De laatst beschikbare gegevens hebben betrekking op 2021 (cohort 2020).

Volgens deze logica, waarbij binnen 12 maanden vacatures worden geanalyseerd, hebben de laatste beschikbare gegevens van view.brussels betrekking op 2021 (en het 2020-cohort), aangezien de gegevens voor 2022 pas eind 2023 beschikbaar zullen zijn.
Rekening houdend met de beschikbare gegevens voor de verschillende cohorten waarin u geïnteresseerd bent, zijn de uitstroompercentages dus :
· 66,6% in 2019. Dat wil zeggen 69,6% mannen in opleiding en 62,8% vrouwen.
· 59,9% in 2020 (cohort 2019). Dat wil zeggen 61% mannen in opleiding en 58,7% vrouwen.
· 57,4% in 2021 (cohort 2020). d.w.z. 60,5% mannen in opleiding en 53,7% vrouwen


Er is een aanvullende indicator op het percentage uitstroom naar werk voor één dag of één maand. Het gaat om de “duurzaamheid van de tewerkstelling van deelnemers die uitstromen naar werk”. Deze indicator meet het aandeel van cursisten die na een beroepsgerichte opleiding een betaalde baan zijn begonnen en 12 maanden later een baan hebben. Deze indicator wordt echter alleen door view.brussels geproduceerd in de 2 jaar na uitstroom uit de opleiding. De laatst beschikbare gegevens zijn daarom ook voor het jaar 2021, maar hebben betrekking op het cohort van 2019.

De cijfers voor de jaren waarin u geïnteresseerd bent, zijn als volgt:
· In 2020 (cohort 2018): 63,8 %
· In 2021 (cohort 2019): 59,2 %

Meer details vindt u in de bijlage.
3.
Het percentage positieve uitstroom uit een opleiding komt overeen met het percentage positieve uitstroom (d.w.z. inschakeling in de tewerkstelling van minstent één maand, instroom in een nieuwe opleiding/hervatting van de studie of begin van een stage) aan het einde van opleidingen en over een periode van 12 maanden. De laatste beschikbare gegevens, geproduceerd door view.brussels, hebben nog steeds betrekking op 2021 (cohort 2020).

U vindt de details in de bijlage, maar u moet weten dat het 68,3% was in 2021, 70,4% in 2020 en 72,8% in 2019.

Afgezien van deze technische verklaringen en indicatoren is de echte vraag: wat doen we met deze informatie? Zijn we tevreden met deze cijfers? Kunnen we het beter doen?
Dit is precies een van de prioriteiten van de volgende Strategie rond Scholing en Werk die het mogelijk moet maken om opleidingstrajecten naar werk veilig te stellen. Dit zou beter kunnen als de keuze van de opleiding die een stagiair volgt voldoende overwogen en met kennis van zaken gemaakt zou zijn, met name in relatie tot alle beroepsmogelijkheden en de diversiteit van beroepen. Om dit te bereiken moet de informatie over beroepen worden bevorderd, met name door beroepen uit te proberen en te ontdekken, en te voorkomen dat mensen afhaken.
Anderzijds moeten we de overgang tussen opleiding en tewerkstelling vergemakkelijken, met name door regelingen te bevorderen die mensen in staat stellen hun eerste werkervaring op te doen en de transversale vaardigheden te versterken die nodig zijn voor het leven in een bedrijf.

Er zijn geen gegevens beschikbaar over het onderscheid tussen de tewerkstelling en het starten van een opleiding of het hervatten van de studie.
Het percentage positieve uitstroom na een opleiding wordt berekend voor alle opleidingen en dus ook voor vooropleidingen of taalopleidingen die niet direct tot een baan leiden, maar meestal worden gevolgd door beroepsopleidingen, stages of hervatting van de studie.
Zoals hierboven is uitgelegd, omvat het percentage van de tewerkstelling enkel beroepsgerichte opleidingen, waarvan het doel net tewerkstelling is.
Als gevolg hiervan overlappen de steekproeven elkaar niet en is de informatie niet beschikbaar.
4.
De uitsplitsing naar beroepssector van deelnemers die na hun opleiding uitstromen naar werk, werd voor het eerst gemeten op de resultaten voor het jaar 2021 (cohort 2020), de enige gegevens die momenteel beschikbaar zijn.

Informatie over de belangrijkste beroepssector is beschikbaar voor ongeveer 80% van de uitstromende deelnemers.
De meest voorkomende sectoren voor deze laatste zijn 'Administratieve en ondersteunende diensten' met 15,4%, gevolgd door 'Openbaar bestuur en defensie, verplichte sociale verzekeringen' met 14,7%.

Ik verwijs u nogmaals naar de bijlage voor meer details.
5.
Deze twee indicatoren zijn gebaseerd op verschillende methodologieën en hun resultaten kunnen niet met elkaar vergeleken worden.
De positieve uitstroomgraad na een opleiding wordt berekend op basis van het aantal afzonderlijke werkzoekenden in opleiding. Het voltooiingspercentage wordt uitgedrukt in het aantal opleidingsplaatsen. Eenzelfde werkzoekende kan dus verschillende opleidingen volgen en al dan niet voltooien, zoals een vooropleiding en vervolgens een kwalificerende opleiding; dit is het geval voor een groot aantal werkzoekenden die ver van de arbeidsmarkt staan, en dat zijn er veel in Brussel. Ter herinnering: in mei 2023 heeft 18,8% van de bij Actiris ingeschreven werkzoekenden ten hoogste hoger middelbaar onderwijs gevolgd en 43,9% een buitenlands diploma zonder gelijkwaardigheid.
Naast deze "kloof" zijn er natuurlijk degenen die aan het einde van hun opleiding niet gaan werken of studeren. Er zijn natuurlijk verschillende levensfasen die dit kunnen verklaren, maar het is zeker ook te wijten aan slechte richtingskeuzes. Dit is een van de redenen waarom ik deze cruciale stap naar werk wil baseren op de competentiebalans. Hierdoor zal een precieze diagnose gesteld kunnen worden van de verworvenheden zodat iemand de best mogelijke keuze kan maken - een keuze die zinvol is voor de werkzoekende en die daarom een grote kans heeft om hem aan het werk te krijgen en te houden.

Zie definitie hierboven
Een voltooiingspercentage van 87% betekent dat 87% van de opleidingen werd afgerond en niet dat 87% van de werkzoekenden hun opleiding(en) heeft voltooid.