Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de stand van zaken van de Small Business Act voor het luik overheidsopdrachten.

Indiener(s)
Bianca Debaets
aan
Barbara Trachte, staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, bevoegd voor Economische Transitie en Wetenschappelijk Onderzoek (Vragen nr 59)

 
Datum ontvangst: 03/02/2020 Datum publicatie: 04/05/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 30/04/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
04/02/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    In 2016 werd het kmo-plan, of de Small Business Act van de Brusselse Regering aangekondigd. Dit plan had als uitgesproken doelen een ondernemersvriendelijke omgeving te creëren, toegang tot financiering te verbeteren, inzetten op diversiteit, administratieve vereenvoudiging voor de ondernemers en het ondersteunen van ondernemers doorheen evoluties en opportuniteiten.
Dit plan werd voorgesteld in 2016 en loopt tot 2021, vandaag zijn we dus nagenoeg halfweg. Een goed moment voor een tussentijdse evaluatie, te meer daar Unizo cijfers in november 2019 een rapport publiceerde dat concludeerde dat aanbestedende overheden nog onvoldoende “winkelhieren”.
Belgische KMO’s winnen 32% overheidsopdrachten daar waar het gemiddelde in de rest van Europa op 45% ligt. Op dit gebied doet enkel Roemenië slechter in de EU. KMO’s nemen met een deelnemingsgraad van 54% ook minder deel dan de 60% die de EU vooropstelt.
Daarnaast zijn er voor 23% van de overheidsaanbestedingen slechts één inschrijver en ligt het percentage van opdrachten die naar het buitenland gaan gemiddeld hoger dan in onze buurlanden.
In de Small Business Act lees ik hierover het volgende: “De overheidsopdrachten zijn een essentiële hefboom voor economische ontwikkeling waarvan te weinig wordt gebruikgemaakt door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Overheidsopdrachten zijn immers uitgelezen opportuniteiten voor een groot aantal ondernemingen, en tegelijk bieden ze openbare overheden de kans om bepaalde openbare doelstellingen te vertalen in clausules die een synergie mogelijk maken tussen hun aankopen en hun doelstellingen.”
[…]
“Tegen 2019 zal het Gewest zijn voornaamste administraties en een maximaal aantal openbare instellingen in zijn schoot in staat hebben gesteld om "kmo-vriendelijke" overheidsopdracht te gunnen.”
[…]
Tussen 2020 en 2025 zal het Gewest bekend staan om zijn baanbrekende toepassing voor het gunnen van overheidsopdrachten vóór commercialisering, voor alle vernieuwende producten en diensten die tegemoetkomen aan gewestelijke openbare doelstellingen zoals het verminderen van de ecologische voetafdruk. “
De SBA-maatregelen voor het ontwikkelen van "kmo-vriendelijke" overheidsopdrachten steunen op drie pijlers:
1° overheidsopdrachten professionaliseren zodat ze rekening houden met de uitdagingen van de kmo's;
2° de deelname van kmo's aan overheidsopdrachten aanmoedigen;
3° de betalingsprocedures sneller laten verlopen.

Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:
- Kan u de cijfers die Unizo citeert bevestigen aangaande het Brussels territorium of wijkt het Brusselse gemiddelde af van de andere gewesten? Indien u een afwijking waarneemt, kan u die verklaren?
- Wanneer wordt de ‘baanbrekende toepassing voor het gunnen van overheidsopdrachten’ waarvan sprake was voorgesteld? Welke ecologische evaluatietools worden opgenomen in de weging die de overheid zal maken voor het toekennen van opdrachten?
- Tegen 2019 zal het Gewest zijn voornaamste administraties en een maximaal aantal openbare instellingen in zijn schoot in staat hebben gesteld om "kmo-vriendelijke" overheidsopdracht te gunnen. Kan u de stand van zaken hiervan verduidelijken? Hoeveel instanties gunnen reeds “kmo-vriendelijke” overheidsopdrachten? Welke instanties moeten nog volgen? Welke démarches staan hiertoe nog gepland?
- Hoeveel Brusselse KMO’s schreven vorig jaar in voor overheidsopdrachten? Hoeveel overheidsopdrachten binnen elk van uw bevoegdheden werden vorig jaar toegekend aan Brusselse KMO’s en in 2018? Volgt u en uw administratie de evolutie hiervan kort op?
- Welk tijdskader stelt u voorop om de 60% toekenning aan Brusselse KMO’s te bereiken?
- Zijn de betalingsprocedures van overheidsopdrachten versneld binnen uw bevoegdheden: wat is de gemiddelde duurtijd in 2019 en wat was deze in 2018? Welke maatregelen neemt u om een extra inspanning te leveren voor de bedrijven? Wat is het tijdskader die u hier hanteert en zou een verdere verscherping van de doelstelling de ondernemers verder stimuleren?
- Is er overleg gepland met betrekking tot de toekenning van overheidsopdrachten en de moeilijkheden die KMO’s ervaren met de indiening van dergelijke opdrachten met de sectororganen?
- Welke stappen zijn er ondernomen om de inspanningen inzake overheidsopdrachten beter te communiceren naar de KMO’s?
 
