Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de heffing van de gemeente Schaarbeek ten aanzien van Net Brussel.

Indiener(s)
Véronique Lefrancq
aan
Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 216)

 
Datum ontvangst: 10/02/2020 Datum publicatie: 16/04/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 10/04/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
13/03/2020 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag    Op maandag 3 februari heeft Deborah Lorenzino, schepen van Openbare netheid en Groene ruimtes in Schaarbeek, bekendgemaakt dat haar gemeente beslist heeft om Net Brussel te belasten vanwege een verstoorde huis-aan-huisinzameling van huisvuil.

Op zaterdag 1 februari waren in talrijke straten van de gemeente de vuilzakken inderdaad niet opgehaald. De gemeentelijke overheid had toen beslist om het ANB in gebreke te stellen om zo snel mogelijk deze ophaling in te halen. Van Net Brussel kwam er echter geen reactie: de gemeente kreeg geen enkel antwoord.

Bijgevolg heeft de gemeente Schaarbeek op zondag 2 februari ’s morgens negen gemeentelijke werknemers ingezet om met drie wagens de witte vuilzakken op te halen in de meest getroffen straten van de gemeente. Zoals zo vaak het geval is, hebben de gemeentelijke diensten het werk moeten uitvoeren dat normaal gezien door de werknemers van Net Brussel moet worden gedaan. De gemeente Schaarbeek is trouwens geen alleenstaand geval.

De mogelijke sanctie door het ANB voor de ingehaalde ophaling op zondagmorgen kan 90_euro per vuilzak bedragen. Het probleem van de huisvuilophaling is een oude zeer. Zo kreeg de gemeente Schaarbeek tien jaar geleden al eens gelijk voor de rechtbank. Het risico is dus groot dat het ANB opnieuw een financiële sanctie krijgt.

Tegen deze achtergrond wil ik u graag de volgende vragen stellen:

· Ten eerste, in het specifieke geval van de gemeente Schaarbeek: hoe denkt Net Brussel te reageren op deze financiële sanctie waarover de gemeente beslist heeft? Hoe hoog wordt ze geschat?

· Niet enkel de gemeente Schaarbeek heeft te maken met het probleem van afvalophaling, en de stakingen bij het agentschap nemen de laatste tijd alsmaar toe. De kans dat andere gemeenten een beroep doen op dit soort van procedures, is reëel. Welke strategie heeft men opgesteld om dergelijke scenario’s te vermijden? Welke dialoog voert het ANB met de gemeenten van het Brussels Gewest?

· Over welke structurele middelen beschikt het ANB en welke pistes volgt het om uit deze problematische situatie te geraken zodat er een rustiger sociaal klimaat kan ontstaan, iets waaraan het agentschap nood heeft? Hoe verloopt het overleg met de vakbonden over deze herhaalde stakingen, die gevolgen hebben voor de hele bevolking en alle bedrijven in het Brussels Gewest? Wat is het resultaat van deze ontmoetingen? Welke agenda ligt er op tafel?
 
 
Antwoord    Het ANB heeft ons ervan op de hoogte gebracht dat het tot op heden geen officiële informatie van de gemeente Schaarbeek heeft ontvangen over de "gemeentebelasting" op vervuiling, zodat we niet op de hoogte zijn van de raming van het

bedrag van deze belasting. Desalniettemin wil ik u erop wijzen en meedelen dat er een samenwerkingsprocedure bestaat tussen de gemeenten en het Agentschap in geval van staking.

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest dekt alleen in geval van overmacht, zoals in casu bij een staking van zijn personeel, op basis van een door de betrokken gemeente uitgereikte factuur, de ophalings- en verwerkingskosten die verband houden met de eventuele herstelwerkzaamheden die de gemeente op haar grondgebied heeft uitgevoerd. Verschillende gemeenten hebben al op deze procedure een beroep gedaan en er gebruik van gemaakt. Ik wil duidelijk maken dat deze stakingen anekdotisch moeten blijven. Het Agentschap is zich er terdege van bewust dat deze situaties een aanzienlijke overbelasting van de gemeentelijke reinigingsdiensten veroorzaken en problemen op het gebied van openbare netheid met zich meebrengen.

In geval van een staking informeert het ANB de mogelijk getroffen gemeenten over de risico's van een niet-ophaling op hun grondgebied en zorgt het ervoor dat de informatie zo snel mogelijk wordt doorgegeven. Vervolgens brengt het Agentschap de gemeenten op de hoogte van eventuele corrigerende maatregelen die in de mate van het mogelijke vóór de volgende geplande ophaaldag kunnen worden genomen.

Zoals uw weet, Mevrouw het Parlementslid, heeft het Brussels institutioneel kader een bijzonder karakter vanwege het grote aantal actoren dat op dit gebied actief is. Het is daarom essentieel dat de vele actoren die verantwoordelijk zijn voor het reinigen van onze straten communiceren, van gedachten wisselen, coördineren en samenwerken in hun acties. In dit kader zullen, zoals ik tijdens de vorige commissies al heb uitgelegd, in de loop van het jaar 2020 de eerste werkgroepen voor de co-constructie van de stedelijke netheidsstrategie in het Brussels Gewest van start gaan. De thema's zullen zich toespitsen op verschillende assen, die in casu eerder werden geïdentificeerd en bekend zijn in de sector van de openbare netheid; het betreft met name het preventief (afvalvermindering, sensibilisering, enz.), reactief (operationele acties op het terrein, reiniging van wegen, enz.) en repressief (controle, boetes, enz.) beleid.

Dankzij de stuurgroepen die tussen het kabinet, het ANB en de gemeenten zijn georganiseerd, voeren we momenteel een diagnose uit van de huidige situatie. Wij zullen, altijd in co-constructie, de eerder op het grondgebied geïnitieerde maatregelen analyseren om te beoordelen of het nodig is deze te versterken, te verbeteren, aan te passen of te voorzien in nieuwe maatregelen.

De prioriteit gaat hierbij uit naar het doen van vaststellingen, het uitvoeren van diagnoses en het vinden van structurele en duurzame oplossingen. Het is van fundamenteel belang dat het optreden van de overheid op het gebied van de netheid coherent is.

Het gespannen sociaal klimaat lijkt mede het gevolg te zijn van het onbehagen van de werknemers in verband met de hervorming van de ophaling in 2017 en met name voor wat de wekelijkse omschakeling naar selectieve ophalingen van PMD, papier en karton betreft. Om aan deze politieke eis te voldoen, moest het Agentschap de ophaalmethoden grondig reorganiseren en het aantal kilometers van de rondes verlengen. Dat neemt niet weg dat dit gespannen sociaal klimaat ook te wijten is aan de moderniseringsbehoeften van het Agentschap en dat er dus veranderingen in het bestuur en de werking moeten worden doorgevoerd. Ik zal met mijn kabinet alles in het werk stellen om zoveel mogelijk in overleg met de betrokken actoren te werken, zodat de genomen maatregelen een zo beperkt mogelijke impact hebben op de werknemers. Ik kom hierop terug zodra ik beschik over een gezamenlijk actieplan, dat ik in mijn antwoord op de vraag betreffende de audits eveneens behandel.