Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de regeringscommissaris bij de sociale kredietinstellingen en hun financiële situatie

Indiener(s)
Pierre-Yves Lux
aan
Nawal Ben Hamou, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegd voor Huisvesting en Gelijke kansen (Vragen nr 1302)

 
Datum ontvangst: 10/11/2023 Datum publicatie: 19/01/2024
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 23/24 Datum antwoord: 20/12/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
17/11/2023 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag    Het besluit van 24 april 2014 betreffende de sociale kredietinstellingen bepaalt dat voor elke sociale kredietinstelling een regeringscommissaris wordt aangesteld.
  1. Kunt u bevestigen dat een commissaris werd aangesteld en zo ja, wat is de duur van zijn mandaat?

  2. Is deze commissaris aangesteld voor alle vijf sociale kredietinstellingen of enkel voor diegene met een vergunning?

  3. Wordt deze commissaris systematisch uitgenodigd op de vergaderingen van de algemene vergadering, de raad van bestuur of elk ander beheersorgaan, en dit voor alle betrokken instellingen? Zo niet, waarom niet en welke stappen zijn ondernomen om ervoor te zorgen dat dit wel het geval is?

  4. Heeft de commissaris jaarlijks een activiteitenverslag ingediend bij de regering? Welke lessen hebt u daaruit getrokken?

  5. Heeft de commissaris, meer specifiek, reeds de aandacht van de regering gevestigd op de financiële situatie van de sociale kredietinstellingen? Het boekhoudkundig resultaat van de vijf instellingen voor het boekjaar 2022 blijkt immers een aanzienlijk tekort te vertonen. Zo ja, wat zijn de gedeelde elementen en wat is zijn analyse en die van u over deze situaties en de risico's voor de levensvatbaarheid van deze instellingen?

 
 
Antwoord    Ik heb de eer u het volgende antwoord mee te delen:

Op 19 december 2019 werd een Regeringscommissaris aangesteld voor alle sociale kredietinstellingen in kwestie.


Overeenkomstig artikel 15 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de sociale kredietinstellingen, geldt dit mandaat voor vijf jaar.

De regeringscommissaris wordt systematisch uitgenodigd op de vergaderingen van de sociale kredietinstellingen.

De commissaris heeft jaarlijks verslag uitgebracht over zijn activiteiten tijdens regelmatige vergaderingen met mijn kabinet. Ik leid hieruit af dat de commissaris, naast zijn controlefunctie, ook de werking tussen het bestuur en bepaalde sociale kredietinstellingen heeft kunnen verbeteren.


Wat meer bepaald de financiële situatie van de sociale kredietinstellingen betreft, verwijs ik naar mijn antwoord van 26 oktober in de Commissie Huisvesting. Ik wijs er echter op dat de beheersorganen van de kredietinstellingen systematisch voor de voortzetting van de activiteiten hebben gestemd, met name gelet op de beschikbare liquide middelen.