Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de aanbevelingen van de Burgerraad voor het Klimaat voor duurzame voeding

Indiener(s)
Victoria Austraet
aan
Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 1683)

 
Datum ontvangst: 07/03/2024 Datum publicatie: 16/04/2024
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 23/24 Datum antwoord: 16/04/2024
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
12/03/2024 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    De tweede cyclus van de Burgerraad voor het Klimaat werd begin februari afgesloten. Na een eerste thema gewijd aan huisvesting begin vorig jaar, was het thema van deze tweede cyclus de uitdaging van duurzame voeding voor het Brussels Gewest.

De uitwisselingen van de 64 uitgelote Brusselaars van deze tweede raad resulteerden in een rapport met een reeks aanbevelingen aan de Brusselse regering.

Het rapport erkent de enorme impact van voeding en voedselsystemen op klimaatverandering en, meer lokaal, op de indirecte uitstoot van broeikasgassen in het Brussels Gewest, en stelt drie zeer expliciete doelstellingen voorop. Ten eerste, onze vleesconsumptie halveren; ten tweede, lokale, biologische en seizoensgebonden voeding promoten; en ten derde, voedselverspilling tegengaan.

Volgens mij geven de conclusies van de burgerraad zeer nauwkeurig de posten aan waarop we onze inspanningen moeten concentreren. Het beleid voor duurzame voeding dat het gewest voert met de Good Food-strategie streeft inderdaad vergelijkbare doelstellingen na.

Het rapport gaat echter verder, want de leden van de burgerraad hebben ook een aantal zeer concrete ideeën voor nieuwe acties naar voren gebracht, met in totaal 56 aanbevelingen.

Hoewel sommige aanbevelingen betrekking hebben op de privésector, zoals winkels, restaurants en bedrijven, zijn de meeste gericht op de overheden in het Brussels Gewest.

De burgerraad roept de regering bijvoorbeeld op om maatregelen te nemen zoals de verplichting om een duurzaamheidsscore aan te brengen op voedsel dat in winkels wordt verkocht, het reguleren van reclame in de openbare ruimte door criteria in te voeren die reclame voor de meest vervuilende producten voorkomen, en het werken aan financiële steun voor voorbeeldspelers in de voedingssector.

Er is dus duidelijk geen tekort aan ideeën om de Brusselse doelstellingen inzake duurzame en verantwoorde voeding te bereiken. Ik herinner eraan dat een van de pijlers van het Lucht-Klimaat-Energieplan ons gewest wettelijk verbindt tot deze aanpak. Het GLKE streeft bijvoorbeeld naar een aanzienlijke vermindering van de vleesconsumptie tegen 2030, wat gerechtvaardigd is omwille van de impact op het milieu, de menselijke gezondheid en het dierenwelzijn.

Sommige beleidsmaatregelen van de regering gaan in deze richting, zoals de strategie Good Food 2.0 en de Shifting Economy. Toch valt te vrezen dat hiermee alleen de doelstellingen voor 2030 niet kunnen worden gehaald. Daarom ben ik van mening dat de vele andere ideeën en aanbevelingen van de Burgerraad voor het Klimaat op zijn minst ernstig onderzocht moeten worden.

De regering zal naar verwachting in april een formeel antwoord geven aan de burgerraad. Ik wil echter nu al vragen naar het standpunt van de regering, omdat ik denk dat het gaat over de parlementaire werkzaamheden, en het tijdschema voor onze commissievergaderingen zal ons waarschijnlijk niet toestaan om dit na april te bespreken.

Welke analyse heeft uw kabinet al gemaakt van de 56 aanbevelingen van de Burgerraad voor het Klimaat? Heeft u al vastgesteld of het haalbaar en wenselijk is om de voorgestelde maatregelen uit te voeren? Zo ja, met welke middelen?

Zijn er plannen om deze haalbaarheids- en opportuniteitsanalyse voor te leggen aan andere instanties en actoren die betrokken zijn bij het Brusselse klimaatbeleid, zoals het Brussels Comité van Klimaatdeskundigen?

 
 
Antwoord    1.
Het resultaat van de beraadslagingen, vastgelegd in het eindverslag van de cyclus van de Burgerraad, moet de volgende stappen volgen om ervoor te zorgen dat het goed wordt opgevolgd en goed wordt geïntegreerd in de Brusselse klimaatgovernance:
1. onderzoek van de aanbevelingen;
2. eerste reactie van de regering;
3. tweede reactie van de regering.

De aanbevelingen van de Burgerraad zijn door de administraties geanalyseerd en de betrokken ministers van de Brusselse regering staan op het punt om hun eerste feedback te geven.


Wat de bevoegdheid Leefmilieu betreft, blijkt dat verschillende maatregelen geschikt en haalbaar zijn. Ze komen in grote lijnen overeen met de Good Food-strategie.


In dit stadium van de legislatuur zijn de middelen voor de ontwikkeling van de acties die worden aangestuurd door Leefmilieu Brussel die van de Good Food-strategie, zowel op het vlak van personeel als budget.
2.
Het door de regering gevalideerde model voorziet dat het burgerverslag naar de verschillende actoren van de klimaatgovernance wordt gestuurd (Brupartners, de Raad voor het Leefmilieu, het Brussels parlement en het Comité van klimaatdeskundigen).
Het model voorziet niet in een officiële indiening van de feedback van de regering bij die instanties, maar de analyse wordt openbaar gemaakt wanneer de regering haar feedback geeft, wat drie maanden na indiening gebeurt. Die actoren worden ook uitgenodigd om dat officiële moment bij te wonen. Ze kunnen dus, als ze dat willen, de feedback raadplegen en gebruiken in hun werk en/of opdracht.
Daarnaast kunnen de actoren van de klimaatgovernance van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest suggesties voor thema’s indienen bij het opvolgingscomité. Dat comité wordt aan het einde van elke cyclus samengesteld en bestaat uit 16 tot 20 leden van de vorige cyclus. Het comité beslist over het thema van de volgende cyclus op basis van de verschillende bijdragen van de actoren van de klimaatgovernance. Een nieuwe groep burgers wordt geloot om te werken aan dat nieuwe thema dat is gekozen door het opvolgingscomité.
Het secretariaat van de Burgerraad voor het klimaat heeft initiatieven genomen om ervoor te zorgen dat deze informatie ook deze actoren bereikt.