Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de verlagingen van de reële huurprijs van een sociale woning voor kinderen ten laste en personen met een handicap

Indiener(s)
Joëlle Maison
aan
Nawal Ben Hamou, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegd voor Huisvesting en Gelijke kansen (Vragen nr 1192)

 
Datum ontvangst: 29/05/2023 Datum publicatie: 27/07/2023
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 28/06/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
31/05/2023 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
28/06/2023 Bijlage aan het antwoord p.m. Bijlage
 
Vraag   

Artikel 59 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 26 september 1996 houdende organisatie van de huur van woningen die worden beheerd door de Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij of door de openbare vastgoedmaatschappijen (OVM) bepaalt dat de huurder die een sociale woning bewoont, een vermindering van de reële huurprijs geniet wanneer hij een of meer kinderen ten laste heeft. Die verlaging van de werkelijke huurprijs bedraagt 5% van de basishuurprijs voor één ten laste komend kind, 10% van de basishuurprijs voor twee ten laste komende kinderen, 20% van de basishuurprijs voor drie ten laste komende kinderen, 30% van de basishuurprijs voor vier ten laste komende kinderen, 40% van de basishuurprijs voor vijf ten laste komende kinderen en 50% van de basishuurprijs voor ten minste zes ten laste komende kinderen. Bovendien bepaalt artikel 59 van het besluit van 26 september 1996 dat de sociale huurder een vermindering van de reële huurprijs krijgt ten belope van 20% van de basishuurprijs, wanneer tot zijn gezin een volwassene met een handicap behoort.
 

1- Kunt u ons vertellen hoeveel gezinnen in de afgelopen drie jaar (2020, 2021, 2022) een verlaging van de reële huurprijs van hun sociale woning hebben gekregen voor kinderen ten laste? Kunt u ons ook een tabel bezorgen met de verdeling van deze gezinnen over de zestien Brusselse OVM's?

2- Wat was volgens de door de OVM’s voor de jaren 2020, 2021 en 2022 meegedeelde statistieken het gemiddelde maandelijkse bedrag van de verlagingen van de reële huurprijs die werden toegekend aan sociale huurders met:

  • Eén kind ten laste;

  • Twee kinderen ten laste;

  • Drie kinderen ten laste;

  • Vier kinderen ten laste;

  • Vijf kinderen ten laste;

  • Ten minste zes kinderen ten laste?

3- Kunt u ons het aantal sociale huurders meedelen aan wie in de afgelopen drie jaar (2020, 2021, 2022) een verlaging van de reële huurprijs werd toegekend omdat hun gezin een volwassen persoon met een handicap omvatte? Kunt u ons ook een tabel bezorgen met de verdeling van deze sociale huurders over de verschillende OVM's?

4- Wat was volgens de door de OVM’s verstrekte gegevens voor de jaren 2020, 2021 en 2022 het gemiddelde maandelijkse bedrag van de verlagingen van de reële huurprijs die werden toegekend aan sociale huurders van wie het gezin een volwassen persoon met een handicap omvatte?

 
 
Antwoord    Ik heb de eer u het volgende antwoord mee te delen:

In de bijgevoegde tabel vindt u de antwoorden die de OVM's binnen de gestelde termijnen hebben gegeven.

Voorts herhaal ik dat de OVM’s enkel gebonden zijn aan hun beheersovereenkomst. Buiten deze overeenkomst treden zij op als autonome structuren. Quant à la tutelle qu’exerce sur elles la SLRB, elle est de nature juridique et budgétaire.