 
Antwoord    Het ondersteunen en begeleiden van KMO's is een belangrijk onderdeel van het beleid dat de regering heeft ontwikkeld, omdat zij de kern vormen van de economische ontwikkeling van Brussel. En deze steun omvat, voor zover mogelijk, toegang tot overheidsopdrachten die een voorbeeldfunctie vervullen zoals de regering dat wenst.

We gebruiken alleen de officiële cijfers, de cijfers van het BISA zijn dus gebaseerd op de gegevens van Statbel. Wij zijn namelijk niet bevoegd om gegevens op nationaal niveau op te stellen. Uit de gegevens die beschikbaar zijn in open data via de website EU Open Data Portal blijkt dat aan 7.387 Belgische bedrijven een overheidsopdracht waarvoor ze zich in 2018 hadden ingeschreven, werd gegund. Van die bedrijven was 32% een kmo. Op het niveau van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest werden 1.182 bedrijven geselecteerd, waarvan 19% kmo's. Deze Brusselse kmo's vertegenwoordigen 10% van de Belgische kmo's die deze opdrachten hebben binnengehaald. Dit percentage staat niet zo ver af van het aandeel van de Brusselse ondernemingen in de Belgische btw-plichtige ondernemingen die minder dan 250 werknemers in dienst hebben (11%). Het relatief hogere aandeel van grote bedrijven in de overheidsopdrachten die aan Brusselaars worden gegund, is geen verrassing: meer dan één op de vijf grote bedrijven die in België actief zijn, is in Brussel gevestigd.

Wat betreft de tijd die nodig is om de drempel van 60% van de gunningen ten gunste van Brusselse kmo's te bereiken, is het van essentieel belang erop te wijzen dat de besturen als overheidsinstellingen in het kader van overheidsopdrachten onderworpen zijn aan het beginsel van non-discriminatie, dat discriminatie op grond van de plaats van vestiging ten gunste van een ondernemer verbiedt. Het is dus niet toegestaan om de opdracht aan een ondernemer te gunnen onder het voorwendsel dat hij Brusselaar is; dit is in strijd met de geldende wetgeving en jurisprudentie.

Op te merken valt ook dat het Observatorium van de referentieprijzen in 2018 de Gids voor goede praktijken in overheidsopdrachten heeft gepubliceerd. Die is ook bedoeld om sociale dumping te bestrijden. De opsplitsing van opdrachten in percelen, het belang van de juiste keuze van gunnings- en selectiecriteria en de regelmatige herziening van de behoeften van de aanbestedende overheid behoren tot de belangrijkste aanbevelingen van deze gids, die het systematische gebruik van offerteaanvragen ondersteunt.

Hieronder vindt u de antwoorden op uw vragen voor elke overheidsinstantie die onder mijn toezicht staat.


Met betrekking tot de Gewestelijke Investeringsmaatschappij voor Brussel (GIMB):

De GIMB is niet wettelijk onderworpen aan de reglementering inzake overheidsopdrachten van de organieke wet van 2 april 1962 (en is dus geen aanbestedende overheid).


Wat Hub.brussels betreft:

