Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de toekenning van een bedrijfswagen aan het personeel van het Brusselse Agentschap voor Netheid

Indiener(s)
Viviane Teitelbaum
aan
Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 1450)

 
Datum ontvangst: 17/05/2023 Datum publicatie: 05/07/2023
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 27/06/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
23/05/2023 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag    Tijdens de vergadering van de commissie voor Leefmilieu van 19 april hebben we ontwerpen van ordonnantie  besproken tot goedkeuring van de algemene rekening en de definitieve afrekening van de begroting van drie Brusselse organen, waaronder het Brussels Agentschap voor Netheid. Bij die gelegenheid heb ik u vragen gesteld over de 26 bedrijfswagens die in de loop van het jaar 2021 zijn toegekend, hoewel er geen reglementaire grondslag bestaat voor de toekenning van dat element als aanvulling op de bezoldiging.

Bovendien deelde u ons mee dat eind januari een besluit in derde lezing werd goedgekeurd. Dit besluit voorziet in een regularisering van de situatie voor alle nieuwe contracten door eventueel te genieten van een mobiliteitsbudget in plaats van een bedrijfswagen. Dit soort maatregelen moet worden aangemoedigd, maar er is geen enkele voorziening voor personeelsleden die hun voertuig aanhouden zonder enige reglementaire gondslag.

  1. Hoeveel personeelsleden van het Brussels Agentschap voor Netheid beschikken tot op heden over een bedrijfswagen?

  2. Hoeveel  in 2022 en 2021?

  3. Welke functie hebben deze mensen binnen het Angentschap?

  4. En wat zijn de functies in 2022 en 2021?

  5. Hoe rechtvaardigt het Agentschap deze toekenning zonder reglementaire grondslag?

  6. Wat is het zogenaamde mobiliteitsbudget waarin het volgende besluit voorziet?

  7. Hoe denkt men het personeel te stimuleren om voor dit mobiliteitsbudget te kiezen?

 
 
Antwoord    1.
Momenteel hebben 26 personen een ambtsvoertuig.

Voor 2021-2022 hadden ook 26 personen een ambtsvoertuig.

Sinds 2019 werkt het agentschap eraan om het aantal ambtsvoertuigen, dat toen 73 bedroeg, te verminderen.
Sindsdien heeft het agentschap de ambtsvoertuigen van de volgende functies geschrapt:
- Recherche & Verbalisatie;
- Plaatselijke besturen;
- Interne Audit;
- SupCC (beoordelaars).
2.
Alleen personen met een functie in het management beschikken momenteel over een ambtsvoertuig.
3.
Het betreft dezelfde functies als in vraag 3.
4.
De opdracht van het agentschap is logistiek en industrieel van aard. Bovendien worden de activiteiten in verschillende shifts georganiseerd, van 5 uur 's ochtends tot 3 uur 's nachts. Daarvoor zijn zeldzame, gespecialiseerde en bijzonder veeleisende vaardigheden vereist, wat betekent dat er personen aangetrokken moeten worden met een profiel waarnaar veel vraag is op de arbeidsmarkt. Rekening houdend met de barema’s van het openbaar ambt in vergelijking met de privésector, heeft het agentschap er dus een gewoonte van gemaakt om dat soort voordelen toe te kennen om competitiever te worden op de arbeidsmarkt.

Ruim voordat het besluit betreffende het mobiliteitsbudget en de verwerving, het gebruik en het beheer van dienstvoertuigen in werking getreden is, heeft mijn kabinet aan het agentschap gevraagd om ambtsvoertuigen niet langer op te nemen in het loonpakket.
Bij dat besluit zijn de regels voor het toekennen van voertuigen veranderd (zie hieronder). Wat betreft de voormalige ambtsvoertuigen voor de personeelsleden, wordt in artikel 21 van het besluit het volgende bepaald: ‘De lopende overeenkomsten op de dag van publicatie van huidige besluit lopen verder tot het einde van de vooropgestelde duur.’
5.
Het mobiliteitsbudget is een maximaal jaarlijks bedrag van 10 000 euro dat de begunstigde kan gebruiken voor een of meer mobiliteitsoplossingen als alternatief voor een ambtsvoertuig, zoals het gebruik van een dienstvoertuig, een abonnement of andere tickets op het openbaar vervoer in België, een fietsvergoeding voor het gebruik van een eigen fiets, een eigen elektrische fiets of een eigen speedpedelec, de aankoop, de huur, de leasing, de financiering, het onderhoud, de stalling en de uitrusting ter bescherming van de bestuurder en zijn passagiers, alsook uitrusting ter verhoging van hun zichtbaarheid van een fiets, een elektrische fiets, een speedpedelec, een step of een elektrische motorfiets/scooter, een abonnement op deelfietsen, deelsteps, deelscooters en autodelen, een parkingabonnement of parkingkaartjes, een kilometervergoeding en de kosten voor huisvesting dicht bij de werkplek.

Dit jaarlijkse mobiliteitsbudget is voorbehouden aan de volgende personen:
- titularissen van rangen A7, A6, A5+, A5, en A4+ die effectief de functie van secretaris-generaal, adjunct-secretaris-generaal, directeur-generaal en adjunct-directeur-generaal uitoefenen;
- titularissen van aan bovenvermelde rangen geassimileerde rangen en die de aan hun rang gebonden functie effectief uitoefenen.
Bij het agentschap betreft het enkel directeurs-generaal en adjunct-directeurs-generaal.
6.
Het principe van het mobiliteitsbudget is dat men kan kiezen om het voor het ene of het andere type mobiliteit te gebruiken. Dat is een persoonlijke keuze die de directeur-generaal en de adjunct-directeur-generaal van het agentschap zullen maken.