Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende evaluatie van de lage-emissiezone

Indiener(s)
Marc Loewenstein
aan
Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 1463)

 
Datum ontvangst: 06/06/2023 Datum publicatie: 30/08/2023
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 07/07/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
08/06/2023 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag    Sinds 1 januari 2018 is Brussel een lage-emissiezone (LEZ). Het doel is om geleidelijk de meest vervuilende voertuigen te verbieden, behoudens wanneer vrijstellingen zijn toegekend, om zodoende de luchtkwaliteit en dus de gezondheid van de Brusselaars te verbeteren.

Er zijn al veel vragen gesteld over de toepassing van de LEZ, over de vrijstellingen, over verzoeken tot aanpassingen enzovoort.

Mijn vraag betreft het proces en de procedures voor de evaluatie van de LEZ.

  1. Hoe vaak wordt de LEZ geëvalueerd?

  2. Wie evalueert de LEZ? Als er een evaluatiecommissie is, wat is daarvan dan de samenstelling? Hoe vaak komt ze bijeen?

  3. Wat zijn de evaluatiecriteria?

  4. Welke veranderingen zijn aangebracht aan de LEZ sinds de invoering ervan?

  5. Kunt u mij vertellen of met evoluties in de motortechnologie rekening wordt gehouden, zodat het tijdschema eventueel kan worden aangepast aan de nieuwe realiteit?

 
 
Antwoord    1.
Zoals vermeld in artikel 18 van het besluit van 25 januari 2018 betreffende het instellen van een lage-emissiezone: “Leefmilieu Brussel [doet] een analyse van de cijfergegevens die door Brussel Fiscaliteit worden aangeleverd, onder meer om de naleving, de impact en de pertinentie van de modaliteiten van de lage-emissiezones te evalueren. Een samenvattend rapport wordt
éénmaal per jaar gecommuniceerd aan de bevolking via de website die gewijd is aan de lage-emissiezone.” 

De jaarlijkse evaluaties voor 2018, 2019, 2020 en 2021 zijn dus beschikbaar op de website www.lez.brussels.

De evaluatie voor 2022 wordt momenteel voorbereid en zou in de tweede helft van het jaar gepubliceerd moeten worden.
2.
Zoals vermeld in het bovenvermelde besluit, voert Leefmilieu Brussel de evaluatie van de lage-emissiezone uit op basis van geanonimiseerde gegevens van Brussel Fiscaliteit. Brussel Fiscaliteit bezorgt Leefmilieu Brussel namelijk gegevens over het in omloop zijnde wagenpark (gegevens van ANPR-camera’s) en operationele gegevens zoals het aantal boetes, aankopen van dagpassen, registraties, enz.

De impact op de emissies van het wagenpark wordt geanalyseerd door het departement Evaluatie Lucht, Klimaat en Energie van Leefmilieu Brussel en de impact op de concentraties wordt bestudeerd door het Laboratorium Luchtkwaliteit van Leefmilieu Brussel.

De evaluatie is ook gebaseerd op gegevens en informatie van Brussel Mobiliteit (voor de signalisatieaspecten) en safe.brussels (voor de aspecten met betrekking tot de inzet van ANPR-camera’s).

Daarom raadpleegt Leefmilieu Brussel zijn partneradministraties alvorens het verslag te publiceren op de website www.lez.brussels.


Ten slotte wordt de evaluatie, zoals bepaald in hetzelfde artikel van het bovenvermelde besluit, ook overgemaakt aan het Comité van klimaatdeskundigen, dat is opgericht op basis van artikel 1.5.1, §2, van het BWLKE.
3.
Het doel van de evaluatie van de LEZ is om de naleving van, de impact op en de relevantie van de modaliteiten van de LEZ te evalueren.


Daartoe worden in de jaarverslagen voorstellen gedaan:
1. een analyse van de effecten van de LEZ op het in omloop zijnde wagenpark: aanpassing van het wagenpark volgens de toegangscriteria, voertuigen in afwijking, enz.;
2. een analyse van de effecten van de LEZ op de emissies en de luchtkwaliteit;
3. een voorstelling en evaluatie van de werking van de LEZ en de begeleidingsmaatregelen (communicatie, bewegwijzering, de premie van Brussel Economie en Werkgelegenheid voor professionals, de Brussel’Air-premie, afwijkingen, enz.).
4.
Sinds de invoering van de LEZ in het kader van het besluit van 25 januari 2018 zijn er verschillende aanpassingen gedaan om de doelstellingen van het verbeteren van de luchtkwaliteit te kunnen nastreven, rekening houdend met de realiteit op het terrein en de sociaaleconomische impact voor bepaalde doelgroepen.


Wat de toegangscriteria van de LEZ betreft:
Op 30 juni 2022 heeft de regering een besluit goedgekeurd waarin de nieuwe mijlpalen van de LEZ voor de periode 2025-2036 zijn vastgelegd. Met die nieuwe mijlpalen worden ook de toegangscriteria voor vrachtwagens (categorie N2 en N3) en gemotoriseerde tweewielers (categorie L) bepaald.

