Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende het op te richten Talenpunt van Actiris.

Indiener(s)
Bianca Debaets
aan
Bernard Clerfayt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering, Plaatselijke Besturen en Dierenwelzijn (Vragen nr 95)

 
Datum ontvangst: 17/12/2019 Datum publicatie: 20/02/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 20/02/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
23/01/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Ter bevordering van de tewerkstelling en de meertaligheid in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest werd eerder al de wil uitgesproken om een Talenpunt (‘Cité des langues’) op te richten. Dat project ligt in handen van Bruxelles Formation en wil een partnerstructuur creëren tussen Bruxelles Formation, Actiris, het Huis van het Nederlands Brussel en VDAB Brussel. Het Talenpunt zou de eerste in zijn soort moeten worden van heel Europa en een plaats moeten bieden waar alle diensten via hun geharmoniseerde activiteiten zullen bijdragen aan de verbetering van de talencompetenties van de Brusselaars. Ook streeft men de ontwikkeling van een Europees netwerk na, naar het voorbeeld van het Beroepenpunt. Er moet tevens een gezamenlijk referentiesysteem voor het niveau van taalvaardigheid worden ontwikkeld, dat taaltesten en taalopleidingen kan harmoniseren. Hiervan staat de deadline slechts op 2024 (cf. de beleidsnota werk).
In mei 2018 werd door de directiecomité van het Talenpunt, onder hoede van Actiris, besloten dat Bruxelles Formation, samen met de werkgroep, het ontwikkelingsplan van het Talenpunt voor de periode 2018-2020 mocht uitwerken. Na de uitwerking hiervan werd het project van het Talenpunt echter opgeschort in afwachting van de aanduiding van een projectleider.
Ook in de oriëntatienota’s wordt gesproken over de verdere uitrol voor dit Talenpunt. Tijdens de recente voorstelling van de beleidsnota rond meertaligheid, gegeven door Minister Gatz, werd nogmaals de cruciale rol van dit Talenpunt bevestigd met betrekking tot de beoogde drietaligheid van Brusselse jongeren. Het is een voornemen van de Brusselse Regering om meertaligheid te bevorderen bij alle Brusselaars, maar soms met zeer vage en beperkte ambities.

Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:
- Wat is de huidige stand van zaken wat betreft de effectieve oprichting van dit Talenpunt? Werd er inmiddels al een projectleider aangeduid? Zo neen, op welke termijn zal een projectleider aangeduid worden? Op welke locatie zal dit Talenpunt worden uitgebouwd? Zo ja, welke voorbereidende werken zijn er al uitgevoerd?
- Kunt u een overzicht geven van alle betrokken partners, in het bijzonder diegenen die aan Nederlandstalige kant dit Talenpunt mee zullen uitbouwen? Zal er samengewerkt worden met de gemeenschappen en gemeenschapscommissies en welke rol zullen zij daarbij opnemen? Hebt u al gesprekken gevoerd met de bevoegde regeringsleden? Hoe staan zij tegenover de oprichting van het Talenpunt?
- Pleegt u actief overleg met de verschillende opleidings- en vormingsinstellingen om de oprichting van deze – toch wel belangrijke – hefboom voor tewerkstelling en meertaligheid nauwgezet op te volgen? In hoeverre zijn er al convenanten gesloten met deze essentiële partners?
- Hebt u reeds zicht op hoe de concrete werking van dit Talenpunt er zal gaan uitzien? Is er al nagedacht welke IT-tools zullen ontwikkeld worden? Zo ja, wanneer staat de uitrol hiervan op de agenda? Hoeveel werkzoekenden zouden er een opleiding moeten kunnen volgen? Welke middelen zal u hiertoe vrijmaken in de komende jaren?
- Bevestigt u dat werkzoekenden via het Huis van het Nederlands Brussel doorverwezen zullen worden naar de Nederlandstalige Centra voor Volwassenonderwijs indien ze expliciet op zoek zijn naar Nederlandstalige lessen?
 
 
Antwoord    Het Talenpunt is een partnerstructuur via dewelke een aantal instellingen zich verenigen en samenwerken om de kennis en de taalvaardigheid van alle Brusselaars in het algemeen en van werkzoekenden in het bijzonder te verbeteren alsook om een meer inclusief en meertalig gewest te promoten.
De huidige partners zijn Actiris, de VDAB Brussel en het Huis van het Nederlands en Bruxelles Formation die het project aanstuurt.
Het project is op dit ogenblik in afwachting van de aanduiding van een projectleider die in de loop van het eerste kwartaal aangeworven zou moeten worden.
Aangezien er nog geen projectleider is, kan ik uw vragen niet beantwoorden.
Het spreekt echter voor zich dat de gestelde vragen behandeld zullen worden door de projectleider en de werkgroep bestaande uit verschillende partners, namelijk de vraag over de budgettaire en personele middelen, de analyse van de partners die bij het project moeten worden betrokken met inbegrip van de opleidingsoperatoren, de sociale promotie, het onderwijs, … Ook zullen de bestaande en nog te ontwikkelen IT-instrumenten geanalyseerd moeten worden. De bedoeling is nog steeds om de taalniveautesten die door de verschillende partners gebruikt worden en de opleidingstrajecten op elkaar af te stemmen.
Het Talenpunt zou gevestigd moeten worden in de lokalen van Bruxelles Formation bij BF Langues, Bischoffsheimlaan 22-25 te Brussel, recht tegenover het Beroepenpunt en de lokalen van Actiris en de VDAB Brussel. De werken met betrekking tot de inrichting van deze ruimte zijn nog niet gestart.
Gelet op de omvang van dit project, wordt geschat dat het Talenpunt binnen één à twee jaar opengesteld zal kunnen worden.
Taalverwerving is een van de doelstellingen van de Strategie 2030 en de ontwikkeling van een aanbod van talenopleidingen binnen een coherent netwerk rondom het Talenpunt is een van de projecten die ik samen met mijn college Sven Gatz, belast met de bevordering van de meertaligheid, zal aansturen.
De gemeenschappen zullen gecontacteerd worden om betrokken te worden bij het project. Hiervoor wachten we nog op een reactie van de Vlaamse regering en van de Regering van de Federatie Wallonië-Brussel.
Ik sluit mijn toelichting af door uw laatste vraag te beantwoorden, namelijk die met betrekking tot de CVO’s. Werkzoekenden zullen nog steeds georiënteerd worden naar de CVO’s via het Huis van het Nederlands, zoals dit nu het geval is. In het kader van het project en van het toekomstige Talenpunt kan het zijn dat andere mogelijkheden opduiken, al kan ik u dat nu nog niet zeggen.