Schriftelijke vraag betreffende telewerk in het Brussels Gewest.
- Indiener(s)
- Ridouane Chahid
- aan
- Barbara Trachte, staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, bevoegd voor Economische Transitie en Wetenschappelijk Onderzoek (Vragen nr 90)
| Datum ontvangst: 24/01/2020 | Datum publicatie: 28/04/2020 | ||
| Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 19/20 | Datum antwoord: 27/04/2020 | |
| Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
| 06/03/2020 | Ontvankelijk | p.m. |
| Vraag | Volgens een onderzoek van het instituut Vias en de FOD Mobiliteit doet iets meer dan een Belg op vijf aan telewerk. In Brussel stijgt dit cijfer tot 2 werknemers op 5. Bijna 7 van de 10 werknemers vinden dat ze hun werk thuis zouden kunnen doen. 40% van de telewerkers werkt één dag per week thuis, 20% twee dagen per week en de andere telewerkers doen dat sporadisch. Afgezien van het mobiliteitsaspect van telewerk, wil ik u vandaag vragen stellen over het economische aspect ervan en het welzijn van de telewerkers. Uit de enquête van Vias blijkt immers dat telewerk steeds meer deel uitmaakt van het leven van de Belgische en vooral van de Brusselse werknemers. Hoewel telewerk veel voordelen biedt, zoals tijdwinst, meer flexibiliteit..., dient men er natuurlijk over te waken dat de werknemers zelf voor telewerk kunnen kiezen. Anders zouden de gevolgen wel eens averechts kunnen zijn en zou telewerk kunnen leiden tot burn-out, frustraties... De vakbonden dringen er - terecht - op aan dat telewerk onderworpen wordt aan regelgeving en dat de werknemers in dat verband rechten hebben, waarover ze niet altijd voldoende geïnformeerd worden. Ik denk in de eerste plaats aan de kleine ondernemingen die geen vakbondsafvaardiging hoeven te hebben. Het spreekt weliswaar voor zich, maar deze technische vooruitgang dankzij gewestelijke steun mag niet tot gevolg hebben dat het leven van de werknemers ingewikkelder wordt of dat de wetten die hen beschermen, worden overtreden. In dat verband wens ik u de volgende vragen te stellen: - Bestaan er in het kader van de ordonnantie betreffende de economische expansie specifieke steunmaatregelen om telewerk in de Brusselse ondernemingen te bevorderen? - Zo ja, welke andere begeleidingstools worden aangeboden aan ondernemingen die telewerk willen aanbieden aan hun werknemers? - Wordt er op een of andere manier voor gezorgd dat ondernemingen die steun en begeleiding krijgen voor telewerk, geïnformeerd worden over de vigerende regelgeving? Zo niet, zijn er dan plannen om dat in de toekomst te doen? |
| Antwoord | Het antwoord hieronder heeft betrekking op de situatie vóór de sociale-afzonderingsmaatregelen en het telewerken op grote schaal. Op gewestelijk niveau (de wetgeving inzake telewerk is federaal) verleent Brussel Economie en Tewerkstelling geen steun met betrekking tot telewerk en de begeleidingsinstrumenten voor ondernemingen die hub.brussels aanbiedt, hebben geen betrekking op de organisatie van de arbeidstijd binnen de ondersteunde ondernemingen. Desalniettemin stelt de site 1819 artikelen over het onderwerp ter beschikking en zou de dienst (dit is tot nu toe nog nooit gebeurd) elk telefonisch verzoek om informatie oriënteren naar: - enerzijds het sociaal secretariaat van de onderneming; - anderzijds de geldende regelgeving (FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg) waarin de voorwaarden waaraan moet worden voldaan, zijn opgenomen. Wat uw laatste vraag betreft, ben ik zo vrij het debat te verbreden naar het welzijn op het werk en de invoering van een democratischer bedrijfsbeheer. - Er bestaat een premie voor consultancy binnen Brussel Economie en Werkgelegenheid. Die is met name bedoeld voor uitgaven in verband met het bestuur, en in het bijzonder participatief bestuur door de werknemers bij de besluitvorming te betrekken. De premie kan ook worden aangevraagd voor het voorkomen van een burn-out van de werknemers. - Nog binnen Brussel Economie en Werkgelegenheid bestaat een oproep voor innovatieve projecten ontwikkeld door sociale en democratische ondernemingen. Die is op 7 februari 2020 gelanceerd (de aanvragen moesten uiterlijk op 15 april 2020 om middernacht zijn toegekomen) in samenwerking met mijn collega Bernard Clerfayt. Een van de doelstellingen is het ondersteunen van de verandering van bestuur binnen ondernemingen. |