Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de "witte zones" voor een kwaliteitsvol internet in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Indiener(s)
Geoffroy Coomans de Brachène
aan
Bernard Clerfayt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering, Plaatselijke Besturen en Dierenwelzijn (Vragen nr 507)

 
Datum ontvangst: 29/10/2020 Datum publicatie: 18/01/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 15/12/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
16/11/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Met de gedeeltelijke lockdown waarin we in Brussel momenteel zitten en het veralgemeende telewerk voor een zeer groot deel van de bevolking komen vele lacunes naar boven.

Behoudens de digitale kloof waarvan regelmatig sprake is en die dagelijks groter wordt ten nadele van de meeste kwetsbare personen komen de “witte zones” voor de toegang tot internet weinig ter sprake maar vooral de “grijze zones” waar het internetdebiet van erbarmelijke kwaliteit is.

Dit kan opmerkelijk lijken voor een hoofdstedelijk stadsgewest van ruim 1,2 miljoen inwoners en zetel van talloze nationale en internationale besturen maar bepaalde wijken beschikken over zeer onvoldoende bandbreedte voor de toegang tot internet.

En nu de platformen zoals Netflix of recenter nog Disney+ aan populariteit winnen worden de internetnetwerken en de bandbreedtes bijzonder veel gebruikt ten nadele van bepaalde zones waar het bekijken van een video op Youtube een ware uitdaging is.

Graag een antwoord op de volgende vragen:

1. Beschikt u over een kadaster per zone, per wijk en/of per straat waar de toegang tot internet van erbarmelijke kwaliteit zou zijn?

2. Hebben uw diensten de oorzaken van deze zwakke punten geëvalueerd? Hebben ze oplossingen voor het verzekeren en zelfs verbeteren van de bandbreedte in Brussel?

3. Hebben uw diensten of uw kabinet de operatoren ontmoet om tot oplossingen te komen op middellange en lange termijn teneinde de kwaliteit en de snelheid van het Brussels internet te verbeteren?

4. Kent u de bandbreedte die beschikbaar is in Brussel teneinde tegemoet te komen aan de stijgende vraag? Kent u het huidige gebruikspercentage ervan?

5. Heeft het CIBG ook zwakheden vastgesteld voor bepaalde zones met betrekking tot zijn netwerk wifi.brussels? Heeft het centrum de oorzaken van deze traagheden kunnen onderzoeken? In welke zones en wijken werd deze traagheden vastgesteld?

6. Welke zijn de begrotingen en investeringen vanwege het Gewest om het openbaar netwerk op het gewestelijk grondgebied te versterken?
 
 
Antwoord    1/

Neen.

Ik nodig u uit om u te richten tot het BIPT.


2/

Neen.


3/

Mijn kabinet heeft een aantal operatoren reeds ontmoet om de uitrol van het 5G-netwerk en de optische vezel in het Gewest te bespreken. Ik ben ervan overtuigd dat de uitrol van deze technologieën de kwaliteit en de snelheid van de internetbandbreedte in Brussel aanzienlijk zal verbeteren.


4/

Ik nodig u dus uit om u te richten tot het BIPT.


5/

Het netwerk wifi.brussels gebruikt het gewestelijke galsvezelnetwerk IRISnet om de meeste plaatsen van een internetverbinding te voorzien. Voor sommige plaatsen waar het netwerk IRISnet niet aanwezig was, werd besloten om xDSL-verbindingen van particuliere operatoren te gebruiken.

Het netwerk is vanaf de ontwerpfase zodanig ontworpen dat elk toegangspunt een bandbreedte van 10 Mbps ter beschikking heeft. In de loop van de tijd werd een trage internetverbinding vastgesteld, niet omwille van netwerkproblemen, maar eerder door het intensieve gebruik van het wifi.brussels-netwerk door het publiek. Het CIBG besliste toen om de beschikbare bandbreedte te verhogen tot 100 Mbps voor deze plaatsen, waaronder met name het Fernand Cocqplein, het Simonisplein, het Sint-Gillisvoorplein, het Rogierplein en Kunstberg.


6/

Sinds het begin van de legislatuur heeft mijn kabinet gezorgd voor de goede werking van het openbare wifi.brussels-netwerk binnen zijn huidige perimeter met een jaarlijks budget van 700.000 euro.

Op het niveau van het gewestelijk glasvezelnetwerk, eigendom van en beheerd door de cvba IRISnet, waarvan het gewest de meerderheidsaandeelhouder is, is er geen specifiek budget voorzien voor de versterking van het netwerk. De cvba IRISnet versterkt en beheert het netwerk dankzij zijn winsten.

De cvba IRISnet zorgt met eigen middelen dat jaarlijks tussen 20 en 25 nieuwe gewestelijke plaatsen een internetverbinding krijgen naast de plaatsen die in het kader van de gewestelijke beleidsprojecten van een internetverbinding worden voorzien. Een plaats voorzien van een internetverbinding betekent telkens een geografische uitbreiding van het IRISnet-netwerk op het gewestelijk grondgebied ten voordele van alle gewestelijke instellingen.

Deze positieve spiraal is een van de belangrijkste voordelen van de overheidsopdracht IRISnet2.