Wat kmo-vriendelijke overheidsopdrachten betreft, zorgt Hub.brussels ervoor dat bij de plaatsing van overheidsopdrachten in het kader van een onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking of van overheidsopdrachten van geringe waarde, uitnodigingen om een offerte in te dienen worden gestuurd aan ondernemers die voldoen aan de definitiecriteria van een kmo. Het agentschap baseert zich vrij traditioneel op een (actieve of passieve) analyse van de opdracht, waardoor het mogelijk wordt een reeks ondernemingen te identificeren die waarschijnlijk zullen voldoen aan het voorwerp van het bestek, om zo de ondernemingen te selecteren waarnaar een uitnodiging tot het indienen van een offerte moet worden verstuurd. Voor overheidsopdrachten die worden geplaatst in het kader van een openbare procedure en die dus worden bekendgemaakt, kan Hub.brussels niet garanderen dat deze specifiek kmo's zullen aanspreken. Het agentschap is immers afhankelijk van de raadpleging door die kmo's van de elektronische platforms voor de publicatie van overheidsopdrachten. Er is hier wat ruimte voor reflectie/verbetering. In de praktijk blijkt dat slechts weinig kmo's de 'reflex' hebben om gebruik te maken van de elektronische platforms om geïnformeerd te worden over overheidsopdrachten die worden gepubliceerd en die betrekking hebben op hun activiteitensector(en)/de markt(en) waarop zij actief zijn.
Vervolgens willen wij uw aandacht vestigen op een punt dat volgens ons van cruciaal belang is voor het beheer van overheidsopdrachten: de verdeling in percelen. Hub.brussels gunt immers een aantal overheidsopdrachten van geringe waarde waarvan de uitvoering niet noodzakelijk de inzet vereist van een personeelsbestand dat onredelijk zou zijn in verhouding tot de omvang van een kmo. Voor overheidsopdrachten met een waarde van meer dan 30.000 euro exclusief btw, waarvan de uitvoering leidt tot meer ingezette middelen voor de aanbesteder, zorgt Hub.brussels er in zijn bijzondere bestekken voor dat ondernemers die een offerte indienen, de mogelijkheid hebben om een beroep te doen op onderaannemers of om een economische groepering te vormen. Zo kunnen kmo's, door zich te verenigen of een economische groepering te vormen, voldoen aan alle technische clausules of gunnings- en/of selectiecriteria waarin in het kader van een overheidsopdracht is voorzien, wat ze op hun eentje niet zouden kunnen.

Bovendien heeft Hub.brussels, nog steeds met het oog op het vergemakkelijken van de toegang van kmo's tot zijn procedures voor overheidsopdrachten, tot (nog niet volledig uitgewerkt) doel de bijzondere bestekken die worden toegezonden aan de ondernemers die worden uitgenodigd om een offerte in te dienen of die worden gepubliceerd, te vereenvoudigen, met strikte inachtneming van de wetgeving inzake overheidsopdrachten. Het lijkt er namelijk op dat bepaalde ondernemers terughoudend zijn om een offerte in te dienen vanwege de omslachtige administratieve procedure voor het indienen van een offerte. Hub.brussels is zich bewust van deze omslachtige procedure en van de mogelijkheid om de procedures voor het indienen van offertes te vereenvoudigen en is begonnen met dit project voor administratieve vereenvoudiging, in de hoop dat de ondernemers dan minder hindernissen zullen ondervinden om deel te nemen aan een plaatsingsprocedure.

Voor 2019 raamt Hub.brussels als volgt:

- Voor de overheidsopdrachten van beperkte waarde (bedrag lager dan 30.000 euro excl. btw): van de 320 geplaatste overheidsopdrachten werden er 220 gegund aan Belgische kmo's (waarvan de meeste in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gevestigd zijn), d.w.z. een (geschat) percentage van 68%.
- Voor de overheidsopdrachten met een waarde van meer dan 30.000 euro excl. btw: van de 31 geplaatste overheidsopdrachten werden er 12 gegund aan Belgische kmo's (waarvan de meeste in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gevestigd zijn), d.w.z. een (geschat) percentage van 38%.

Bovendien is het belangrijk op te merken dat de opdrachten van Hub.brussels, voor zover dat mogelijk is in de betrokken opdrachten, milieucriteria bevatten.

Op basis van een analyse van de facturen die betaald zijn in de periode van 1 juni tot en met 31 december 2019 bedraagt de gemiddelde betalingstermijn 31 dagen vanaf de datum van de factuur en 22 dagen vanaf de datum van ontvangst van de factuur door het departement algemene boekhouding.

Een rapportage- en planningstool (SAP Analytics Clouds) werd in 2019 door het agentschap ontwikkeld en is onlangs operationeel geworden. De tool zal Hub.brussels in staat stellen om in real time de prestaties te evalueren die onder meer verband houden met de betalingstermijnen van de ontvangen facturen. Dit rapport zal een overzicht geven van de gemiddelde tijd per verwerkingsfase van de factuur (aankomst van de factuur op de boekhoudafdeling, goedkeuringstermijn en daadwerkelijke betalingstermijn). Aangezien het agentschap pas twee jaar bestaat, kunnen we nog niet ver genoeg teruggaan in de tijd om een eventuele verbetering van deze betalingstermijnen vast te stellen.