Wat het gebied betreft:
P+R’s die toegankelijk zijn voor voertuigen die niet voldoen aan de toegangscriteria van de LEZ zijn toegevoegd: P+R Lennik (besluit 12/12/2019) en P+R UZ VUB (besluit 30/06/2022). De toegang tot de P+R van Kraainem is ook verbeterd (30/06/2022).

Dankzij het regeringsbesluit van 30/06/2022 is het ook mogelijk om rechtsomkeer te maken bij het viaduct Hermann-Debroux en kan de Ring worden bereikt via de Sint-Hubertusdreef.

Wat de afwijkingen betreft, zijn de volgende wijzigingen aangebracht:
- geen boete in het geval van gedwongen omleiding van het verkeer op het grondgebied van de LEZ (besluit 27/09/2018);
- uitbreiding van de afwijking voor voertuigen die zijn uitgerust met een rolstoellift tot alle geïntegreerde systemen die zijn ontworpen voor het instappen van een persoon in een rolstoel (oprijplaat) (besluit 27/09/2018) – met uitzondering van stadsbussen (die allemaal zijn uitgerust met een dergelijk systeem) – besluit 17/12/2020);
- geautomatiseerde toekenning van de afwijking voor kampeerwagens die zijn ingeschreven in België (besluit 12/12/2019);
- afwijking voor personen met een parkeerkaart voor personen met een handicap en het BVT-statuut (besluit 17/12/2020 – met terugwerkende kracht vanaf 1/04/2020);
- verlenging van de geldigheidsduur van de afwijking van drie naar vijf jaar (besluit 17/12/2020);
- afwijking voor mobiele kranen en uitzonderlijk vervoer (besluit 30/06/2022). Dit betreft vrachtwagens, waarop de LEZ pas in 2025 van toepassing is;
- afwijking voor plug-in hybride stadsbussen die zijn uitgerust met geofencing-technologie (besluit 30/06/2022);
- auto’s (8 zitplaatsen + bestuurder) en minibussen en bussen, evenals bestelwagens die uitsluitend worden gebruikt voor schoolvervoer of voor collectief vervoer van personen met een handicap, met hun uitrusting of goederen indien van toepassing, en die voor het eerst zijn ingeschreven vóór 31 december 2025, totdat het voertuig in kwestie de leeftijd van 11 jaar bereikt vanaf de datum van eerste inschrijving (besluit 30/06/2022).

Wat de dagpas betreft:
Sinds 1/01/2020 (besluit 12/12/2019), is het mogelijk om een dagpas te kopen tot middernacht de volgende dag na het binnenrijden van de LEZ (in plaats van de pas te kopen
vóór het binnenrijden van de LEZ). Die wijziging maakte het mogelijk om in te spelen op dringende verplaatsingen, personen die de LEZ ‘per ongeluk’ binnenrijden, enz.

Daarnaast konden in het kader van de LEZ aanvankelijk slechts acht dagpassen per jaar worden aangekocht. In 2022 (besluit 30/06/2022) is het aantal passen verhoogd naar 24 dagen per jaar.

Wat de registratie van in het buitenland ingeschreven voertuigen betreft:
Sinds 1/01/2020 (besluit 12/12/2019) is het ook mogelijk voor bestuurders van voertuigen met een buitenlandse nummerplaat om zich te registreren tot middernacht de volgende dag na het binnenrijden van de LEZ (in plaats van zich te registreren vóór het binnenrijden van de LEZ, in lijn met de aanpassing voor de dagpassen).
In 2021 is de geldigheid van de registratie verlengd van drie naar vijf jaar (besluit 22/09/2021).

Wat de overgangsperiode betreft:
In 2021 (besluit 22/09/2021) heeft de regering beslist om een overgangsperiode van drie maanden in te voeren voor de mijlpalen van 2022, net zoals in 2018 (negen maanden), 2019 (drie maanden) en 2020 (drie maanden).
In het wijzigingsbesluit van 30/06/2022 wordt het principe van de overgangsperiode gewijzigd en wordt bepaald dat elke eerste overtreding (ongeacht wanneer die plaatsvindt) wordt gevolgd door een waarschuwingsbrief in plaats van een boete.
5.
De beslissing van de regering van 30/06/2022 over het LEZ-tijdschema voor 2025-2036 is gebaseerd op verschillende studies, in het bijzonder de studie van de impact van de verschillende auto-technologieën op het milieu (studie uitgevoerd door Stratec - VUB, 2021) en de ‘remote sensing’-studie, uitgevoerd door de ICCT in 2021 in samenwerking met Leefmilieu Brussel. In het kader van die studie werden de verkeersemissies in reële omstandigheden in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gemeten.

Leefmilieu Brussel zal aandachtig blijven voor de technologische ontwikkelingen, met name door regelmatig te overleggen met de verschillende actoren in de automobielsector, maar ook met de milieu-, mobiliteits- en sociale sector, om ervoor te zorgen dat de doelstellingen van de LEZ kunnen worden bereikt, rekening houdend met de realiteit op het terrein.