Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de ontwerpsamenwerkingsovereenkomsten in verband met het CITES-verdrag

Indiener(s)
Jonathan de Patoul
aan
Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 1628)

 
Datum ontvangst: 18/12/2023 Datum publicatie: 02/02/2024
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 23/24 Datum antwoord: 02/02/2024
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
20/12/2023 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag    Op 10 oktober jongstleden heb ik u gevraagd hoever het stond met de aangekondigde samenwerkingsovereenkomst voor de toepassing van de Convention on International Trade in Endangered Species of wild fauna and flora (CITES). In uw antwoord vertelde u mij op 30 oktober dat de werkgroep die met deze kwestie bezig is, deze ontwerpsamenwerkings- en -uitvoeringsovereenkomsten voor de CITES op 23 november 2023 aan de Interministeriële Conferentie Leefmilieu zou voorleggen.

Zijn deze ontwerpovereenkomsten daadwerkelijk gepresenteerd?

Zo ja, wat zijn de belangrijkste punten die ze bevatten met betrekking tot de verdeling van bevoegdheden?

Worden, in afwachting van de mogelijke inwerkingtreding van deze ontwerpovereenkomsten, de CITES-gerelateerde bevoegdheden volledig uitgeoefend door de federale overheid? Zo neen, hoe is de uitoefening van de betrokken bevoegdheden verdeeld?

 
 
Antwoord    1.
Ja.
2.
De ICL heeft akte genomen van de voorlopige voorstellen voor de tekst van het samenwerkingsakkoord ‘CITES’. De kabinetten die bevoegd zijn op het gebied van leefmilieu moeten nu samenkomen om een politieke beslissing te nemen over de openstaande kwesties (verdeelsleutel, personeelsbehoeften en Belgische maatregelen). Het akkoord zal vervolgens via een aparte schriftelijke procedure van de ICL moeten worden gevalideerd.
3.
De implementatie van de CITES-verordening overschrijdt de bevoegdheden van de federale overheid, aangezien de soorten die in de CITES-bijlagen zijn opgenomen inheemse soorten kunnen omvatten, die uitsluitend onder de bevoegdheid van de Gewesten vallen.

Momenteel is het krachtens artikel 68, §1, derde lid, en artikel 70, §2, tweede lid, van de ordonnantie van 1 maart 2012
betreffende het natuurbehoud verboden om de soorten die worden opgesomd in bijlage A en B van de Verordening (EG) nr. 338/97 van de Raad van 9 december 1996 inzake de bescherming van in het wild levende dier- en plantensoorten door controle op het desbetreffende handelsverkeer te verkopen, te koop aan te bieden, kosteloos of tegen vergoeding af te staan, te kopen of af te leveren. De enige uitzondering op die verboden is in het geval van invoer, uitvoer of doorvoer van de soorten, die onder de federale bevoegdheid vallen.

De controle op de naleving van die verboden en de vaststelling van inbreuken gebeurt door de personeelsleden van Leefmilieu Brussel (artikel 5 van het Brusselse Wetboek van inspectie).

De federale CITES-wetgeving geeft CITES-certificaten af voor soorten die onder de CITES-verordening vallen (wet van 28 juli 1981 en een besluit van 9 april 2003).

De wettigheid van de CITES-certificaten is al in twijfel getrokken door een rechter op grond van de bevoegdheidsverdeling.

Een samenwerkingsakkoord zal zorgen voor samenhang en coördinatie bij de implementatie van de CITES-regelgeving.