Schriftelijke vraag betreffende de verdwijning van de mussen
- Indiener(s)
- Dominique Dufourny
- aan
- Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 1612)
| Datum ontvangst: 04/12/2023 | Datum publicatie: 19/01/2024 | ||
| Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 23/24 | Datum antwoord: 09/01/2024 | |
| Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
| 05/12/2023 | Ontvankelijk | Uitgebreid Bureau van het Parlement |
| Vraag | In enkele decennia tijd is de huismus zo goed als verdwenen uit de grote Europese steden. Volgens een studie van de vzw Natagora heeft Brussel 95% van zijn populatie verloren. Deze alarmerende achteruitgang is ook zichtbaar in de rest van het land. Ornithologen en andere vogelliefhebbers roepen luid en duidelijk: onze mussen hebben hulp nodig.
De oorzaken van het verdwijnen van deze vertederende vogels zijn veelvoudig en goed geïdentificeerd: het verdwijnen van hun habitat en de schaarste van hun voedsel, maar ook - en dit is net ontdekt - de verspreiding van ziekten die veroorzaakt worden door de opwarming van de aarde en die tot voor kort niet voorkwamen in onze landen. Welke maatregelen heeft de minister genomen om de vogels een geschikte habitat en voldoende insecten te bieden? Wat betreft de gevaren voor mussen, welke vooruitgang is er geboekt bij de planning en het beheer van groene ruimten?
Dank u voor het beantwoorden van mijn vragen.
|
| Antwoord | 1. Zoals vermeld in het specifieke factsheet van het Verslag over de toestand van de natuur en de staat van het leefmilieu van april 2022, getiteld ‘Avifauna in gebouwen en mobilisatie voor het behoud ervan’, zijn er tal van oorzaken voor de achteruitgang van de mus (verdwijning van habitats, verarming van de genetische diversiteit, opwarming van de aarde, verdwijning van nestplaatsen, enz.). Als antwoord op dat fenomeen combineert Leefmilieu Brussel maatregelen om bestaande nestplaatsen te beschermen, maatregelen om nestkasten te installeren en maatregelen om omgevingen te renatureren, om tegemoet te komen aan alle ecologische behoeften van de soort. De administratie Leefmilieu Brussel heeft bijvoorbeeld: - 15.000 euro toegekend aan de koepelvzw Mussen & Biodiversiteit, voor de coördinatie van burgermussengroepen; - in 2021 steun verleend aan burgerprojecten voor musvriendelijke inrichtingen in de Europese wijk; - vijftien opleidingen georganiseerd over biodiversiteit en gebouwen in 2022 en 2023 (voor de eerste helft van 2024 staan al vijf nieuwe opleidingen gepland); - een nieuwe versie van de BAF+ calculator aan de regering voorgelegd voor eerste lezing, waarin rekening wordt gehouden met de kwestie van gebouwafhankelijke avifauna; - de Gids Duurzame Gebouwen aangevuld met informatie over de fauna in gebouwen. 2. Wat de aanleg van groene ruimten betreft, besteedt Leefmilieu Brussel bijzondere aandacht aan de positieve evolutie van de biodiversiteit in haar ruimten. De gecreëerde nieuwe groene ruimten bevinden zich voornamelijk in dichtbevolkte wijken, op voormalige braakliggende industrieterreinen. Door het groene netwerk in de stad te versterken, stimuleert Leefmilieu Brussel dus een hele reeks soorten, waaronder de mussen. Wat het beheer van de groene ruimten betreft, stelt Leefmilieu Brussel alles in het werk om via ecologisch beheer gediversifieerde biotopen en habitats te creëren om zoveel mogelijk inheemse planten- en diersoorten te huisvesten. Daarom worden veel groene ruimten beheerd om er de biodiversiteit te verhogen, met name door bloemenweiden aan te leggen en grasperken om te vormen tot zones waar laat gemaaid wordt, zodat huismussen zich kunnen voeden met zaden en spontane en inheemse bloemen. Bovendien trekken die omgevingen een groot aantal insecten aan, een andere voedselbron voor huismussen. Bomen en perken met struiken in de groene ruimten zijn ook essentieel voor het sociale gedrag van mussen. 09 |
