Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de gevolgen van Good Move voor de Schaarbeekse handelaars

Indiener(s)
Latifa Aït Baala
aan
Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 1896)

 
Datum ontvangst: 30/01/2024 Datum publicatie: 14/03/2024
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 23/24 Datum antwoord: 14/03/2024
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
02/02/2024 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag    Ik wil uw aandacht vestigen op een cruciale kwestie die de handelaarsfederatie van Schaarbeek aan de orde heeft gesteld. Tijdens de gemeenteraad van Schaarbeek heeft de vertegenwoordiger van die federatie de bezorgdheid van meer dan 500 handelaars uiteengezet.

De Schaarbeekse handelaars zijn door een dubbele crisis getroffen, eerst door de coronanpandemie en daarna door Good Move. Uit getuigenissen blijkt dat de gevolgen van dit plan voor de mobiliteit, de toegankelijkheid, de netheid en de veiligheid hebben geleid tot een verlies aan klanten en omzet, leveringsproblemen en agressie.

De handelaarsfederatie, die zowel handelaarsverenigingen als individuele ondernemers vertegenwoordigt, wijst erop dat er algemene frustratie heerst en probeert de dialoog met de lokale autoriteiten te herstellen. De leden van de federatie hebben het gevoel dat hun zorgen al jaren niet serieus worden genomen, wat leidt tot aanhoudende ongerustheid bij de handelaars.

  • Werden de bewoners en de handelaars vooraf geraadpleegd over Good Move om de bereikbaarheid van winkelcentra en het behoud van voldoende parkeergelegenheid te garanderen?

  • Zijn er na de bijzonder kritische reacties aanpassingen doorgevoerd in overleg met de gemeente, de omwonenden en de betrokken comités? Welke corrigerende maatregelen werden er genomen? Hoe werden de geschrapte parkeerplaatsen gecompenseerd? Welke communicatiecampagnes werden er gevoerd? Hoe werd de samenwerking met hub.brussels verzekerd?

 
 
Antwoord    Er moet eerst een onderscheid worden gemaakt tussen het gewestelijk mobiliteitsplan ‘Good Move’, dat meer dan 50 verschillende acties omvat, de nieuwe circulatieschema’s in deze wijken (de autoluwe wijken zijn één van de 50 acties van het gewestelijk mobiliteitsplan ‘Good Move’) en de heraanleg van de openbare weg die u vermeldt.

In het kader van de uitwerking van het gewestelijk mobiliteitsplan (GMP, met name alle 50 acties) werd er een effectenstudie uitgevoerd met een gedetailleerd sociaaleconomisch onderdeel dat door het studiebureau in overleg met andere economische actoren werd opgesteld. Uit de analyse van de sociaaleconomische gevolgen die in het kader van het milieueffectenrapport (MER) werd uitgevoerd, blijkt dat enkel het project van het GMP en de uitvoering ervan gunstige sociaaleconomische gevolgen zouden hebben (zie blz. 67 en 68 van de MER). Bovendien beloofden de 'business as usual'-situatie, d.w.z. niets veranderen, of zelfs het geëvalueerde alternatief slechtere resultaten dan het bestudeerde project van GMP.

De nauwkeurige monitoring van de potentiële economische impact van wegenprojecten is methodologisch ingewikkeld gezien de multifactoriële aard ervan.

Ik heb veel empathie en begrip voor de moeilijke tijden die veel handelaars hebben doorgemaakt tijdens de COVID-crisis en energiecrisis. Ook al kunnen werkzaamheden op korte termijn moeilijk zijn, de studies tonen echter aan dat de maatregelen om de verkeersveiligheid, het openbaar vervoer en/of actieve vervoersmiddelen te verbeteren positief zijn voor het bedrijfsleven op lange termijn.

De voorbije maanden heeft Brussel Mobiliteit haar samenwerking met hub.brussels versterkt, waarbij ze onder andere heel veel gegevens van het Analytics-platform benut, die gebruikt worden in verschillende gewestelijke projecten (grote projecten, microprojecten, lokale mobiliteitscontracten, enz.). Deze studies van hub.brussels zijn onder andere gebaseerd op vragenlijsten aan klanten bij het bezoek van de handelszaken.

De bedoeling is om een beter inzicht te krijgen in de verplaatsingsgewoonten van de gebruikers van de verschillende Brusselse handelskernen. De cijfers van hub.brussels lijken een groot aantal studies over dit onderwerp te bevestigen, die vaak dezelfde resultaten leveren: de meeste klanten van handelszaken in de stad wonen in de buurt, de meeste van deze klanten komen te voet en weinig met de auto, en winkeliers, zoals in alle steden, overschatten systematisch hoe belangrijk de auto is bij hun klanten.

