Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende het concurrentieverschil per gemeente met betrekking tot de invoering van nieuwe zonale parkeertarieven

Indiener(s)
Clémentine Barzin
aan
Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 1699)

 
Datum ontvangst: 17/07/2023 Datum publicatie: 20/09/2023
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 15/09/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
28/07/2023 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag    Een jaar na de invoering van de nieuwe parkeerordonnantie wil ik u vragen wat de gevolgen zijn van de nieuwe parkeertarieven voor de winkels wat de bezoekersaantallen en concurrentie tussen handelswijken betreft.
  • Hoe beoordeelt u de gevolgen van de parkeerordonnantie voor de Brusselse winkels, vooral in de huidige sociaaleconomische context?

  • Hoe hebben het Gewest en de gemeenten de economische actoren betrokken bij de opsplitsing in tariefzones? Welke contacten onderhoudt u met de handelaarsverenigingen in het kader van de nieuwe structurering van de tariefzones?

  • Wat vindt u van de concurrentie tussen handelswijken waar grote tariefverschillen bestaan?

  • Hoeveel lege cellen telt hub.brussels in die handelskernen? Wat is de evolutie sinds de laatste berekening?

  • Heeft u samen met hub.brussels en/of het Overzicht van de Handel de impact van de wijzigingen van de parkeertarieven op het winkelbezoek gemeten?

  • Heeft u de reële capaciteit van de parkeerterreinen naast de openbare weg in elke handelswijk gecontroleerd, met uitsluiting van de parkeerplaatsen die per maand gereserveerd worden en dus niet beschikbaar zijn?

 
 
Antwoord    In de parkeerordonnantie zijn enkel de tariefvorken voor het parkeren op de openbare weg vastgelegd. Het is het besluit “betreffende de gereglementeerde parkeerzones en de vrijstellingskaarten” (“besluit tarieven”) dat het precieze bedrag van de tarieven vastlegt. Dit besluit werd gewijzigd op 20 oktober 2022 en is pas in mei jongstleden in voege getreden. Het is daarom in dit stadium nog erg vroeg om een beoordeling van het nieuwe tariefsysteem op te stellen en om de eventuele impact op de bezoekerscijfers van de handelszaken te meten, na nog maar 4 maanden.
Voorts hebben bepaalde gemeenten die hun parkeerbeheer nog niet delegeren hun retributiereglement niet aangepast aan het besluit tarieven. Dat is met name het geval voor de Stad Brussel, waar een groot deel van de handelszaken gevestigd is.
We kunnen wel al zeggen dat de benchmarkstudie “Internationale benchmark, goede praktijken en actiepistes” die werd opgemaakt door parking.brussels in 2020 toont dat in andere steden er een positieve correlatie is waargenomen tussen parkeerreguleringsbeleidsacties, met name tariefsystemen voor parkeren, en de verhoging van de omzet van handelszaken.
Anderzijds weten we dat een van de effecten van het verhogen van de parkeertarieven op de openbare weg, waarbij de prijzen exponentieel stijgen met elk (half)uur, de rotatie bevordert. Dit rotatiefenomeen is gunstig voor handelszaken, omdat het betekent dat automobilisten minder lang geparkeerd blijven staan, waardoor er ruimte overblijft voor de volgende voertuigen.
Wat betreft de verdeling van de tariefzones zijn het de gemeenten die de zones binnen hun grondgebied vastleggen. Het Gewest heeft dus geen zicht op eventueel overleg tussen gemeenten en de handelaren (of handelaarsverenigingen) in het kader van de vastlegging van de zones. Het vastleggen van de zones door de gemeenten kan inderdaad potentieel verschillen met zich meebrengen tussen zones met handelszaken. Een van de doelstellingen van het vastleggen van de tarieven op gewestelijk niveau is net om een zekere mate van harmonisering mogelijk te maken. Het is echter belangrijk om de gemeenten enige speelruimte te laten gezien hun kennis van de situatie en de lokale realiteit.
Op gewestelijk niveau zijn er verschillende instanties geraadpleegd bij de goedkeuring van de parkeerordonnantie, met name Brupartners (de Economische en Sociale Raad van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest).
Voor de vragen in verband met hub.brussels verwijzen wij naar Staatssecretaris voor Economische Transitie Barbara Trachte.
Wat betreft de capaciteit van de parkings buiten de openbare weg, de grote meerderheid daarvan wordt beheerd door privéoperatoren. Wij kennen de exacte bezettingscijfers en het aandeel abonnementen en rotatie van elke parking dus niet. We weten echter dat de meerderheid van de openbare parkings buiten de openbare weg zich in het stadscentrum of in de onmiddellijke nabijheid ervan bevinden, waar een hoge concentratie handelszaken is. De privéoperatoren baten eveneens openbare parkings uit in andere grote handelskernen zoals Bascule, Westland Shopping, Woluwe Shopping, Shopping Oudergem, etc. Algemeen weten we dat de openbare parkings buiten de openbare weg grotendeels onderbenut zijn in vergelijking met het parkeeraanbod op de openbare weg en dat ze voldoende rotatie hebben om plaatsen beschikbaar te stellen voor bezoekers.