Schriftelijke vraag betreffende de rol van Brussel Mobiliteit in het Taxiplan
- Indiener(s)
- Jamal Ikazban
- aan
- Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 1835)
Datum ontvangst: 18/12/2023 | Datum publicatie: 16/02/2024 | ||
Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 23/24 | Datum antwoord: 16/02/2024 |
Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
08/01/2024 | Mondelinge vraag omgevormd tot schriftelijke vraag | Uitgebreid Bureau van het Parlement | ||
09/01/2024 | Ontvankelijk | p.m. |
Vraag | Artikel 5 van de nieuwe ordonnantie betreffende de sector van het bezoldigd personenvervoer in Brussel bepaalt dat de agenten van Brussel Mobiliteit voor de nodige instrumenten moeten zorgen om gegevens door te geven aan de overheid, zodat Brussel Mobiliteit deze gegevens op elk moment onaangekondigd kan opvragen. Kortom, deze ordonnantie maakt een onderscheid tussen twee soorten voertuigen: straattaxi's (dynamisch tarief) en standplaatstaxi's (vast tarief). Een telefonische reservering betreft een standplaatstaxi met een vast metertarief van 60 cent per minuut of €2,30 per kilometer; een reservering via de app betreft een straattaxi en de klant moet absoluut vooraf elektronisch geïnformeerd worden over het tarief. In dit goed geoliede systeem zijn er een vijftiental straattaxiplatformen in Brussel die verplicht zijn om de gegevens over hun ritten door te geven aan de overheid. In dit verband heeft de ordonnantie Brussel Mobiliteit de opdracht gegeven om de nodige maatregelen te nemen opdat deze straattaxiplatformen hun gegevens kunnen doorgeven. Daarom zou ik graag het volgende willen weten.
|
Antwoord | Dit ressorteert onder de bevoegdheden van mijn collega Rudi Vervoort, minister-president, bevoegd voor het bezoldigd personenvervoer. |