Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende het sociaal overleg in de Brusselse zorgsector.

Indiener(s)
Bianca Debaets
aan
Elke Van den Brandt en Alain Maron, leden van het Verenigd College bevoegd voor Welzijn en Gezondheid (Vragen nr 133)

 
Datum ontvangst: 22/05/2020 Datum publicatie: 01/07/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 30/06/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
27/05/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Op vele plaatsen weerklinkt om 20.00 uur steevast een applaus voor de helden van de zorgsector, die zichzelf sinds het begin van de coronacrisis reeds dubbelplooien om deze epidemie te behandelen en in te dijken. Hoewel de publieke appreciatie voor deze essentiële sector dus enkel maar vergroot werd, voelt de sector zelf zich – al sinds langere tijd – eerder verwaarloosd door de politiek. De arbeidsvoorwaarden, de balans tussen werk en privé, het fysieke en mentale welzijn en de verloning zijn allemaal aspecten die aan herziening toe zijn. De gezondheidszorg moet dan ook centraal staan in het herstel- en relancebeleid na corona.

Zelf liet u overigens al optekenen dat het seniorenbeleid in ons Gewest er anders zal moeten gaan uitzien na de coronacrisis, aangezien in deze uitzonderlijke tijden ook de pijnpunten van het huidige beleid getoond werden. Burgemeester van Stad Brussel Philippe Close liet overigens ook al een ballonnetje op omtrent de oprichting van een Irisnetwerk voor rusthuizen, naar analogie met het soortgelijk netwerk dat reeds bestaat rond de ziekenhuizen.

Bovendien waarschuwt ook de Hoge Gezondheidsraad (HGR) voor de langetermijngevolgen van de coronapandemie voor de gezondheid, niet alleen door infectie maar ook door stress, frustratie en isolatie als gevolg van quarantaine. De HGR heeft een advies opgesteld over de middelen om die psychische problemen op de middellange en lange termijn aan te pakken. Laagdrempelige zorg en psychosociale ondersteuning moeten ook na de coronacrisis beschikbaar blijven, klinkt het.

Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:

- De laatste weken komen de sociale partners met vragen om meer aandacht te geven aan de grieven van het Brussels verzorgend personeel. Hoe plant u deze bezorgdheden van het Brussels zorgpersoneel dat onder de GGC-instellingen valt te beantwoorden?

- Hebt u kennis genomen van de waarschuwingen die de HGR geuit heeft inzake de psychosociale impact van gezondheidswerkers? In hoeverre neemt u dit aspect mee in het sociaal overleg dat u opstart of hebt opgestart? Welke maatregelen hebt u binnen het kader van uw bevoegdheden genomen om dit aspect te verbeteren naar aanleiding van het coronavirus?

- Hebben de Collegeleden daaromtrent reeds sociaal overleg opgestart? Zo ja, kan u toelichten wanneer en hoe dit reeds heeft plaatsgevonden en welke bezorgdheden daar reeds uit voortvloeiden?

- U hebt al verschillende keren aangekondigd dat het seniorenbeleid herdacht zal moeten worden na deze crisis: wanneer start u deze reflectie op? Hoe zullen sociale partners betrokken worden?

- In een interview bepleit u dat er meer personeel moet komen met verschillende profielen: kan u dit uitgebreider toelichten? Hebt u al maatregelen genomen hieromtrent sinds het begin van deze legislatuur?

- Welke maatregelen hebt u sinds deze legislatuur of sinds de coronacrisis genomen in het kader van een herwaardering van de zorgsector?

- Hebt u reeds onderzoek gevoerd naar een mogelijke oprichting van een Irisnetwerk voor rusthuizen en woonzorgcentra? Zo ja, welke bevindingen kwamen daaruit reeds voort? Hebt u omtrent dit onderwerp reeds zelf signalen mogen ontvangen van gemeenten of rusthuisdirecteurs?
 
 
Antwoord    Het welzijn en de geestelijke gezondheid van het zorgpersoneel is uiteraard een belangrijke bezorgdheid tijdens en na deze crisis.

De ROB's en RVT's, die in het bijzonder getroffen zijn, worden nog steeds regelmatig opgevolgd door de Diensten van het Verenigd College voor wat betreft hun behoeften aan psychologische ondersteuning.

Met de hulp van het Rode Kruis en Artsen zonder Grenzen, heeft de MGD “Rivage” gevolg kunnen geven aan meer dan zeventig verzoeken, waarvan sommige werden afgehandeld en andere nog steeds in behandeling zijn.

66% van de verzoeken heeft betrekking op professionals.

De doelstellingen van deze acties ter plaatse zijn de volgende: het bieden van een luisterend oor en ondersteuning aan de directie, de zorgteams, indien nodig, en/of de bewoners; het valoriseren van het geleverde werk; de directie en haar team in staat stellen de middelen te vinden om voor de bewoners te zorgen; het bevorderen van een gevoel van veiligheid en samenhang tegenover het virus; de aandacht vestigen op de noodzaak om gesteund te worden en voor zichzelf te zorgen; het bieden van ademruimte om communicaties mogelijk te maken tussen de leden van de groep in een veilige omgeving.

Er wordt ook een klinisch ondersteuningssysteem voor de teams ontwikkeld op het niveau van de Franse Gemeenschapscommissie (COCOF) en dit systeem zou door alle teams in de sociale gezondheidssector kunnen worden gemobiliseerd.

Bovendien staan deze bezorgdheden ook centraal in het regelmatige overleg met de sociale partners.

In het kader van het herstelplan werden aan het Verenigd College psychologische ondersteuningsmaatregelen voorgesteld.

Wat de herschikking van het seniorenbeleid betreft, blijft de Gewestelijke Beleidsverklaring ons kompas.

We willen gewoon het uitvoeringsproces ervan versnellen door iedereen de garantie te bieden dat hij of zij thuis kan blijven als hij of zij dat wil en dit onder goede omstandigheden.

Dit kan worden bereikt door het vergroten van het aanbod aan thuiszorgdiensten, het creëren van een sociaal netwerk in de dichtstbevolkte wijken en het aanbieden van meer dag(zorg)centra.

Hiervoor is ook een betere integratie van de ROB-RVT’s in elke betrokken wijk nodig.

De sociale partners zijn en blijven bij deze denkoefeningen betrokken, hetzij in het kader van een specifiek overleg, hetzij via het gemeenschappelijke beheerssysteem van Iriscare.

Voor wat de verschillende vereiste personeelsprofielen en de beste mix van de te weerhouden profielen betreft, is het is nog te vroeg om hierover een definitieve uitspraak te doen.

Hiervoor is eerst een grondige analyse met de deskundigen nodig.

Het is echter al duidelijk dat de verhoogde aanwezigheid van psychologen en logopedisten noodzakelijk is.

Sommigen overwegen de mogelijke oprichting van een ROB-RVT-Iris-netwerk.

Deze denkoefening is aan de gang, maar werd momenteel nog op geen enkele manier geformaliseerd.