Wat Brussel Economie en Werkgelegenheid (BEW) betreft:

Volgens de in de inleiding vermelde ramingen van de Gids voor goede praktijken inzake overheidsopdrachten werd in 2018 en 2019 74% van de overheidsopdrachten van Brussel Economie en Werkgelegenheid (BEE) – Afdeling Economie aan Brusselse kmo's (volgens de Europese drempels) gegund, voor een totaal bedrag van 475.410 euro. De evolutie tussen 2018 en 2019 volgt een positieve trend (+43% in aantal en +16% in bedrag).

In het kader van de Small Business Act werd een reeks maatregelen genomen om het aantal laattijdige betalingen terug te schroeven. Deze omvatten de implementatie van een volledig gedigitaliseerde en dus efficiëntere workflow voor factuurcontrole, validatie en goedkeuring. Merk op dat het bestuur van de GOB niet onder onze bevoegdheid valt.

Daarnaast is er sinds 2017 een systeem ingevoerd voor het monitoren van facturen aan de hand van indicatoren. Dit stelt de GOB in staat om de betalingstermijnen van leveranciers in detail te controleren en passende maatregelen te nemen wanneer er afwijkingen worden vastgesteld. Jaarlijks worden aanbevelingen gedaan aan de verschillende besturen van de GOB.

BEE steunde in 2017-18 het project van Beci om kmo's bewust te maken van de verschillende aspecten van de overheidsopdrachten, door middel van acht thematische en sectorale studiedagen. Op basis van een communicatieplan dat via partnermedia en gezamenlijke zichtbaarheidsacties met 1819 werd uitgevoerd, was het ook de bedoeling om kmo's te begeleiden bij hun operationele stappen om aan de bestekken te voldoen, met name door het opzetten van een helpdesk over dit thema.


Wat Citydev betreft:

Gezien de opdrachten van Citydev worden de geplaatste opdrachten vooral boven de Europese drempels gepubliceerd, die relevanter zijn voor groeperingen van inschrijvers en grote ondernemingen.

Wat de 'alledaagse' opdrachten zoals IT-diensten, kantoorbenodigdheden, enz. betreft, maken zij gebruik van de diensten van de aankoopcentrales van partners (met name het CIBG, Iris). Merk wel op dat in:

- 2018, van de 17 opdrachten die boven de drempel van 30.000 euro werden gegund, 9 opdrachten aan Brusselse bedrijven werden gegund;
- 2019, van de 17 opdrachten die boven de drempel van 30.000 euro werden gegund, 10 opdrachten aan Brusselse bedrijven werden gegund.

Bovendien legt Citydev.brussels in zijn bestekken milieu-eisen op als technische en selectie-eisen voor zover dat van toepassing is op de betrokken opdracht. Wat de gunningscriteria betreft, en voor bouw- en renovatieopdrachten, wordt het in samenwerking met Leefmilieu Brussel ontwikkelde formulier 'duurzame ontwikkeling' gebruikt als gunningscriterium. Dit formulier bevat een reeks vragen met betrekking tot zaken als afvalverwijdering, luchtdichtheid, enz.

Wat de betalingsmethoden betreft, past Citydev de maatregelen toe die in het bestek van de opdracht zijn opgenomen. Voor opdrachten die onder de Europese drempels liggen, bedraagt de gemiddelde betalingstermijn 30 dagen.

Wat de genomen maatregelen betreft, heeft de instelling een nieuwe website ontworpen met een tabblad 'overheidsopdrachten' om gemakkelijk te kunnen navigeren en heeft zij een duidelijk standaardbestek opgesteld met alle informatie die kmo's nodig hebben om te kunnen inschrijven op haar opdrachten.


Wat Innoviris betreft:

Innoviris neemt al een aantal jaren initiatieven om innovatieve overheidsopdrachten in Brussel te stimuleren. Zo heeft Innoviris in de periode 2017-2018 deelgenomen aan de MLE (Mutual Learning Exercise) van de Europese Commissie. De aanwezigheid op dit evenement bood de gelegenheid om een internationaal netwerk op te zetten en Europese goede praktijken op het gebied van innovatieve overheidsopdrachten te verzamelen.