Uit de cijfers van hub.brussels blijkt bijvoorbeeld dat in de bevraagde winkelwijken (Sint-Mariawijk en Schaarbeek-Centrum) meer dan de helft van de respondenten (59,4 - 65,6%) zich te voet of met de fiets verplaatste om de wijken te bereiken. Het gebruik van het openbaar vervoer komt als tweede (32,8 - 52,2%) en daarna pas de auto (7,2 - 8,3%).

En ook al is elk faillissement er natuurlijk één te veel, Brussel is het enige gewest in het land waar het aantal faillissementen is gedaald.

Toch wordt de impact op de mobiliteitsstromen systematisch bestudeerd in het kader van grote projecten, zoals de heraanleg van gewestwegen of circulatieschema’s. Op die manier wordt de toegang tot strategische economische zones gegarandeerd, of het nu gaat om goederentransport of de bereikbaarheid voor klanten.


Als we het concreet hebben over het nieuwe circulatieschema voor Schaarbeek, gaat het hoofdzakelijk over:
· In de Azaleawijk: richtingsveranderingen of eenrichtingsverkeer van een serie straten, waaronder eenrichtingsverkeer op de Azalea-, Eisenhower- en de Ernest Cambierlaan. Zo konden fietspaden langs deze as aangelegd worden. Uit de evaluatie na een jaar bleek onder andere dat het aantal fietsers met 38% was gestegen, het doorgaand verkeer in de wijk was gedaald (met 35%) en de maximumsnelheden beter werden nageleefd.
· In de Koninklijke Sinte-Mariawijk: bijkomende eenrichtingsstraten op de Haachtsesteenweg en de Koninklijke Sinte-Mariastraat, en eenrichtingsverkeer op de Rogierstraat. Zo konden fietspaden aangelegd worden in de Koninklijke Sinte-Mariastraat en de Generaal Eenensstraat, en de reistijden van de trams aanzienlijk verbeterd worden (de reissnelheid van de MIVB-trams is tijdens de spitsuren met 12 tot 15% gestegen op de Haachtsesteenweg en met 13 tot 19% op de Rogierlaan).


Uitsluitend op de kleine noordoostelijke kant van het Koninginneplein werd het autoverkeer gefilterd, waardoor er inderdaad ook enkele parkeerplaatsen werden geschrapt om de voetgangerszone van het plein naar het noorden uit te breiden.

Al deze bestemmingen met inbegrip van de handelskernen blijven toegankelijk voor auto’s en leveringen. De bedoeling is ook om deze locaties veel aangenamer te maken.

Door het gemeentelijke project in samenwerking met de MIVB voor de heraanleg van de Prinses Elisabethlaan zijn er echter wel een aantal parkeerplaatsen geschrapt. Het betreft echter een project van vóór het circulatieschema. Het doel van dit project is het openbaar vervoer aanzienlijk te verbeteren (door verkeersmaatregelen ten gunste van de trams), evenals de verkeersveiligheid (door de heraanleg van aparte fietspaden bijvoorbeeld).

De talrijke bouwplaatsen op de openbare weg (wijkcontract Pogge, vernieuwing van de MIVB-sporen op de Haachtsesteenweg, metrowerken op het Liedtsplein in het kader van de verlenging naar het noorden van Brussel, enz.) hadden vermoedelijk de grootste impact op de handelszaken. Dit zijn stuk voor stuk projecten die volledig losstaan van het nieuwe circulatieschema.

Via het in 2021 online gelanceerde specifieke webplatform
https://goodmove.1030.be/ heeft de gemeente de burgers en dus ook de handelaars bevraagd en geïnformeerd over de circulatieschema’s. De bewoners werden geraadpleegd en geïnformeerd tijdens fase 1 “diagnose van de wijk” en fase 2 “voorstel voor een circulatieschema”.

Daarnaast werd er ook gecommuniceerd via het gemeenteblad ‘Schaarbeek Info’ en vonden er 3x2 buurtworkshops plaats, waarmee alles samen meer dan 260 deelnemers werden bereikt.

Van eind 2022 tot begin 2023 organiseerde de gemeente ook informatievergaderingen en burgerpanels, specifiek over de wijk Berenkuil, met inbegrip van de omliggende straten. Deze initiatieven waren toegankelijk voor alle (1) buurtbewoners, (2) werkenden en (3) bewoners van aanpalende wijken, namelijk de personen die daadwerkelijk:

(1) wonen binnen de perimeter van de wijk Berenkuil, de aangrenzende straten inbegrepen;
(2) professioneel of in het verenigingsleven bedrijvig zijn in deze zone;
(3) regelmatig deze zone aandoen (ouders van schoolgaande kinderen, thuisverzorgers, enz.).

Voor meer details over de participatie en verdere informatie kan u https://goodmove.1030.be/nl/participatie/ raadplegen