In 2019 heeft Innoviris in het kader van zijn financieringsprogramma Test-IT drie proefprojecten met innovatieve overheidsopdrachten (en meer bepaald innovatiepartnerschappen) gefinancierd. Twee van deze projecten hebben kunnen profiteren van EFRO-financiering.

In datzelfde jaar heeft Innoviris een jurist aangetrokken die gespecialiseerd is in deze zaken met het oog op de follow-up van de projecten in kwestie. Het bestuur onderzoek en innovatie heeft bovendien een beroep gedaan op de doorgedreven expertise van een gespecialiseerd advocatenkantoor om het juridische werk voor het opstellen van de bijzondere bestekken, de selectie en de gunning van de offertes te vergemakkelijken.

Tot slot heeft Innoviris in 2020 een kaderovereenkomst gesloten met de advocatenkantoren Equator en Corvers met het oog op de begeleiding rond innovatieve overheidsopdrachten.

Om de toegang van kmo's tot zijn overheidsopdrachten te bevorderen, hanteert Innoviris waar mogelijk het principe van de opsplitsing in percelen. Dit is met name het geval voor opdrachten inzake verzekeringen, catering, levering van meubilair, verhuizing.

Daarnaast heeft Innoviris een aantal van zijn opdrachten (of percelen van opdrachten) gegund aan ondernemingen uit de sociale economie.

De integratie van gunningscriteria met betrekking tot milieu- of duurzaamheidsaspecten is al gebeurd in de opdrachten waarvoor dit relevant is. Deze criteria zijn afhankelijk van het voorwerp van de opdracht, er is dus geen sprake van een standaardcriterium dat in alle bijzondere bestekken zal worden opgenomen. In sommige gevallen worden de milieucriteria rechtstreeks geïntegreerd in de technische clausules van de overheidsopdracht.

Bij wijze van voorbeeld volgen hier enkele criteria voor de opdrachten die Innoviris in de nabije toekomst zal lanceren:

• Overheidsopdracht voor de herverdeling van kantoren: gunningscriterium 'Recuperatie van bestaande scheidingswanden en deuren': hoe meer de inschrijver zich ertoe verbindt om de bestaande materialen (scheidingswanden, deuren, beslag) te recupereren, hoe minder het nodig is om nieuwe elementen te leveren en hoe minder middelen er dus moeten worden geproduceerd, getransporteerd en/of weggegooid.

• Overheidsopdracht catering: gunningscriterium 'ecologisch verantwoorde onderneming': er wordt een maximumaantal punten toegekend aan ondernemingen die beschikken over ecodynamische, CO2-neutrale vestigingen, die gedeeltelijk zelf hun eigen elektriciteit opwekken, enz.

Wat betreft het aantal overheidsopdrachten van Innoviris die door Brusselse kmo's werden binnengehaald, blijkt uit een analyse op basis van interne gegevens in combinatie met gegevens uit de Belfirst-databank dat Innoviris in 2018 een vijftigtal overheidsopdrachten heeft gegund aan Brusselse kmo's. Dit komt overeen met ongeveer 46% van alle overheidsopdrachten die Innoviris in 2018 heeft gegund. Dit betekent dat Innoviris beter presteert dan het Europese gemiddelde dat in de vraag wordt genoemd (45%). Cijfers voor 2019 zijn nog niet beschikbaar, omdat Innoviris nog bezig is met het consolideren van de inventaris van de in 2019 gegunde overheidsopdrachten. Er is echter a priori geen reden om aan te nemen dat de cijfers voor 2019 helemaal anders zouden zijn dan die voor 2018.

Wat ten slotte de betalingstermijnen betreft, bedraagt de gemiddelde betalingstermijn van facturen binnen opdracht nr. 1 van Innoviris, dus buiten subsidies, in 2019 31 tot 60 dagen. De cijfers voor 2018 liggen in dezelfde orde van grootte. Innoviris implementeert preventieve maatregelen om de betalingstermijnen verder te versnellen. Zo werkt de financiële afdeling aan de implementatie van een inkoopordermodule op SAP.

De inproductiestelling ervan werd echter vertraagd als gevolg van lockdownmaatregelen (COVID-19). De implementatie van het systeem zal in twee fasen plaatsvinden: (1) een testfase met de cel Financiën en de cel P&O, (2) de geleidelijke uitrol van het systeem in de andere eenheden van Innoviris (dit gebeurt stapsgewijs aangezien de cel Financiën per cel twee personen moet opleiden inzake het gebruik van SAP).